productenaansprakelijkheid

VR 2019/64 De zelfrijdende auto en het overmachtsverweer van art. 185 WVW

Artikel
VR 2019/64 De zelfrijdende auto en het overmachtsverweer van art. 185 WVW Mr. dr. N. Lavrijssen * en mr. M. Weitering ** * Docent bij de Juridische Hogeschool Avans & Fontys. Tevens lid van de kenniskring van het lectoraat Recht & Digitale Technologie van Fontys. ** Docent bij de Juridische Hogeschool Avans & Fontys. Tevens lid van de kenniskring van het lectoraat Digitalisering & Veiligheid van het Expertisecentrum Veiligheid van Avans. In het verleden heeft mw. Weitering met succes de Grotius specialisatieopleiding Personenschade afgerond en heeft zij als LSA-advocaat gewerkt. 1. Inleiding

VR 2018/65 Van een koude kermis thuis?

Artikel
VR 2018/65 Van een koude kermis thuis? Aansprakelijkheid voor letsel door gebrekkige attracties Mr. B. Endeman* * Advocaat te Haarlem 1. Inleiding Attracties vormen niet alleen een bron van vermaak, maar soms ook van leed doordat zij letsel veroorzaken. Ongevallen met attracties halen met enige regelmaat de pers 1) en vormen een bron van procedures over personenschades. In deze bijdrage wordt verkend op welke grondslagen personenschade kan worden verhaald, hoe de specifieke voor attracties geldende regelgeving daarvoor van betekenis is en hoe daarmee in de rechtspraak wordt omgegaan. Daarbij

VR 2018/75 Deelgeschil, productaansprakelijkheid.

Jurisprudentie
Verzoekster heeft schade (in de vorm van ernstig en blijvend zenuwletsel aan de linkerarm) geleden toen een fles champagne die zij probeerde te ontkurken uit elkaar sprong. Zij heeft respectievelijk aansprakelijk gesteld: · De Italiaanse vennootschap (Veralia) die de glazen fles heeft geproduceerd; · De Italiaanse vennootschap (Colonna Tosso) die de wijn heeft geproduceerd en gebotteld; · Een dochtermaatschappij van Colonna Tosso; · De Nederlandse vennootschap DGS, die de wijn in Nederland heeft ingevoerd. De verzoeken met betrekking tot DGS worden afgewezen. In de eerste plaats

VR 2017/73 Uitleg EEX-Verordening, handlungs- enerfolgsort.

Jurisprudentie
Westo heeft bij verweerder 1 een tractor aangeschaft die is geproduceerd in Duitsland. Toen ongeveer een jaar later een spoorwegovergang bij Coevorden moest worden overgestoken, sloeg de motor af en heeft er een aanrijding plaatsgevonden met een trein. De WAM-verzekeraar van Westo, Reaal, heeft de schade vergoed en wil vervolgens regres nemen. Volgens Reaal is de Nederlandse rechter bevoegd omdat het ongeval zich in Coevorden heeft voorgedaan. Het hof heeft geoordeeld dat slechts de Duitse rechter bevoegd is. Uit het HvJEU-arrest Kainz/Pantherwerke volgt immers dat 'de plaats waar het

VR 2017/05 Uitleg dictum feitenrechter.

Jurisprudentie
Verweerder is vrachtwagenchauffeur. In 2004 is hij, mede door een glad wegdek, tegen een paal gebotst. Daarbij is de cabine van de vrachtwagen als gevolg van een technisch mankement naar voren geklapt en is verweerder uit de cabine geslingerd. Hij heeft daarbij een dwarslaesie opgelopen. Rechtbank en hof hebben vastgesteld dat het letsel als gevolg van het naar voren klappen van de cabine ernstiger is dan het anders zou zijn geweest, en dat de producent aansprakelijk is voor het letsel voor zover dit is verergerd door het naar voren klappen van de cabine. Het dictum van de rechtbank luidt