Met betrekking tot de straftoemeting ter zake van het
rijden onder invloed van cocaïne in een geval als het onderhavige, waarin
louter sprake is van de constatering dat de grenswaarde van die stof, genoemd
in artikel 3 van het Besluit alcohol, drugs en geneesmiddelen in het verkeer is
overschreden, acht het hof als uitgangspunt een geldboete van € 850,-,
subsidiair 17 dagen hechtenis en een voorwaardelijke ontzegging van de
rijbevoegdheid voor de duur van 6 maanden passend en geboden.