VR 2019/124 Trajectcontrole. Privacy. Persoonlijke
levenssfeer.

Jurisprudentie
Er is geen enkele aanwijzing dat de bij een trajectcontrole vastgelegde gegevens direct herleidbaar zijn tot de bestuurder. Dat is te meer het geval in een zaak als deze waarin de kentekenhouder een rechtspersoon is. Gelet hierop is er naar het oordeel van het hof bij een trajectcontrole geen sprake van schending van de privacy als bedoeld in artikel 8, eerste lid, van het EVRM of van schending van het recht op eerbiediging van de persoonlijke levenssfeer als bedoeld in artikel 10, eerste lid, van de Grondwet.