Datum uitgave:
VR 2021/28 Niet behoorlijk links inhalen van fietsers. Een inschattingsfout?
VR 2021/28 Niet behoorlijk links inhalen van fietsers. Een inschattingsfout? Voorstel voor invoering van een wettelijke 1,5 meter regel Mr. E.F. Bueno * * Voorheen vicepresident inhoudelijk adviseur rechtbank Utrecht. Ruim twee jaar geleden vond een dodelijk verkeersongeval plaats tussen een lijnbus en een 14-jarige scholiere op de fiets. Het ongeval gebeurde toen de bus de fietsster ter hoogte van een zogenaamde middengeleider links probeerde in te halen. De in de beslissingen beschreven toedracht en de overwegingen die leidden tot een veroordeling, zijn aanleiding enige opmerkingen te wijden
VR 2021/29 Bestraffing van zware verkeersmisdrijven in België
VR 2021/29 Bestraffing van zware verkeersmisdrijven in België Luc Brewaeys * * Rechter in de politierechtbank te Vilvoorde. 1. Inleiding De straffen die in België van toepassing zijn voor verkeersmisdrijven, staan opgenomen in de Wet betreffende de politie over het wegverkeer, afgekort WPW. 1) Met de bedoeling de verkeersveiligheid te verbeteren en het aantal verkeersdoden terug te dringen, werden de straffen op zware verkeersmisdrijven aanzienlijk verzwaard. Dit gebeurde door de wetten van 9 maart 2014 2) en 6 maart 2018 3). In deze bijdrage zullen de belangrijkste onderdelen van deze twee
VR 2021/30 Rijvaardigheid. Schorsing rijbewijs. Vermoeden van ongeschiktheid.
Het CBR heeft appellant, vrachtwagenchauffeur, een onderzoek naar de rijvaardigheid opgelegd en de geldigheid van het rijbewijs geschorst omdat hij als beginnende bestuurder tweemaal onherroepelijk is veroordeeld door de strafrechter voor twee grove snelheidsovertredingen. Naar aanleiding van de positieve bevindingen van het op 26 september 2018 verrichte rijvaardigheidsonderzoek is het rijbewijs van appellant weer geldig verklaard. De aan hem opgelegde maatregel kan niet worden aangemerkt als een "criminal charge" in de zin van artikel 6, eerste lid, van het EVRM. Geen strijd met het
VR 2021/31 Fietspad aan weerszijden van de weg. Rechts houden.
Ter plaatse was sprake van zowel links als rechts van de weg gelegen fietspaden. De betrokkene reed niet op het voor zijn rijrichting bestemde fietspad, te weten het fietspad rechts van de rijbaan, maar op het fietspad aan de overzijde van de weg, dat voor fietsverkeer in de andere rijrichting was bestemd. Daarmee heeft de betrokkene niet zoveel mogelijk rechts gehouden, zodat de gedraging (niet zoveel mogelijk rechts houden op een andere weg dan autoweg of autosnelweg) vaststaat.
VR 2021/32 Fietsongeval; aanrijding paaltje; gemeente aansprakelijk; geen eigen schuld.
In 2011 is A in het donker tegen een rood-wit verkeerspaaltje aangefietst. Het paaltje stond midden op een onverlicht verhard fietspad door een bosrijk gebied. Als gevolg van het ongeval heeft A ernstig lichamelijk letsel opgelopen. A stelt de gemeente aansprakelijk op grond van art. 6:174 BW en vordert schadevergoeding. De rechtbank overweegt dat algemeen bekend is dat obstakels, zoals paaltjes, die geplaatst worden op een fietspad potentieel gevaarlijk zijn en ongelukken kunnen veroorzaken met aanzienlijk letsel tot gevolg. Het is daarom aan de gemeente om voldoende veiligheidsmaatregelen te