Door een benadeelde partij gemaakte kosten voor rechtsbijstand zijn - anders dan door de benadeelde partij gevorderde vermogensschade als bedoeld in art. 51a Sv en art. 6:96 BW - te rekenen tot de proceskosten waaromtrent de rechter ingevolge art. 592a Sv in de daar bedoelde gevallen een afzonderlijke beslissing dient te geven, die ingevolge art. 361, zesde lid, Sv in de uitspraak dient te worden opgenomen (vgl.