Zoeken

151 resultaten gevonden

  1. VR 2018/02 Verkeerscontrole. Rijbewijs ter inzage afgeven.

    Jurisprudentie
    Aan de betrokkene is bij inleidende beschikking een administratieve sanctie opgelegd ter zake van “niet op eerste vordering behoorlijk het rijbewijs ter inzage afgeven”. Op basis van het gestelde in artikel 160 lid 4 WVW 1994 zijn ambtenaren van politie bevoegd voertuigen staande te houden ter controle van de naleving van de bij of krachtens de Wegenverkeerswet vastgestelde voorschriften. Uit hetgeen de verbalisanten hebben gerelateerd blijkt dat zij bezig waren met een controle op de juiste naleving van de feiten gesteld bij of krachtens de Wegenverkeerswet. De staandehouding was dus niet
  2. VR 2018/03 Kentekenaansprakelijkheid. Zekerheid. Gemachtigde.Draagkrachtverweer.

    Jurisprudentie
    De kantonrechter heeft het beroep van de betrokkene niet-ontvankelijk verklaard, omdat de betrokkene niet binnen de in artikel 11, derde lid, van de WAHV gestelde termijn zekerheid heeft gesteld. De gemachtigde van de betrokkene, ten tijde van de gedraging de bestuurder van het voertuig, voert in hoger beroep aan dat de sanctie ten onrechte is opgelegd. Voorts stelt de gemachtigde dat het bedrag van de sanctie tijdig is betaald. Artikel 5 van de WAHV bepaalt - voor zover hier van belang - dat indien is vastgesteld dat de gedraging heeft plaatsgevonden met of door middel van een motorrijtuig
  3. VR 2018/04 Geen proces-verbaal zitting. Toezending stukken.

    Jurisprudentie
    De gemachtigde van de betrokkene heeft in hoger beroep met betrekking tot de beslissing van de kantonrechter onder meer aangevoerd dat in strijd met artikel 13, derde lid, van de WAHV geen proces-verbaal van het ter zitting verhandelde is opgemaakt.Uit het derde lid van artikel 13 WAHV, in verband met het tweede lid van evengenoemd artikel en met artikel 12 van die wet, moet worden afgeleid dat van iedere zitting die krachtens de WAHV wordt gehouden, een proces-verbaal behoort te worden opgemaakt, behelzende de zakelijke inhoud van de aldaar afgelegde verklaringen en van hetgeen verder op de
  4. VR 2018/05 Aansprakelijkheid wegbeheerder; onderhoud; opheffingonrechtmatige toestand.

    Jurisprudentie
    Geïntimeerden (eisers in eerste aanleg) zijn respectievelijk agrariërs en campinghouder in het buitengebied van de gemeente. De wegen waar hun bedrijven aan zijn gelegen, worden gebruikt zowel door zware landbouwvoertuigen als door recreatieve fietsers. Begin 2011 hebben geïntimeerden de gemeente reeds verzocht onderhoud te plegen, hetgeen de gemeente toen heeft geweigerd met onder meer een beroep op een rapport van Grontmij waarin werd gesteld dat de scheurvorming in deze wegen nog binnen de normen bleef. Nadien hebben dijkverzwaringswerkzaamheden plaatsgevonden, waarbij met zware voertuigen
  5. VR 2018/06 Verkeersongeval; eigen schuld; (doorbreking) causaal verband.

    Jurisprudentie
    Eiser reed op een motor op een voorrangsweg. Gedaagde (automobilist) verleende hem geen voorrang, waarop zij in botsing kwamen. Gedaagde is niet verzekerd. Gedaagde stelt dat eiser (1) niet beschikte over een geldig rijbewijs en (2) geen licht voerde (het ongeval vond plaats op 10 december om 23.35 uur). Hij doet op basis van die omstandigheden primair een beroep op overmacht en subsidiair op eigen schuld. Het gerecht verwerpt het beroep op overmacht en bespreekt dan het beroep op eigen schuld. De omstandigheid dat eiser niet beschikte over een geldig rijbewijs volgt uit de stukken; de
  6. VR 2018/07 Letselschade; sport en spel; aansprakelijkheid organisator; eigen schuld.

    Jurisprudentie
    Letselschade na ongeval op een kartbaan. Tijdens het vrij rijden is gedaagde 1 (20 jaar, onervaren karter) met zijn kart van de baan geraakt. Bij het weer oprijden van de baan werd hij met bijna 70 km/u aangereden door D, de dochter van eisers, (bijna 15 jaar, ervaren kartster). De kart van D werd daarbij gelanceerd en vloog in brand, terwijl D eruit werd geslingerd en letselschade opliep. De rechtbank past de verhoogde aansprakelijkheidsdrempel uit de sport- en speljurisprudentie toe en oordeelt, onder weging van alle omstandigheden, dat gedaagde 1 niet aansprakelijk is tegenover D. De
  7. VR 2018/08 Motorongeval; aansprakelijkheid landbouwer i.v.m. onvoldoende schoonmaken van de weg.

    Jurisprudentie
    Eiser is in september 2013 met zijn motor ten val gekomen, naar eigen zeggen omdat de weg glad was als gevolg van modder die niet was opgeruimd nadat met een of meerdere bij Univé verzekerde landbouwvoertuig(en) over de weg was gereden. Hij is in de gelegenheid gesteld te bewijzen dat (1) de weg inderdaad glad was door modder, (2) deze modder de weg was opgereden door een bij Univé verzekerd landbouwvoertuig en (3) de slip is veroorzaakt door deze gladheid. Naar het oordeel van de rechtbank is hij op al deze punten geslaagd in de bewijsopdracht. Van de bestuurder van het voertuig (X) mocht
  8. VR 2018/09 Klacht; geen redelijke belangenafweging; eenzijdig verkeersongeval.

    Jurisprudentie
    Verzoeker is ten val gekomen toen hij met zijn motor slipte over een strook modder en tegen een boom botste. De politie heeft een aantal foto's gemaakt en de bevindingen vastgelegd in een mutatie, maar niet in een proces-verbaal. Verzoeker klaagt erover dat de politie ondanks herhaaldelijk aandringen heeft geweigerd een proces-verbaal op te maken, nu de precieze toedracht als gevolg van dit verzuim niet meer kan worden vastgesteld en een civielrechtelijke aansprakelijkheidsstelling moeilijk met feiten kan worden onderbouwd. De politie stelt dat er geen proces-verbaal hoefde te worden opgemaakt
  9. VR 2018/10 Deelgeschil, causaal verband tussen ongeval en vervroegde woningverkoop.

    Jurisprudentie
    Verzoekster is aangereden door een (WAM-)verzekerde van Univé en heeft daarbij ernstig letsel opgelopen. Na de ziekenhuisopname heeft zij in een verzorgingstehuis verbleven. Ze kon niet meer terugkeren naar haar oude (eengezins-)woning, maar heeft een gelijkvloers serviceappartement gehuurd. Univé heeft in de periode dat de oude woning te koop stond de dubbele woonlasten vergoed. In 2010 is de woning (waarvan de WOZ-waarde op dat moment € 182.000,- bedroeg) te koop gezet; in 2013 is de woning voor € 130.000,- verkocht. Verzoekster vraagt (primair) een verklaring voor recht dat zij als gevolg
  10. VR 2018/103 Voorrang. Afslaan. Fietspad. Dodelijk ongeval. Geen
    aanmerkelijke schuld.

    Jurisprudentie
    De verdachte, beroepschauffeur, slaat met de door hem bestuurde vrachtwagen rechtsaf en komt daarbij in aanrijding met een op een rechts van de weg liggend fietspad in dezelfde richting als de verdachte rijdende fietser, die ten gevolge van het ongeval overlijdt. Verdachte heeft er blijk van gegeven, door meermalen in zijn spiegels en zijraam te kijken en zijn snelheid te minderen, zich te hebben ingespannen om aan de plicht om voorrang te verlenen te voldoen. Uit de enkele omstandigheid dat verdachte het slachtoffer aan wie hij voorrang had dienen te verlenen niet heeft gezien, hoewel zij
  11. VR 2018/104 Vanuit uitrit de weg oprijden. Matiging sanctie.

    Jurisprudentie
    Administratieve sanctie opgelegd ter zake van “uit uitrit de weg oprijden zonder overige verkeer voor te laten gaan”. Door de gemachtigde is aangegeven dat zij achteruit de uitrit moest verlaten en voorzichtig de uitrit is uitgereden. Bij het achteruit rijden moest ze een trottoir en fietspad oversteken. Vlakbij de uitrit bevond zich een kruispunt met verkeerslichten. Vanuit de uitrit was niet waar te nemen of de verkeerslichten op groen gaan. Dat wordt eerst duidelijk als het verkeer gaat rijden. De verbalisant heeft verklaard dat hij vanaf het kruispunt linksaf de weg op is gereden toen het
  12. VR 2018/105 Kentekenaansprakelijkheid. Mogelijkheid tot staandehouding.

    Jurisprudentie
    Administratieve sanctie opgelegd ter zake van “Bij belangrijke zijdelingse verplaatsing geen teken met richtingaanwijzer geven”.Artikel 5 WAHV bepaalt - voor zover hier van belang - dat indien is vastgesteld dat de gedraging heeft plaatsgevonden met of door middel van een motorrijtuig waarvoor een kenteken is opgegeven, en niet aanstonds is vastgesteld wie daarvan de bestuurder is, de administratieve sanctie wordt opgelegd aan degene op wiens naam het kenteken ten tijde van de gedraging in het kentekenregister was ingeschreven. Deze bepaling moet aldus worden verstaan dat ingeval zich een
  13. VR 2018/106 Rijrichting rotonde. Ontbreken verkeersbord. Rechts houden.

    Jurisprudentie
    Administratieve sanctie opgelegd ter zake van “als bestuurder rijden in strijd met de door bord D1 aangegeven rijrichting (rotonde; verplichte rijrichting)”. De betrokkene heeft een rotonde genaderd waarbij niet middels het bord D1 een verplichte rijrichting was aangegeven. Bij de nadering van een rotonde is sprake van een rijstrook voor verkeer richting de rotonde. Dit betreft de rechterrijstrook. Op het wegdek van deze rijstrook voor de rotonde bevinden zich haaientanden. De linkerrijstrook is bestemd voor het tegemoetkomende verkeer. Gelet op artikel 3, eerste lid, van het RVV 1990 en wat
  14. VR 2018/107 Verkeersongeval tussen twee auto's; toedracht? Schenden
    voorrangsverplichting.

    Jurisprudentie
    In 2011 heeft een botsing plaatsgevonden tussen de auto's van appellante en geïntimeerde op een weg binnen de bebouwde kom (maximumsnelheid 30 km/u). De auto van appellante liep daarbij schade op aan de linkerachterzijde, de auto van geïntimeerde aan de rechterzijde. De verzekeraar van appellante heeft de schade vergoed, als gevolg waarvan zij is teruggegaan in haar no-claimkorting. Dat kan slechts anders worden indien in deze procedure komt vast te staan dat geïntimeerde volledig aansprakelijk is. Appellante stelt dat zij achteruit vanuit haar uitrit de weg is opgereden, enige tijd heeft
  15. VR 2018/108 Verzekeringsrecht; geënsceneerd ongeval? Bewijslast.

    Jurisprudentie
    In december 2015 heeft appellant bij Allianz (zijn eigen WAM-verzekeraar) en Aegon (de WAM-verzekeraar van X) melding gemaakt van een ongeval tussen hem en X op 16 december 2015. Er zijn ter plaatse geen remsporen aangetroffen. Blijkens een onderzoek door Dekra heeft de brandweer een tweetal kabels doorgesneden bij het bergen van het voertuig van appellant, maar is er ook een derde kabel doorgesneden (als gevolg waarvan het motormanagementsysteem niet meer kon worden uitgelezen) zonder dat de brandweer daar iets van weet. Allianz heeft de vordering van appellant tot vergoeding van de
  16. VR 2018/109 Aanrijding vrachtwagen met nagenoeg stilstaande personenauto;
    eigen schuld.

    Jurisprudentie
    Eisers zijn een Poolse vrachtwagenchauffeur en diens echtgenote. Op 30 september 2015 is eiser met zijn vrachtwagen op een autoweg achterop een (nagenoeg stilstaande) personenauto gereden, waarbij de inzittenden van de personenauto om het leven zijn gekomen en zware schade aan de vrachtwagencombinatie is ontstaan. Eisers hebben de WAM-verzekeraar van de personenauto aansprakelijk gesteld. De rechtbank stelt voorop dat de Nederlandse rechter bevoegd is (art. 2 lid 1 EEX-Verordening) en dat Nederlands recht van toepassing is (art. 3 Haags Verkeersongevallenverdrag). Op grond van
  17. VR 2018/11 Deelgeschil. Verkeersongeval motorrijder en fietser; reflexwerking 185 WVW.

    Jurisprudentie
    Verzoeker reed met zijn motor op een weg met aan weerszijden fietspaden. Op een kruising is hij gestopt achter een Jeep die naar links wilde afslaan. Hij heeft deze Jeep vervolgens rechts gepasseerd. Daarbij is hij in botsing gekomen met verweerder, die aan de verkeerde kant van de weg fietste. De WA-verzekeraar van verweerder heeft aangeboden 40% van de schade te vergoeden. Verzoeker wenst zijn volledige schade vergoed te zien. Primair stelt hij dat er sprake is van overmacht aan zijn kant, subsidiair dat de fouten aan de zijde van verweerder zozeer hebben bijgedragen aan het ontstaan van het
  18. VR 2018/110 Aansprakelijkheid zwembad voor ongeval bij afdaling waterglijbaan.

    Jurisprudentie
    Eiser ging als 16-jarige op zijn knieën van de familieglijbaan in een zwembad. Hij is daarbij met zijn hoofd op de bodem van het zwembad terechtgekomen en heeft een hoge dwarslaesie opgelopen. Een deskundige aan de zijde van eiser heeft onder meer opgemerkt dat (1) het risico op een gevaarlijke 'landing' bij een familieglijbaan groter is dan bij gewone glijbanen, dat (2) dit risico nog groter is bij onreglementaire wijzen van afdalen (zoals hier aan de orde) en dat (3) het aantal ongevallen bij familieglijbanen in het algemeen ca. 5 keer zo groot is als bij andere glijbanen. Gelet op deze
  19. VR 2018/111 Verkeersongeval, verzekeringsfraude.

    Jurisprudentie
    Met ingang van 8 november 2012 heeft eiser bij Bovemij een zgn. oldtimerverzekering afgesloten voor een hem toebehorende Mercedes-Benz. Op 1 september 2013 vond een ongeval plaats waarbij eiser in de Mercedes werd aangereden door een vrachtwagen. Volgens eiser vond het ongeval plaats toen hij met ca. 50 km/u over de doorgaande weg reed en de vrachtwagen plotseling vanuit een (voor eiser aan de linkerzijde gelegen) zijstraat kwam. Bovemij heeft uitkering geweigerd met een beroep op fraude, onder verwijzing naar een rapport van Dekra waarin wordt geconcludeerd dat sprake is van een zgn
  20. VR 2018/112 Letselschade; fraude? Verval van vergoedingsplicht?

    Jurisprudentie
    Eisers (samen rijdend op een scooter) zijn aangereden door een verzekerde van Allianz en hebben daarbij letsel opgelopen. Allianz heeft geweigerd de schade te vergoeden, omdat eisers zouden hebben geprobeerd ook schade te claimen die niet het gevolg kan zijn van het ongeval. Daarmee zou volgens Allianz sprake zijn van bedrog en daarmee van een onrechtmatige daad, althans zou de vergoedingsplicht van Allianz op grond van de redelijkheid en billijkheid moeten vervallen. Eisers betwisten dat sprake is (geweest) van opzettelijke misleiding. De rechtbank verwerpt het verweer van Allianz. Art. 7:941

Zoektips

  • Check of de spelling van de zoekterm klopt
  • Weet u het publicatienummer van een uitspraak of artikel, toets dan bijvoorbeeld in “2021/68”. Het publicatienummer dient dus tussen aanhalingstekens te staan. (N.B.: artikelen hebben vanaf 2011 een publicatienummer; uitspraken hebben allemaal een publicatienummer.) Om een artikel of uitspraak te vinden met een publicatienummer onder de 10 of vlak onder de 100, is het soms nodig om er een nul voor te typen. Bijvoorbeeld “2022/08” of “2021/090”.
  • Gebruik meerdere zoektermen voor een zo relevant mogelijk resultaat:
    • Zoekt u een artikel/uitspraak waarin zowel ‘auto’ als ‘stoplicht’ voorkomt, toets dan in: auto AND stoplicht
    • Zoekt u op één van de woorden, dan toetst u de woorden gewoon los in (auto stoplicht). Het zoekresultaat bevat dan alle artikelen/uitspraken/columns waarin auto en/of stoplicht voorkomt.

Nog niet gevonden wat u zoekt? Neem contact met ons op. Wij helpen u graag!