Zoeken

23 resultaten gevonden

  1. VR 2019/089 Ontvankelijkheid. Strafvervolging. Aankondigingstrafbeschikking.

    Jurisprudentie
    Door een politieambtenaar is aan de verdachte bij de constatering van het rijden zonder geldig rijbewijs een zogenoemde 'combibon' uitgereikt. Op die bon is kennelijk per abuis 'aankondiging van beschikking' in plaats van 'kennisgeving van bekeuring' aangekruist. Het oordeel van het hof dat die enkele omstandigheid bij de verdachte niet het vertrouwen heeft gewekt dat aan hem een strafbeschikking zal worden aangeboden en dat hij niet zal worden gedagvaard, is - mede in aanmerking genomen dat namens de verdachte in de kern is aangevoerd dat voor hem 'onduidelijk' was gebleven op welke wijze het
  2. VR 2019/090 Dood door schuld. Roekeloosheid.

    Jurisprudentie
    De verdachte heeft als inzittende van een personenauto tijdens het rijden met een snelheid van ongeveer 70 km per uur aan de handrem getrokken. Daardoor raakte de auto in een slip en botste vervolgens tegen een pilaar van een spoorwegviaduct. Door de botsing werd een inzittende van de auto gedood en raakte een andere inzittende zwaar gewond. De verdachte heeft op deze wijze als passagier ingegrepen in de rijrichting en de voortbeweging van de personenauto en heeft daarmee de werkelijke bestuurder daarvan totaal verrast. Aldus handelend heeft hij door een buitengewoon onvoorzichtige gedraging
  3. VR 2019/091 Onnodig geluid veroorzaken. Voertuigeisen.

    Jurisprudentie
    De gedraging is gebaseerd op artikel 57 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 (RVV 1990). Dit artikel is bedoeld om te kunnen optreden in gevallen waarin een voertuig aan alle daaraan te stellen eisen voldoet, maar daarmee onnodig geluid wordt gemaakt. Onder onnodig geluid moet worden verstaan dat geluid dat sterker is dan het geluid dat het rijden met een naar de eisen van de tijd normaal ingericht voertuig onvermijdelijk veroorzaakt. Van onnodig geluid is sprake als het veroorzaakte geluid het normale, geaccepteerde, door een voertuig veroorzaakte geluid te boven gaat
  4. VR 2019/092 Onnodig geluid veroorzaken.

    Jurisprudentie
    Artikel 57 RVV 1990 is bedoeld om te kunnen optreden juist in die gevallen waarin een voertuig aan alle daaraan te stellen eisen voldoet maar daarmee onnodig geluid wordt gemaakt. Onder onnodig geluid moet worden verstaan dat geluid dat sterker is dan het geluid dat het rijden met een naar de eisen van de tijd normaal ingerichte auto onvermijdelijk veroorzaakt. Van onnodig geluid zal men eerst kunnen spreken, zodra het veroorzaakte geluid het normale, geaccepteerde, door auto's veroorzaakte geluid te boven gaat. Voor de vaststelling of er sprake is van onnodig geluid in de zin van artikel 57
  5. VR 2019/094 Twee overtredingen. Staande houden.

    Jurisprudentie
    Twee snelheidsovertredingen kort na elkaar. De betrokkene heeft de tweede snelheidsovertreding begaan toen hij wegreed nadat hij was staandegehouden voor de eerdere snelheidsoverschrijding. Nu gelet op de direct voorafgaande staandehouding bij de verbalisant bekend was wie de bestuurder was en de bestuurder erop gewezen was dat hij niet nogmaals te snel moest rijden, kon de verbalisant in deze situatie de sanctie opleggen aan de betrokkene als bestuurder van het voertuig zonder hem opnieuw staande te houden.
  6. VR 2019/095 Administratieve sanctie. Bevoegdheid BOA.

    Jurisprudentie
    De gedraging, handelen in strijd met een geslotenverklaring voor alle motorvoertuigen: bord C12/20, is een overtreding van artikel 62 van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 (RVV 1990) in samenhang met bord C12 van bijlage 1 bij dat reglement. Uit het zaakoverzicht blijkt dat de sanctie is opgelegd door een buitengewoon opsporingsambtenaar (boa) domein Openbare Ruimte.Volgens het Besluit buitengewoon opsporingsambtenaar Stadstoezicht gemeente Leeuwarden, domein I Openbare Ruimte 2015, van de Staatssecretaris van Veiligheid en Justitie van 22 juli 2015 (BOACAT2015/033) zijn boa
  7. VR 2019/096 Bevoegdheid buitengewoon opsporingsambtenaar. Openbare orde.

    Jurisprudentie
    De bevoegdheid van de boa om te handhaven op gedragingen in strijd met een geslotenverklaring (C-bord) is begrensd tot situaties die gerelateerd kunnen worden aan de openbare orde. De geslotenverklaring is uitgevaardigd uit het oogpunt van leefbaarheid. Verwacht wordt dat de geluidsoverlast en de concentratie van fijnstof in de lucht ermee worden verminderd. Onder het openbare orde-criterium in de Beleidsregels boa vallen ook maatregelen die zijn genomen ter verbetering van de leefbaarheid (vgl. het arrest van 14 juni 2018, gepubliceerd op rechtspraak.nl met vindplaats ECLI:NL:GHARL:2018:5537)
  8. VR 2019/097 Buitengewoon opsporingsambtenaar. Flitspaal. Roodverkeerslicht. Persoonlijke levenssfeer.

    Jurisprudentie
    De gedraging - rijden door rood licht - is geconstateerd door een buitengewoon opsporingsambtenaar met behulp van een geautomatiseerd hulpmiddel (flitspaal). De sanctie is vervolgens opgelegd aan de kentekenhouder.Naar het oordeel van de kantonrechter, meewegend dat de controle plaatsvindt op de openbare weg, bieden de bepalingen van de Wet administratieve handhaving verkeersvoorschriften (WAHV) en de Wegenverkeerswet 1994, in het bijzonder artikelen 3, tweede lid, en 5 van de WAHV in samenhang met artikel 42 van de Wegenverkeerswet 1994, voldoende wettelijke grondslag voor de hier in het
  9. VR 2019/098 Parkeren. Hinder.

    Jurisprudentie
    Het voertuig van de betrokkene blokkeerde de gehele rijbaan. Daardoor was het voor ander verkeer niet meer mogelijk om te passeren. Het is dus evident dat de doorstroming van het verkeer door het stilstaande voertuig kon worden gehinderd. Een en ander betekent dat de betrokkene de gedraging “voertuig zodanig op de weg laten staan dat gevaar wordt/kan worden veroorzaakt of verkeer wordt/kan worden gehinderd” heeft verricht.
  10. VR 2019/099 Bestuurder. Besturen.

    Jurisprudentie
    Namens betrokkene, die het verwijt wordt gemaakt dat hij met zijn bromfiets op het Bastiaansplein te Delft heeft gehandeld in strijd met een geslotenverklaring in beide rijrichtingen, wordt aangevoerd dat hij zich zittend op zijn scooter (zonder draaiende motor) op het Bastiaansplein in Delft begaf. Uitgaande van de stelling van betrokkene, is betrokkene aan te merken als bestuurder. Daarvoor is namelijk vereist dat degene die op het voertuig zit, invloed heeft op de voortbeweging en de rijrichting van het voertuig. Als zou komen vast te staan dat de motor uitgeschakeld was ten tijde van de
  11. VR 2019/100 Administratieve sanctie. Hoger beroep.

    Jurisprudentie
    Anders dan het hof eerder heeft overwogen, kan uit artikel 14, tweede lid, van de Wahv en de totstandkomingsgeschiedenis daarvan of het in artikel 6 van het EVRM besloten liggende recht tot toegang tot de rechter, niet worden afgeleid dat artikel 14, tweede lid, van de Wahv van overeenkomstige toepassing dient te worden geacht voor de situatie dat de kantonrechter het beroep op een andere grond dan de in dat tweede lid genoemde grond niet-ontvankelijk heeft verklaard.
  12. VR 2019/101 Overschrijding redelijke termijn.

    Jurisprudentie
    Het hof heeft in navolging van bestendige rechtspraak van de hoogste bestuursrechters bij arrest van 3 maart 2017 (gepubliceerd op rechtspraak.nl met vindplaats ECLI:NL:GHARL:2017:1777) geoordeeld dat sprake is van schending van de redelijke termijn van berechting wanneer de procedure in eerste aanleg - inclusief het administratief beroep - langer dan twee jaar heeft geduurd. Deze termijn vangt aan op het moment dat vanwege het bestuursorgaan jegens de beboete persoon een handeling is verricht waaraan deze in redelijkheid de verwachting kan ontlenen dat hem een boete zal worden opgelegd. Voor
  13. VR 2019/102 Bewijsoordeel en betekenis veroordeling voor plegen/uitlokken
    van valsheid in geschrifte en meineed voor het als bewijs dienen van eigen verklaring.

    Jurisprudentie
    Op 27 september 2001 heeft een aanrijding plaatsgevonden op een kruising door een door eiser 1 bestuurde auto en een door betrokkene 1 bestuurde bestelauto. Betrokkene 1 is een zoon van verweerster. Dit had letselschade tot gevolg. Eiser 1 was ten tijde van de aanrijding verzekerd bij Allianz, die de aansprakelijkheid voor het ongeval heeft erkend. In de procedure vordert verweerster veroordeling van Allianz tot vergoeding van door haar geleden en te lijden schade ten gevolge van het ongeval. Bij tussenvonnis heeft de rechtbank verweerster opgedragen te bewijzen dat zij als passagier in de
  14. VR 2019/103 Verkeersongeval: omkeringsregel, proportionele
    aansprakelijkheid en shockschade.

    Jurisprudentie
    In het tussenvonnis is onder meer overwogen dat de overtreding van art. 5 lid 2 Landsverordening Wegverkeer ertoe leidt dat ingevolge de zogenaamde 'omkeringsregel' tot op tegenbewijs moet worden uitgegaan van het bestaan van het voor aansprakelijkheid vereiste causaal verband tussen het onrechtmatig handelen - het rijden onder invloed - en het ongeval en de daaruit voortvloeiende schade. Het is dan aan appellant en aan New India om te stellen, en bij betwisting aannemelijk te maken, dat het ongeval en de daaruit voortvloeiende schade er ook zonder het onrechtmatig handelen van appellant
  15. VR 2019/104 Postwhiplashsyndroom na verkeersongeval in 1999; schadebegroting; onrechtmatige schadeafhandeling; immateriële schadevergoeding.

    Jurisprudentie
    In 1999 heeft een verzekerde van Aegon de auto waarin appellant en zijn echtgenote zaten van achteren aangereden. In 2002 heeft appellant (na toename van zijn klachten) Aegon aansprakelijk gesteld voor de door hem geleden en nog te lijden schade als gevolg van het ongeval. Ten tijde van het ongeval was appellant werkzaam op de boerderij van zijn ouders. In 2003 heeft appellant een deel van de boerderij overgenomen en is deze onderneming ingebracht in een vof, waarvan zijn echtgenote medevennoot is geworden. In 2004 is de opzet van het boerderijbedrijf gewijzigd, zodat (meer) machinaal werken
  16. VR 2019/105 Verkeersongeval; whiplashachtige klachten; verlies verdienvermogen, medische kosten, smartengeld en kosten NRL-rapport toegewezen.

    Jurisprudentie
    In 2003 is X met zijn auto betrokken geraakt bij een verkeersongeval. Toen hij met zijn auto voor een rood verkeerslicht stond te wachten, is een verzekerde van London achterop de auto van X gereden. Ten tijde van het ongeval was X een succesvol ondernemer op het gebied van grond-, weg- en waterbouw. Na het ongeval heeft hij verschillende whiplashachtige klachten en psychische klachten ervaren. X is (gedeeltelijk) arbeidsongeschikt geworden en de omzet van zijn onderneming is teruggelopen. Hij vordert onder meer London te veroordelen tot betaling van de schade wegens verlies verdienvermogen
  17. VR 2019/106 Letselschade; sport en spel; botsing tussen rallyauto's
    tijdens rallyclinic; autobestuurders, WAM-verzekeraar en organisator aansprakelijk.

    Jurisprudentie
    Riwax is sponsor van een stichting die is opgericht ter exploitatie van een rallyauto ten behoeve van de personen A en B. A is tevens bestuurder van de stichting. De stichting heeft Riwax uitgenodigd voor een zogenoemde rallyclinic die zij samen met bedrijf F op 25 oktober 2013 organiseerde op een voormalig militair vliegterrein in het Duitse Niederrhein. D, een vertegenwoordiger van Riwax, heeft aan deze clinic deelgenomen. Voor de uitvoering van de clinic werd gebruik gemaakt van speciale rallyauto's van F die niet op kenteken stonden en niet waren verzekerd. E nam eveneens deel aan de
  18. VR 2019/107 Bezoekster sportschool valt over plateauverhoging;
    sportschool aansprakelijk.

    Jurisprudentie
    Verzoekster heeft op 18 november 2015 sportschool Fit for free bezocht. Zij had geen lidmaatschap bij deze sportschool. Zij wilde haar zoon, die aan het sporten was bij Fit for free, gedag zeggen en heeft zich gemeld bij de receptie. Een medewerker van de sportschool heeft verzoekster toegang tot de fitnessruimte verschaft. De fitnessruimte is verdeeld over drie verhoogde plateaus waarop de fitnessapparaten staan met daartussen een looppad. De plateaus zijn 8,9 centimeter hoog en bedekt met zwarte vloerbedekking met oranje spikkels. Het looppad is bedekt met donkergrijze vloerbedekking
  19. VR 2019/108 Aanrijding met militair voertuig; aansprakelijkheid
    ministerie afgewezen.

    Jurisprudentie
    In 2015 is verzoeker betrokken geraakt bij een aanrijding op de A28. Nadat verzoeker een militair voertuig had ingehaald, is het militaire voertuig achterop de personenauto van verzoeker gebotst. Verzoeker verzoekt dat de kantonrechter vaststelt dat het ministerie aansprakelijk is voor de gevolgen van het ongeval. Hij voert daartoe aan dat het militaire voertuig na de inhaalmanoeuvre eerst 7 à 8 kilometer achter hem heeft gereden op de rechter rijstrook. Toen hij voor een nadere file remde, is het militaire voertuig op hem gebotst. Volgens verzoeker heeft het militaire voertuig dan ook

Zoektips

  • Check of de spelling van de zoekterm klopt
  • Weet u het publicatienummer van een uitspraak of artikel, toets dan bijvoorbeeld in “2021/68”. Het publicatienummer dient dus tussen aanhalingstekens te staan. (N.B.: artikelen hebben vanaf 2011 een publicatienummer; uitspraken hebben allemaal een publicatienummer.) Om een artikel of uitspraak te vinden met een publicatienummer onder de 10 of vlak onder de 100, is het soms nodig om er een nul voor te typen. Bijvoorbeeld “2022/08” of “2021/090”.
  • Gebruik meerdere zoektermen voor een zo relevant mogelijk resultaat:
    • Zoekt u een artikel/uitspraak waarin zowel ‘auto’ als ‘stoplicht’ voorkomt, toets dan in: auto AND stoplicht
    • Zoekt u op één van de woorden, dan toetst u de woorden gewoon los in (auto stoplicht). Het zoekresultaat bevat dan alle artikelen/uitspraken/columns waarin auto en/of stoplicht voorkomt.

Nog niet gevonden wat u zoekt? Neem contact met ons op. Wij helpen u graag!