rijverbod

VR 2022/51 Naar een strengere aanpak van rijden onder invloed – op de juiste weg?

Artikel
VR 2022/51 Naar een strengere aanpak van rijden onder invloed – op de juiste weg? Mr. E.R. Rensen * * Medewerker bij het Wetenschappelijk Bureau (sectie straf) van de Hoge Raad der Nederlanden. Dit artikel is geschreven op persoonlijke titel. Inleiding Rijden onder invloed van alcohol is een terugkerend thema in de politiek als het gaat om het verbeteren van de verkeersveiligheid. 1) Hoeveel invloed alcohol heeft op het aantal ongevallen in het verkeer, is niet exact vast te stellen. 2) Naar schatting leidde rijden onder invloed van alcohol in 2015 tot een aantal van 75 tot 140 verkeersdoden

VR 2020/73 Stand van zaken recidiveregeling voor rijden onder invloed

Artikel
VR 2020/73 Stand van zaken recidiveregeling voor rijden onder invloed Mr. Rob Bindels * * Seniorjurist bij de Directie Bestuursrechtspraak van de Raad van State. Dit artikel is geschreven op persoonlijke titel. Inleiding Sinds 1 juni 2011 is in artikel 123b van de Wegenverkeerswet 1994 (hierna: de WVW 1994) de zogeheten recidiveregeling opgenomen. 1) Deze regeling houdt – kort gezegd – in dat de bestuurder van een motorrijtuig zijn rijbewijs verliest als hij zich na een eerdere strafrechtelijke veroordeling wegens rijden onder invloed of het weigeren mee te werken aan een adem- of

VR 2020/18 Overheidsaansprakelijkheid; geen schadevergoeding wegens onverbindende regeling over alcoholslotprogramma.

Jurisprudentie
Op 1 januari 2013 is appellant aangehouden wegens rijden onder invloed. Zijn rijbewijs is toen ingevorderd. Bij besluit van 14 januari 2013 (het Besluit) heeft het CBR het rijbewijs van appellant ongeldig verklaard en appellant verplicht om aan het alcoholslotprogramma (ASP) deel te nemen om weer in het bezit van een geldig rijbewijs te komen. Dit Besluit was gebaseerd op art. 17 lid 1 Regeling maatregelen rijvaardigheid en geschiktheid 2011 (de Regeling). Appellant heeft geen bezwaar gemaakt tegen dit Besluit, waardoor het Besluit formele rechtskracht heeft gekregen. Appellant heeft

VR 2017/22 Teruggave buitenlands rijbewijs.

Jurisprudentie
Teruggave ingevorderd rijbewijs. Buitenlandse rijbewijzen kunnen worden ingevorderd en ingehouden in de gevallen bedoeld in het tweede en derde lid van artikel 164 WVW 1994. Anders dan de Rechtbank heeft geoordeeld, is daarbij niet vereist dat de houder van het rijbewijs in Nederland woonachtig is. Daaraan doet niet af dat in de gevallen waarin art. 180, vierde lid, WVW 1994 toepasselijk is, op grond van art. 180, achtste lid, WVW 1994 de verplichting om het rijbewijs in te leveren niet geldt indien de houder van het buitenlandse rijbewijs niet in Nederland woonachtig is. Art. 180, vierde lid