aansprakelijkheidsverzekering

VR 2024/72 Verkeersongeval auto en motor, eigen schuld, billijkheidscorrectie.

Jurisprudentie

In dit deelgeschil staat de vraag centraal of sprake is van een verkeersovertreding, het toerekenbaar onrechtmatig handelen en zo ja, in hoeverre sprake is van eigen schuld van de motorrijder. De onderstaande feiten zijn in hoger beroep niet in geschil. Op 22 juni 2019 vond op de Leidsestraat in Hillegom een aanrijding plaats tussen een auto, een Toyota Corolla, bestuurd door X, en een motor, een Yamaha YP250, bestuurd door Y. Hierbij kwam Y ten val en liep ernstig letsel op. De Leidsestraat was een tweerichtingsweg met een dubbele doorgetrokken streep in het midden. Langs de rijbaan bevonden

VR 2024/56 Eenzijdig auto-ongeval, uitsluiting motorrijtuigrisico in polis, goed werkgeverschap.

Jurisprudentie

X en Y zijn vennoten van pizzeria Mussie met bezorgservice. A (appellant) bezorgde in de weekenden pizza's voor Mussie met een auto van het bedrijf. Op 18 maart 2018 raakte hij ernstig gewond bij een eenzijdig auto-ongeval tijdens het bezorgen van pizza’s. De auto is verzekerd bij Goudse voor wettelijke aansprakelijkheid en Mussie heeft een AVB-verzekering bij Goudse. A heeft Mussie aansprakelijk gesteld, maar ze hebben dit niet erkend. Goudse wees de claim af vanwege uitsluiting van schade door motorvoertuigen in de AVB. De kantonrechter wees de vorderingen af vanwege het ontbreken van een

VR 2023/105 Regresvordering verzekeraar, langlopende letselschadezaak, verjaring.

Jurisprudentie

De zaak gaat over een elfjarige jongen, kind A, die na een sportevenement door een vrijwilliger van de Stichting Jong Nederland, persoon X, voor zijn huis werd afgezet en daarna werd aangereden door een auto. De bestuurder van de auto is verzekerd bij Achmea. Stichting Jong Nederland is verzekerd bij Reaal. Na onderhandelingen over de mate van eigen schuld is overeengekomen dat kind A 50% eigen schuld had en dat de andere 50% gelijkelijk door Achmea en Reaal zou worden betaald. In 2007 heeft Achmea de schulddeling ter discussie gesteld en heeft Reaal zich op het standpunt gesteld dat kind A

VR 2023/95 Eindvonnis, aansprakelijkheid wegbeheerder, geen eigen schuld, ernstige oneffenheid, CROW-richtlijnen, hoogteverschil wegdek en put.

Jurisprudentie

Op 8 april 2017 is persoon x ten val gekomen met zijn scooter door een putdeksel in de Rondom, gemeente Lansingerland. Hij heeft hierbij ernstig letsel opgelopen, waaronder drie schedelfracturen, diverse bloedingen en schaafwonden. Bewakingscamera's van de Jumbo-supermarkt hebben het ongeval vastgelegd. Persoon x heeft de gemeente aansprakelijk gesteld voor de schade, maar de aansprakelijkheidsverzekeraar van de gemeente, Melior, heeft geweigerd dekking te verlenen omdat zij van mening zijn dat de gemeente niet aansprakelijk is. Melior heeft Bosscha Ongevallenanalyse B.V. opdracht gegeven

VR 2022/143 Verzekeringsrecht; misleiding verzekeraar; benadeelde presenteert namaakartikelen als designerkleding.

Jurisprudentie

Op 1 mei 2015 vindt een aanrijding plaats tussen een snorfietser (A) en een fietser (B). De aansprakelijkheidsverzekeraar van B (VB) erkent aansprakelijkheid voor het ongeval. A claimt bij VB schade aan zijn scooter, jas, broek en zonnebril. Een taxateur (X) maakt in opdracht van A een taxatierapport op aan de hand van foto's van de goederen. Volgens dit rapport bedraagt de dagwaarde van de Gucci leren jas € 1.250, van de Kenzo broek € 175 en van de Cartier zonnebril € 575. Eerder dat jaar (januari 2015) had A de jas laten taxeren door Y, eveneens aan de hand van toegezonden foto's. Y schat de

VR 2021/47 Eenzijdig ongeval werknemer vof; vof aansprakelijk; aansprakelijkheidsverzekeraar en assurantietussenpersoon vof nietaansprakelijk.

Jurisprudentie
Op 9 februari 2013 heeft A (toen 20 jaar oud) een eenzijdig verkeersongeval gehad. A was in de auto van zijn zus onderweg naar Tiel. Daar moest hij een onderdeel ophalen voor de bestelbus van een klant van B. B is het bedrijf van de vader en de broer van A. A verrichtte in die periode werk voor B. A heeft bij het ongeval ernstig hersenletsel opgelopen. B had via C als tussenpersoon bij D een garageverzekering afgesloten. B heeft op grond van die verzekering de schade van A als gevolg van het ongeval bij D geclaimd. D heeft geen uitkering verleend. A zoekt verhaal voor zijn schade bij B, C en D

VR 2019/088 First partyverzekering voor verkeersongevallen

Artikel
VR 2019/88 First partyverzekering voor verkeersongevallen Mr. A.J.J.G. Schijns * * Onderzoeker bij de Vrije Universiteit en advocaat bij Beer advocaten te Amsterdam. 1. De verkeersverzekering: geen nieuw concept 1) De first partyverzekering voor verkeersongevallen lijkt een nieuwe ster aan het firmament. Toch is het concept van een verkeersverzekering zeker niet nieuw. Al een halve eeuw geleden hebben Bloembergen en Bongers in hun preadvies voor de jaarvergadering van de Nederlandse Juristen-Vereniging van 1967 gedebatteerd over een verkeersverzekering als alternatieve mogelijkheid van

VR 2018/30 Letselschade door paard (art. 6:179 BW); aansprakelijkheid
jegens echtgenoot.

Jurisprudentie
Verzoeker en verweerster (verzekerd bij Allianz) zijn echtgenoten. Zij bezaten een paard en een koets; verweerster had een koetsiersbewijs. Tijdens een rit in de koets heeft het (onrustig geworden) paard een ongeval veroorzaakt waarbij verzoeker onder meer tegen een auto is gedrukt en waarbij het rechterbeen van verzoeker is verbrijzeld. Verzoeker heeft zijn AVP-verzekeraar en de WAM-verzekeraar van de betrokken auto aangesproken, die beiden de claim hebben afgewezen. Verzoeker heeft voorts Allianz aangesproken op basis van een door verweerster afgesloten koetsiersverzekering. Allianz heeft

VR 2018/29 Deelgeschil; letselschade; ruzie op straat; geen WAM-schade.

Jurisprudentie
Verzoeker passeerde op de fiets de stilstaande bestelbus van verweerder sub 1. Tijdens het passeren heeft hij een klap op de bestelbus gegeven, omdat hij meende dat verweerder sub 1 een voor fietsers gevaarlijke situatie in het leven riep. Verweerder sub 1 heeft verzoeker daarop door het openstaande raam bij zijn mouw gepakt, waarna verzoeker zijn evenwicht verloor en tegen de bestelbus aanviel. Hij heeft daarbij letselschade aan zijn knie opgelopen. Verweerder sub 1 is strafrechtelijk veroordeeld voor dit incident. Hij heeft tegen dat vonnis weliswaar hoger beroep ingesteld, maar erkent de

VR 2018/18 Aansprakelijkheidsverzekering motorrijtuigen. Oldtimer.Schorsing tenaamstelling. Zorgplicht. Matiging sanctie.

Jurisprudentie
Gelet op de stukken in het dossier is naar het oordeel van het hof komen vast te staan dat de gedraging - “voor een motorrijtuig niet de vereiste verzekering afsluiten en in stand houden” - is verricht. Op het moment van de registercontrole was het op naam van de betrokkene gestelde voertuig niet verzekerd en de tenaamstelling daarvan in het kentekenregister evenmin geschorst. Ter beoordeling van het hof is nu of niettemin aanleiding is om in dit geval een sanctie achterwege te laten of het bedrag ervan te matigen.De advocaat-generaal heeft in zijn verweerschrift voorgesteld het sanctiebedrag