verkeerscontrole

VR 2023/50 Trouwstoet. Verkeerscontrole. Recht op eerbiediging van privéleven.

Jurisprudentie

Bij deelname aan het verkeer op de openbare weg mag een betrokkene er in beginsel niet op rekenen onbevangen zichzelf te kunnen zijn, zodat bij toezicht op de naleving van verkeersregels het recht op privacy niet snel geschonden zal zijn. Het over enige afstand volgen van voertuigen ten einde toezicht te houden op de naleving van verkeersregels levert een dergelijke inbreuk op zichzelf niet op.

VR 2019/124 Trajectcontrole. Privacy. Persoonlijke
levenssfeer.

Jurisprudentie
Er is geen enkele aanwijzing dat de bij een trajectcontrole vastgelegde gegevens direct herleidbaar zijn tot de bestuurder. Dat is te meer het geval in een zaak als deze waarin de kentekenhouder een rechtspersoon is. Gelet hierop is er naar het oordeel van het hof bij een trajectcontrole geen sprake van schending van de privacy als bedoeld in artikel 8, eerste lid, van het EVRM of van schending van het recht op eerbiediging van de persoonlijke levenssfeer als bedoeld in artikel 10, eerste lid, van de Grondwet.

VR 2018/45 Toename aantal verkeersslachtoffers in Nederland:

Artikel
VR 2018/45 Toename aantal verkeersslachtoffers in Nederland: nieuwe impuls nodig voor verbetering verkeersveiligheid Dr. ir. Wendy Weijermars * * Senior onderzoeker bij SWOV. 1. Inleiding Verkeersongevallen kosten de Nederlandse samenleving grofweg 14 miljard euro per jaar. Dat is beduidend meer dan andere maatschappelijke kosten als gevolg van verkeer, zoals congestie (€ 2,3 tot € 3 miljard) en milieuschade (€ 4,8 miljard). 1) Het is dan ook belangrijk om het aantal verkeersslachtoffers terug te dringen. Voor een goed verkeersveiligheidsbeleid is inzicht in recente

VR 2018/02 Verkeerscontrole. Rijbewijs ter inzage afgeven.

Jurisprudentie
Aan de betrokkene is bij inleidende beschikking een administratieve sanctie opgelegd ter zake van “niet op eerste vordering behoorlijk het rijbewijs ter inzage afgeven”. Op basis van het gestelde in artikel 160 lid 4 WVW 1994 zijn ambtenaren van politie bevoegd voertuigen staande te houden ter controle van de naleving van de bij of krachtens de Wegenverkeerswet vastgestelde voorschriften. Uit hetgeen de verbalisanten hebben gerelateerd blijkt dat zij bezig waren met een controle op de juiste naleving van de feiten gesteld bij of krachtens de Wegenverkeerswet. De staandehouding was dus niet

VR 2017/22 Teruggave buitenlands rijbewijs.

Jurisprudentie
Teruggave ingevorderd rijbewijs. Buitenlandse rijbewijzen kunnen worden ingevorderd en ingehouden in de gevallen bedoeld in het tweede en derde lid van artikel 164 WVW 1994. Anders dan de Rechtbank heeft geoordeeld, is daarbij niet vereist dat de houder van het rijbewijs in Nederland woonachtig is. Daaraan doet niet af dat in de gevallen waarin art. 180, vierde lid, WVW 1994 toepasselijk is, op grond van art. 180, achtste lid, WVW 1994 de verplichting om het rijbewijs in te leveren niet geldt indien de houder van het buitenlandse rijbewijs niet in Nederland woonachtig is. Art. 180, vierde lid