VR 2023/61 Moord. Benadeelde partij. Shockschade. Geestelijk letsel.

Jurisprudentie

De zoon resp. de broer van de benadeelde partijen is vermoord. Zij vorderen vergoeding van schade, veroorzaakt door confrontatie met het dode slachtoffer. Het recht op vergoeding van schade die is veroorzaakt door het onrechtmatig teweegbrengen van een hevige emotionele schok is beperkt tot de schade die volgt uit geestelijk letsel. Het hof heeft vastgesteld dat met een slagvoorwerp hevig geweld is toegepast op het lichaam en het hoofd van het slachtoffer; onder meer dat de schedel is ingeslagen, de neus is verbrijzeld en de bovenkaak is gebroken.