Monique Piegza en Maud Boiten
In dit artikel gaan de auteurs in op de beperkingen van de huidige beschrijving van de belastbaarheid, de valkuilen en doen zij een aantal suggesties voor verbetering.
De medische advisering ten aanzien van de beoordeling van de belastbaarheid is in de private verzekeringen vooralsnog voornamelijk gericht op de belastbaarheid in arbeid, waarbij vaak gebruik wordt gemaakt van een Functionele Mogelijkhedenlijst (FML) of FML-items. In hun ervaring mist een uitgebreidere beschrijving van de belastbaarheid helaas in veel dossiers, ook omdat daar vaak niet specifiek naar wordt gevraagd. Wanneer een belastbaarheid buiten arbeid, bijvoorbeeld in de domeinen huishouden, zelfwerkzaamheid, zelfzorg en zorg voor derden, beoordeeld moet worden, wijkt dit af van de standaard. Onvoldoende begrip of transparantie in het medisch advies ten aanzien van de verschillen tussen de belastbaarheid in deze niet arbeidsgerelateerde domeinen en de belastbaarheid in arbeid kan leiden tot een sterke onderschatting van de belastbaarheid in de domeinen anders dan arbeid en daarmee tot een overschatting van deze schadeposten.
Een ander belangrijk punt is dat de normaalwaarden in de FML uitgaan van een niveau van functioneren waartoe een gezond persoon van 16 tot 65 jaar minimaal in staat is. Er is pas sprake van een beperking als de persoon minder kan dan de normaalwaarden. Daarnaast is het de vraag in hoeverre de FML bruikbaar is voor personen ouder dan 65 jaar, aangezien deze geen rekening houdt met de normale achteruitgang en beperkingen als gevolg van ouderdom.
Concluderend moet men kritisch staan ten opzichte van het gebruik van de FML binnen de letselschaderegeling en zeker ten aanzien van een belastbaarheidsbeoordeling in andere domeinen dan arbeid.
In het medisch advies is er meer aandacht nodig voor de beschrijving van de belastbaarheid van de verschillende domeinen. Het vanuit medisch perspectief onderzoeken en adviseren over de belastbaarheid in de brede zin van een betrokkene, cliënt of (WAM-)verzekerde is een complexe materie. Ook de vraag ‘Wat wil de schade-expert praktisch met het medisch advies’ moet meer centraal komen te staan. De medisch adviseur zal naast de medische aspecten ook enig inzicht moeten hebben in het schaderegelingstraject, zodat de medisch inhoudelijke situatie vertaald kan worden naar een praktisch advies dat goed bruikbaar is voor het in kaart brengen van de schadeposten. Een praktisch medisch advies op maat met betrekking tot alle domeinen dat direct bruikbaar is voor de schaderegeling voorkomt inhoudelijke discussie en komt de tevredenheid van de cliënt en de looptijd van de zaak ten goede. Een gerichte vraagstelling met uitgebreide beschrijving van de individuele situatie draagt hieraan bij. Een suggestie voor een gerichte vraagstelling wordt door de auteurs gegeven.