Verkeersrecht 2022-1

Editie
Datum uitgave: 

VR 2022/06 Mobiel elektronisch apparaat. Mobiele telefoon. Vasthouden. Legaliteitsbeginsel.

Jurisprudentie
In dit geval - telefoon ligt op het bovenbeen - is geen sprake van een aan de bestuurder bevestigd hulpmiddel. Ten tijde van de constatering werd niet gebruik gemaakt van de telefoon. Bij bijvoorbeeld een zijwaartse beweging of plotseling remmen is er een gerede kans dat de telefoon valt. Dat kan een gevaarlijke situatie opleveren. Het los op een been of op de schoot laten liggen van een telefoon vormt dan ook een risico voor de verkeersveiligheid. Deze gevaarzetting is niet doorslaggevend bij de vraag of sprake is van ‘vasthouden’ in de zin van artikel 61a RVV 1990. Het gaat een redelijke

VR 2022/07 Mobiel elektronisch apparaat. Mobiele telefoon. Vasthouden. Legaliteitsbeginsel.

Jurisprudentie
Hetgeen op grond van artikel 61a RVV 1990 “mag” en “niet mag” is bepaald diffuus en weinig inzichtelijk en voorspelbaar. Dat is nu echter precies wat het legaliteitsbeginsel wil voorkomen: het moet voor (in dit geval) de bestuurder duidelijk zijn wat mag en wat niet mag, alvorens aan dat laatste door het CVOM een sanctie kan worden verbonden. Loslaten kan filosofisch beschouwd wellicht een vorm van vasthouden zijn, maar naar de gebruikelijke, taalkundige betekenis is het dat niet. Het heeft de betrokkene niet duidelijk moeten zijn dat het los op het been of op schoot hebben liggen van een

VR 2022/08 Dood door schuld. Aanmerkelijke schuld. Maximumsnelheid. Verkeersfout van het slachtoffer.

Jurisprudentie
De verdachte reed in de nacht van 15 juli 2016 als zogenaamde ‘zwarte taxi’ enkele jongens naar huis, waarbij hij met een snelheid heeft gereden van minimaal 110 en maximaal 132 kilometer per uur. Op de Ringbaan Zuid, de plaats waar het ongeval heeft plaatsgevonden, gold een maximumsnelheid van 70 kilometer per uur. Doordat de verdachte zo hard reed, heeft hij niet kunnen anticiperen op het slachtoffer dat op haar fiets overstak. Het slachtoffer liep ten gevolge van de aanrijding met het door de verdachte bestuurde motorrijtuig zwaar lichamelijk letsel op.Het hof acht derhalve wettig en

VR 2022/09 Bestuurder. Bromfiets.

Jurisprudentie
De bestuurder van een motorrijtuig is diegene die de bedieningsorganen van een motorrijtuig hanteert en door middel daarvan de voortbeweging en rijrichting van het motorrijtuig beïnvloedt. Deze beïnvloeding hoeft niet noodzakelijkerwijs via het gebruik van het motorvermogen te gaan. Als besturen van een motorrijtuig kan onder andere worden aangemerkt het duwen of aan de hand meevoeren van een motorrijtuig.De verdachte heeft ter terechtzitting in hoger beroep verklaard dat de V-snaar van zijn bromfiets was gebroken en dat hij daarom op zijn bromfiets ‘stepte’. Op het moment dat hij vaart maakte

VR 2022/10 Dood door schuld. Aanmerkelijke schuld?

Jurisprudentie
De verdachte heeft met een door hem bestuurd motorrijtuig op de weg zittende personen aangereden, waardoor een van deze personen werd gedood en drie anderen zwaar lichamelijk letsel opliepen. Aan de verdachte is primair overtreding van artikel 6 WVW 1994 tenlastegelegd, waarbij het bestanddeel “schuld” nader is omschreven als “zeer, althans aanmerkelijk, onvoorzichtig en/of onoplettend”. Verdachte reed in zijn bestelauto ten tijde van het ongeval naar schatting rond de 50 km per uur. Op dat moment was het festival Pinkpop reeds enkele uren afgelopen. Wel waren er nog mensen op straat aanwezig