lichamelijk letsel door schuld

VR 2023/21 Zwaar lichamelijk letsel door schuld. Mate van schuld. Tenlastelegging. Feitomschrijving.

Jurisprudentie

De verdachte heeft als bestuurder van een taxi een voetganger op een zebrapad aangereden waardoor de voetganger ernstig gewond is geraakt. De steller van tenlastelegging heeft, blijkens de feitelijke omschrijving van het onder 1 primair tenlastegelegde, het oog gehad op - kort gezegd en voor zover hier van belang - het negeren van verkeersborden (berijden trambaan zonder ontheffing en het niet volgen van de verplichte rijrichting) en het niet verlenen van voorrang aan een voetganger op een voetgangersoversteekplaats. Nu het negeren van de verkeersborden enkel samenhangt met het al dan niet

VR 2022/64 Nieuwe hoofdwegen door het verkeersrecht

Artikel
VR 2022/64 Nieuwe hoofdwegen door het verkeersrecht Bespreking van A.E. Harteveld en R. Robroek, Hoofdwegen door het verkeersrecht 1) H.D. Wolswijk * * Hoogleraar straf(proces)recht Rijksuniversiteit Groningen, redacteur Verkeersrecht. 1. Inleiding Vorig jaar verscheen de zevende druk van Hoofdwegen door het verkeersrecht. Het boek verschijnt niet langer in de serie Studiepockets, maar als een zelfstandige uitgave. Deze zevende druk is opnieuw verzorgd door Harteveld en Robroek, waarmee het boek in zeer deskundige handen is gebleven. Er was alle aanleiding voor een nieuwe druk (de vorige

VR 2022/70 Zwaar lichamelijk letsel door schuld. Roekeloosheid.

Jurisprudentie
Verdachte is met de door hem bestuurde personenauto de door benadeelde partij 1 bestuurde personenauto met een hogere snelheid genaderd en is zeer dicht achter deze personenauto gaan en blijven rijden, ook wel bumperkleven genoemd. Daarbij knipperde hij met zijn grootlicht. Nadat de door benadeelde partij 1 bestuurde personenauto was uitgeweken naar de rechter rijbaan om de door verdachte bestuurde personenauto te laten passeren, heeft verdachte vervolgens deze personenauto met grote snelheid ingehaald, waarna hij deze personenauto met de door hem bestuurde personenauto heeft afgesneden

VR 2022/68 Zwaar lichamelijk letsel door schuld. Roekeloos?

Jurisprudentie
Verdachte heeft na het gebruik van meerdere alcoholische consumpties (310 µg/l) met de door hem bestuurde personenauto gedurende enige tijd en over een langere afstand met een zeer hoge snelheid, van rond de 200 kilometer per uur over de rijksweg A2 gereden, terwijl op de locatie waar het verkeersongeval uiteindelijk heeft plaatsgevonden een maximumsnelheid van 100 kilometer per uur gold. Hij heeft zich al slalommend door het verkeer begeven, heeft zeer dicht achter een ander voertuig gereden en heeft in strijd met het bepaalde in artikel 11 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens

VR 2022/61 Zwaar lichamelijk letsel door schuld. Mate van schuld. Geen verontschuldigbare onmacht.

Jurisprudentie
De verdachte heeft met haar personenauto (BMW) in een flauwe bocht naar rechts niet het verloop van de weg gevolgd, maar reed als het ware rechtdoor. Hierdoor kwam zij uiteindelijk geheel op de linker weghelft te rijden. Daardoor botste zij op de tegemoetkomende, door het slachtoffer bestuurde personenauto. De laatste liep daarbij zwaar lichamelijk letsel op. Dit verkeersgedrag van verdachte kan in beginsel de gevolgtrekking dragen dat de verdachte zich aanmerkelijk onoplettend en/of onvoorzichtig heeft gedragen en dat het verkeersongeval aan de schuld van verdachte als bedoeld in artikel 6

VR 2022/58 Zwaar lichamelijk letsel door schuld. Aanmerkelijk onvoorzichtig?

Jurisprudentie
De verdachte, bestuurder van een auto, heeft op de kruising (ten onrechte) geen voorrang verleend aan de snorfiets. Hij heeft stilgestaan, heeft naar links en rechts gekeken en heeft geen tegemoetkomend verkeer gezien. Vervolgens is hij linksaf opgetrokken, waarbij er van rechts een snorfiets met daarop een bestuurder en een passagier aan kwam rijden op het fietspad, waaraan de verdachte geen voorrang heeft verleend. Daardoor heeft een botsing met de snorfiets plaatsgevonden. Het hof is - met de verdediging - van oordeel dat het handelen van de verdachte niet zodanig onvoorzichtig was dat

VR 2022/56 Zwaar lichamelijk letsel door schuld. Zeer onvoorzichtig en onoplettend. Strafmaat. Oriëntatiepunten.

Jurisprudentie
De verdachte heeft als bestuurder van een auto onder invloed gereden en daarbij zeer onvoorzichtig en onoplettend twee voetgangers aangereden met (zwaar) lichamelijk letsel van deze voetgangers als gevolg.Bij de bepaling van de op te leggen straf is de rechter niet gebonden aan de door het LOVS vastgestelde oriëntatiepunten. Het LOVS heeft niet de bevoegdheid om rechters hetzij bij wijze van algemeen verbindend voorschrift hetzij bij wijze van beleidsregel (bindende) aanwijzingen te geven ten aanzien van de strafoplegging in strafzaken. De opvatting van de advocaat-generaal dat de

VR 2019/33 Lichamelijk letsel door schuld. Aanmerkelijk onvoorzichtig. Onvoldoende rechts houden. Plaatselijke bekendheid.

Jurisprudentie
De verdachte is bij het nemen van de bocht van zijn rechter weghelft afgeweken naar links en heeft vervolgens bij het afslaan naar links deze bocht te krap genomen, waardoor hij op de linkerkant van de weg is komen te rijden. Door deze manoeuvre is er een aanrijding ontstaan met een hem op die weghelft tegemoetkomende motorrijder, slachtoffer S, die hierdoor zwaar lichamelijk letsel heeft bekomen.De rijstijl van de verdachte is aanmerkelijk onvoorzichtig en onoplettend is geweest en dit gedrag is ook verwijtbaar. Immers, indien de verdachte bij nadering van de splitsing voldoende rechts, op

VR 2018/41 Lichamelijk letsel door schuld. Aanmerkelijk onvoorzichtig.

Jurisprudentie
De militaire kamer overweegt dat uit de verklaring van verdachte zelf volgt dat hij in een rustig tempo de kruising naderde en zijn blik gericht hield op de auto’s die - gezien zijn rijrichting - van links kwamen, omdat hij zo mogelijk nog vóór die auto’s de Stationsstraat wilde oprijden. Ook de getuigen, getuige 1 en het slachtoffer, hebben verklaard dat verdachte niet snel reed, waarbij het slachtoffer heeft waargenomen dat verdachte aanvankelijk snelheid minderde. Nu verdachte ook heeft verklaard dat hij de fietser niet heeft gezien, ter plaatse wel bekend was en ook wist dat hij aan