Zoeken

12 resultaten gevonden

  1. VR 2023/100 De BGK-pilot

    Artikel
    “Het zou goed zijn, wanneer deze uitgave er mede toe zou kunnen bijdragen dat discussies over (de omvang van) buitengerechtelijke kosten tot het verleden behoren. Niet zelden vertroebelt die discussie het verloop van de schaderegeling. Beide partijen zouden gediend zijn bij duidelijkheid vooraf, mits die duidelijkheid bestaat uit een regeling, waarin beide partijen zich kunnen vinden.” “Discussies over buitengerechtelijke kosten zijn nog altijd aan de orde van de dag, ondanks de initiatieven die zijn ondernomen om deze te vermijden.” Het eerste citaat is uit 2000 en komt uit de uitgave van PIV in 2000 “Buitengerechtelijke kosten: vijf visies op de redelijkheid”. De toon in het voorwoord over de toen ook al bestaande BGK-discussie was nog optimistisch. In het tweede citaat uit 2012 heeft de moedeloosheid duidelijk toegeslagen. Ook de artikelen van verzekeraarszijde en slachtofferadvocatenzijde in het themanummer van Letsel & Schade over BGK (2016) stemden niet tot optimisme. In mijn artikel uit 2020 voor dit tijdschrift maakte ik echter wel melding van pogingen om de BGK-discussie in rustiger vaarwater te leiden. Er liepen toen een paar projecten waarbij tussen verzekeraars en slachtofferadvocaten geprobeerd werd om (ook) afspraken over betaling van de kosten rechtsbijstand te maken. Eén daarvan betrof een project van de LSA en verzekeraars over een BGK-voorschotregeling. Ten aanzien van dit laatste project pak ik in dit artikel de draad weer op, omdat dit project de fase van de steigers inmiddels is ontgroeid en steeds meer vorm krijgt. Het gaat om procesafspraken over buitengerechtelijke kosten in een pilot van de Vereniging voor Letselschade Advocaten (LSA) en het Platform Personenschade (voorheen: PIV), hierna kortweg aangeduid met ‘BGK-pilot’.
  2. VR 2023/101 Over schuld, schulduitsluiting en aansprakelijkheid

    Artikel
    De bovenstaande uitroep vormt de allereerste zin van het proefschrift dat ik begin 2022 heb verdedigd. In het onderzoek stond de rechtvaardiging van – op het eerste gezicht – onrechtmatig optreden centraal. En van daaruit ging het onderzoek, de zojuist geciteerde aansporing indachtig, terug naar de onrechtmatige daad. Het leidde langs de scheidslijn van rechtmatige en onrechtmatige daad, de invloed van een voorafgaande gedraging op de onrechtmatigheid, de betekenis van de beginselen van proportionaliteit en subsidiariteit voor het buitencontractuele aansprakelijkheidsrecht, overwegingen over de leer-Smits, tot beschouwingen over de invloed van een mogelijk gerechtvaardigde gedraging op het oordeel over de onrechtmatigheid en de omvang van de schadevergoedingsplicht. Bijna terloops kwam ook het begrip schuld aan de orde – eveneens mede bezien vanaf de “andere kant”: daar waar de schuld niet (meer) aangenomen wordt, namelijk bij de aanwezigheid van schulduitsluitingsgronden. Bij de bespreking van dat thema ging ik na wat de beschouwing van de schulduitsluitingsgronden kon bijdragen aan het begrijpen van het leerstuk schuld. De redactie van Verkeersrecht verzocht mij om een van de thema’s uit mijn proefschrift te bewerken tot een artikel. Aan die wens voldoe ik graag en ik neem de kans te baat om nogmaals stil te staan bij het thema Schuld.
  3. VR 2023/102 Dood door schuld. Verontschuldigbare onmacht.

    Jurisprudentie

    De verdachte is met de door hem bestuurde auto op de linker weghelft geraakt en daardoor op een tegemoetkomende auto gebotst waardoor de bestuurder van die auto om het leven is gekomen. Met de neuroloog acht het hof het meest aannemelijk dat het handelen van de verdachte een medische oorzaak heeft gehad, in de vorm van een epileptische aanval. Derhalve geen schuld in de zin van art. 6 WVW 1994 en ontslag van rechtsvervolging t.a.v. art. 5 WVW 1994.

  4. VR 2023/103 Zwaar lichamelijk letsel door schuld. Mate van schuld. Verontschuldigbare onmacht?

    Jurisprudentie

    De verdachte heeft een verkeersfout gemaakt, namelijk het als bestuurder niet zoveel mogelijk rechts (blijven) rijden. Zij is op de weghelft voor het tegemoetkomende verkeer gekomen met overschrijding van de dubbel ononderbroken streep gelegen tussen de beide weghelften en daarbij op een tegenligger gebotst met zwaar lichamelijk letsel van inzittenden van de tegenligger als gevolg. De strekking van de verkeersregel dat een ononderbroken streep niet mag worden overschreden, is dat er anders in de gegeven situatie een ontoelaatbare mate van voorzienbaar gevaar voor de verkeersveiligheid zou

  5. VR 2023/104 Gedeclareerde kosten zien niet op buitengerechtelijke kosten, diverse advocaten, laatste advocaat geen schikkingsonderhandeling aangevoerd.

    Jurisprudentie

    De zaak gaat over een verkeersongeval waarvoor Achmea, de WAM-verzekeraar, aansprakelijk is. Achmea erkent de aansprakelijkheid, maar betwist het medisch causaal verband tussen de schade en het ongeval. Persoon X heeft verschillende advocaten gehad sinds het verkeersongeval. Persoon X en zijn advocaat Y willen dat Achmea een bedrag van € 9.432 betaalt aan advocaat Y, die momenteel de zaak behandelt. Persoon X en zijn advocaat Y hebben de rechtbank gevraagd om Achmea te veroordelen tot betaling van de kosten van de advocaat Y en betaling van openstaande facturen. De rechtbank heeft de

  6. VR 2023/105 Regresvordering verzekeraar, langlopende letselschadezaak, verjaring.

    Jurisprudentie

    De zaak gaat over een elfjarige jongen, kind A, die na een sportevenement door een vrijwilliger van de Stichting Jong Nederland, persoon X, voor zijn huis werd afgezet en daarna werd aangereden door een auto. De bestuurder van de auto is verzekerd bij Achmea. Stichting Jong Nederland is verzekerd bij Reaal. Na onderhandelingen over de mate van eigen schuld is overeengekomen dat kind A 50% eigen schuld had en dat de andere 50% gelijkelijk door Achmea en Reaal zou worden betaald. In 2007 heeft Achmea de schulddeling ter discussie gesteld en heeft Reaal zich op het standpunt gesteld dat kind A

  7. VR 2023/106 Is 'no cure, no pay'-beding in rechtsbijstandsovereenkomst in strijd met goede zeden?

    Jurisprudentie

    Op 9 mei 2008 heeft Y letsel opgelopen. De aansprakelijke persoon was verzekerd bij Allianz. Y wordt onder bewind gesteld, met C, handelend onder de naam Budget Support, als bewindvoerder. Y neemt contact op met X om zich door hem te laten vertegenwoordigen bij de schadeafhandeling. De overeengekomen vergoeding is op basis van 'no cure, no pay'. C bekrachtigt de overeenkomst. Allianz en X bereiken na mediation overeenstemming over de schadeafhandeling. Bij mediation ontkent X op basis van een percentage werkzaam te zijn. Allianz vergoedt de schade en X brengt ruim € 52.000 als 'success fee' in

  8. VR 2023/107 Door storm omgevallen schrikhek. Aansprakelijkheid gemeente als wegbeheerder. Geen eigen schuld bestuurder.

    Jurisprudentie

    Op maandag 11 maart 2019 vonden omstreeks 6 uur 's ochtends twee afzonderlijke, maar vrijwel identieke ongevallen plaats. Daarbij zijn kort na elkaar twee scooterrijders tegen een omgevallen schrikhek aangereden en ten val gekomen. Scooterrijder A heeft hoofdletsel opgelopen en enkele maanden in het revalidatiecentrum verbleven. Scooterrijder B is aan zijn verwondingen overleden. A was verzekerd bij DSW. DSW voldoet de zorgkosten van A. DSW vordert betaling van die zorgkosten, groot € 155.582,55, van de gemeente, omdat de gemeente als wegbeheerder op grond van art. 6:162 BW aansprakelijk zou

  9. VR 2023/108 Ongeval bij aanleggen vrachtwagen in laaddock. Werkgeversaansprakelijkheid; zorgplicht. Verkeersaansprakelijkheid; geen overmacht of eigen schuld.

    Jurisprudentie

    A exploiteert een slachterij, waarin X door B is gedetacheerd. Op 25 juni 2019 hielp X een vrachtwagenchauffeur van C bij het aanleggen van de vrachtwagen in het laaddock. Daarbij is de arm van X bekneld geraakt, waaraan hij een Complex Regionaal Pijnsyndroom overhoudt. X stelt A en B aansprakelijk, maar zij wijzen beiden aansprakelijkheid van de hand en verwijzen X door naar C. C stelt niet bekend te zijn met het ongeval en niet de eigenaar te zijn van de vrachtwagen. X stelt zowel A, B als C nogmaals aansprakelijk. De verzekeraar van C, Nationale Nederlanden (NN), laat weten dat C toch de

  10. VR 2023/109 Ongeval voetganger - snorfiets. Aansprakelijkheid en medeschuld.

    Jurisprudentie

    In de avond van 29 oktober 2021 vond er een ongeval plaats tussen X en C. X bevond zich als voetganger op het fietspad waarop C hem tegemoet reed op een snorfiets. Beide partijen hebben letsel opgelopen en er wordt getwist over de exacte toedracht van het ongeval. Op 12 november 2021 heeft mr. A van TVM namens X Bovemij (de WAM-verzekeraar van C) aansprakelijk gesteld voor het ongeval. Bovemij erkende middels de brief van 23 november 2021 de aansprakelijkheid voor het ongeval en verschafte in dezelfde brief informatie over de letselschaderegeling. Enkele weken later verzocht de zijde van X om

  11. VR 2023/110 Val vrijwilliger op schaatsbaan. Zorgplicht organisator geschonden.

    Jurisprudentie

    Op 13 december 2019 werkte X als vrijwilliger als baanwacht op een schaatsbaan. Hij is eenzijdig ten val gekomen, waarbij hij letsel aan zijn elleboog opliep en geopereerd moest worden. X stelt Winterterras, de organisator van het evenement met de schaatsbaan, aansprakelijk. Haar aansprakelijkheidsverzekeraar, Nationale Nederlanden (hierna: NN) wijst aansprakelijkheid af en laat een toedrachtonderzoek uitvoeren. X verzoekt onder meer een verklaring voor recht dat Winterterras op grond van art. 7:658 lid 2 en 4 BW aansprakelijk is voor zijn schade. De rechtbank wijst de verzoeken toe en

  12. VR 2023/111 Causaal verband. Voorschot. Buitengerechtelijke kosten.

    Jurisprudentie

    Op 18 april 2014 en 10 augustus 2016 is X verkeersongevallen overkomen, waarvoor ASR en Allianz aansprakelijkheid erkennen. X stelt lichamelijk en psychisch letsel te hebben opgelopen. Neuroloog C en psychiater D voeren medische expertises uit. Partijen zijn verdeeld over de vraag welke conclusies aan de expertiserapporten moeten worden verbonden. Na een mislukte poging tot mediation medio 2018 gaat ASR over tot eenzijdige schadeafhandeling. X verzoekt onder meer een verklaring voor recht dat zijn klachten en beperkingen in causaal verband staan met de ongevallen, dat ASR zijn schade moet

Zoektips

  • Check of de spelling van de zoekterm klopt
  • Weet u het publicatienummer van een uitspraak of artikel, toets dan bijvoorbeeld in “2021/68”. Het publicatienummer dient dus tussen aanhalingstekens te staan. (N.B.: artikelen hebben vanaf 2011 een publicatienummer; uitspraken hebben allemaal een publicatienummer.) Om een artikel of uitspraak te vinden met een publicatienummer onder de 10 of vlak onder de 100, is het soms nodig om er een nul voor te typen. Bijvoorbeeld “2022/08” of “2021/090”.
  • Gebruik meerdere zoektermen voor een zo relevant mogelijk resultaat:
    • Zoekt u een artikel/uitspraak waarin zowel ‘auto’ als ‘stoplicht’ voorkomt, toets dan in: auto AND stoplicht
    • Zoekt u op één van de woorden, dan toetst u de woorden gewoon los in (auto stoplicht). Het zoekresultaat bevat dan alle artikelen/uitspraken/columns waarin auto en/of stoplicht voorkomt.

Nog niet gevonden wat u zoekt? Neem contact met ons op. Wij helpen u graag!