Appellante woonde een sportwedstrijd bij in een sporthal.
Haar plaats bevond zich op de 13e rij van de tribune. Van bovenaf bezien
bestaat de trap vanaf rij 13 tot 8 uit steeds een trede van 42 cm diep, gevolgd
door een stuk tribune van 43 cm diep. Ter hoogte van rij 7 ligt een trede van
22 cm diep, gevolgd door een stuk tribune van 23 cm diep (zie de foto's in de
uitspraak). Bij het afdalen van de trap is appellante ter hoogte van
rij 7 ten val gekomen, waarbij zij onder meer letsel aan haar linker elleboog
heeft opgelopen.