Verkeersrecht 2023-10

Editie
VR2023-10-cover
Datum uitgave: 

VR 2023/112 De begroting van de schade door het verlies van arbeidsvermogen:

Artikel
VR2023-10_illu
Het verlies van arbeidsvermogen is één van de meer ingrijpende gevolgen bij het ontstaan van letselschade. Deze gevolgen raken niet alleen het dagelijks leven van de gelaedeerde, maar raakt ook de financiële bestaanszekerheid. Verlies van arbeidsvermogen is de aantasting – geheel of gedeeltelijk – van de capaciteit die de gelaedeerde heeft om door het verrichten van (onbetaalde) arbeid een economisch voordeel te krijgen. Deze aantasting kan tijdelijk maar ook blijvend van aard zijn.1) De schade die door deze aantasting ontstaat is de schade door het verlies van arbeidsvermogen.

VR 2023/113 Fietshelm voor kinderen:

Artikel
Het aantal verkeersslachtoffers blijft jaarlijks stijgen, ondanks alle interventies, in plaats van de door de Minister van Infrastructuur en Waterstaat verwachte en gewenste daling. Het aantal ernstige verkeersgewonden steeg van 2000-2018 met 36%. Van 2013-2022 is de stijging bij fietsers met ernstig letsel 40%. In 2022 waren dit 57.000 fietsers met ernstig letsel. “Voorkomen is beter dan genezen”. Zeker geldt dit spreekwoord voor de ernstige en vaak invaliderende hoofdhersenletsels, die door fietsongevallen te regelmatig ontstaan. Fietshelmen kunnen het optreden van schedelhersenletsel aanzienlijk beperken en de ernst reduceren. Het Centraal Planbureau berekende in 2020 dat ieder jaar 45 verkeersdoden en 1.400 ernstige verkeersgewonden voorkomen kunnen worden door het verplichten van een fietshelm voor kinderen tot de leeftijd van 12 jaar en voor E-bikers. Daarom zijn veel artsen een voorstander van het dragen van een fietshelm, zeker voor kinderen. Hoewel – vooral voor kinderen tot 18 jaar – het dragen van een fietshelm in meerdere landen bij wet formeel verplicht gesteld is, blijft het standpunt van de verantwoordelijke ministers: geen wettelijke verplichting, maar “vrijwillig gebruik stimuleren”.

VR 2023/114 Proceskostenvergoedingen. Principiële uitspraak. Mulderzaken.

Jurisprudentie

Aan de betrokkene is een verkeersboete opgelegd wegens een snelheidsovertreding. De gemachtigde van betrokkene heeft terecht aangevoerd dat de feitcode niet juist is. De kantonrechter is van oordeel dat ook nu nog ruimte bestaat om de feitcode te wijzigen. Aangezien de betrokkene hierdoor niet in zijn belangen is geschaad, blijft de verkeersboete in stand. De beroepsgrond dat de verweten gedraging niet heeft plaatsgevonden slaagt niet. De officier van justitie zal de feitcode moeten wijzigen van VB016 naar VA016. Uit jurisprudentie van de Hoge Raad en het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden volgt

VR 2023/115 Geslotenverklaring. In- en uitrijden.

Jurisprudentie

Gemachtigde ontkent dat betrokkene met diens auto een geslotenverklaring heeft genegeerd. Het dossier bevat enkele afdrukken van de gedraging, waarop te zien is dat het voertuig zich vlak voor het verkeersbord bevindt dat het einde van de geslotenverklaring aangeeft. Voor zover gemachtigde betoogt dat het negeren van de geslotenverklaring niet kan worden vastgesteld als een voertuig de zone uitrijdt, overweegt het hof dat het gelet op de art. 1, 62, en 66 RVV 1990 niet alleen verboden is om de betrokken weg in te rijden, maar ook is het gebruikmaken van de betrokken weg en daarmee de zone via

VR 2023/116 Gevaar of hinder. Ontoereikend proces-verbaal.

Jurisprudentie

Uit het dossier blijkt onvoldoende dat het voertuig van de betrokkene zodanig stond dat daardoor voor het verkeer op de weg gevaar of hinder werd veroorzaakt dan wel kon worden veroorzaakt. De ambtenaar heeft niet concreet aangegeven waaruit dat gevaar of die hinder zou hebben (kunnen) bestaan. Hij heeft slechts verklaard dat de doorgang voor het verkeer werd dan wel kon worden geblokkeerd, maar heeft dit niet toegelicht. Een foto van de gedraging heeft hij niet toegevoegd.