verkeersongeval

VR 2020/183 Kind rijdt volwassene aan; geen eigen schuld; vergoeding huishoudelijke hulp.

Jurisprudentie
Een kind (A) is vanaf de oprit de rijbaan opgereden. Hierbij heeft zij een op die rijbaan rijdende volwassene (B) - aan wie zij voorrang had moeten verlenen - in het voorwiel geschept. Vast komt te staan dat A onrechtmatig heeft gehandeld jegens B. De ouders van A zijn als wettelijke vertegenwoordigers van A hoofdelijk aansprakelijk voor de schade van B.Het hof oordeelt dat geen sprake is van eigen schuld van B. Op grond van de getuigenverklaringen van B en haar echtgenoot is aannemelijk dat B, fietsend op de rijbaan, plotseling geconfronteerd werd met A, die de oprit afreed en B in het

VR 2020/175 Auto-ongeluk; whiplash; vaststellen klachten en causaal verband.

Jurisprudentie
In 2014 is A een verkeersongeval overkomen toen zij in haar auto reed. Bij een stoplicht is een auto die tegen wettelijke aansprakelijkheid was verzekerd bij B achterop de auto van A gebotst. B heeft aansprakelijkheid erkend voor de gevolgen van het ongeval. A ervaart na het ongeval verschillende whiplashachtige klachten. Naar aanleiding hiervan is door neuroloog C een neurologische expertise uitgevoerd. In dit deelgeschil verzoekt A dat de rechtbank vaststelt dat zij lijdt aan een twaalftal klachten en dat een causaal verband bestaat tussen deze klachten en het ongeval. Op grond van het

VR 2020/151 Auto-ongeluk; verzoek maandelijks voorschot afgewezen.

Jurisprudentie
A is in 2015 een auto-ongeluk overkomen. Toen hij met zijn auto stilstond in de file op de A12, is B met zijn auto achterop de auto van A gereden. Sinds het ongeval ervaart A hoofdpijn, duizeligheid en concentratieproblemen. A werkt als zelfstandig ondernemer en is enige tijd na het ongeval een dag per week minder gaan werken. De WAM-verzekeraar van de auto van B (C) heeft namens B aansprakelijkheid erkend voor de schade die A als gevolg van het ongeval heeft geleden en lijdt. C heeft reeds € 95.000 aan voorschotten aan A betaald. A verzoekt in deze procedure een aanvullend voorschot van € 15

VR 2020/148 Botsing auto's; ernstig letsel passagier; invloed cannabis; 100% verwijtbaarheid.

Jurisprudentie
In 2014 heeft een ernstig verkeersongeval plaatsgevonden op een kruising, waarbij een grijze Opel (bestuurd door A) werd aangereden door een blauwe Opel (bestuurd door B). Toen A met zijn auto op de kruising linksaf sloeg, is hij aangereden door B die met zijn auto van rechts kwam. C en D zaten bij B in de auto en liepen bij het ongeval (ernstig) letsel op. Achmea behandelt als WA-verzekeraar van de grijze Opel de schadevorderingen van C en D. In deze procedure vordert Achmea dat de rechtbank voor recht verklaart dat de WA-verzekeraar van de blauwe Opel, Noordhollandsche, 100% van de uit het

VR 2020/147 Verkeersongeval; deskundigenrapporten; causaal verband; arbeidsongeschiktheid.

Jurisprudentie
Op 18 februari 2015 is A een ongeval overkomen, waarbij een bij B tegen wettelijke aansprakelijkheid verzekerde automobilist achterop de stilstaande auto van A is gebotst. B heeft aansprakelijkheid voor de gevolgen van dit ongeval erkend. A is nadien nog bij vijf andere verkeersongevallen betrokken geweest. Ten tijde van het ongeval werkte A als rijinstructeur en had hij een eigen rijschool. A heeft in 2016 zijn rijschool opgeheven. Hij verzorgt nu rijlessen voor de rijschool van zijn zoon. A ervaart na het ongeval rugklachten en tintelingen in zijn benen. Op gezamenlijk verzoek van A en B

VR 2020/120 Fietser schrikt van auto en valt; art. 6:185 WVW; geen overmacht.

Jurisprudentie
In 2012 is A met haar fiets ten val gekomen in een bocht naar rechts. Op het moment dat zij de bocht naderde, kwam B met zijn auto vanuit tegenovergestelde richting rijden. Toen A de auto van B zag, heeft zij van schrik geremd en haar stuur naar rechts gedraaid. Zij is van haar fiets gevallen en op het asfalt terechtgekomen naast de auto van B, waarbij zij haar pols en onderbeen heeft gebroken. De vraag is of B en diens WAM-verzekeraar (C) aansprakelijk zijn op grond van art. 6:185 WVW voor de schade die A als gevolg van het ongeval heeft geleden of dat aannemelijk is dat het ongeval is te

VR 2020/118 Shockschade; dodelijk verkeersongeval; confrontatievereiste; identificatie in mortuarium.

Jurisprudentie
X, geboren in 1994, is als 20-jarige als au pair naar Nederland gekomen. Zij verbleef bij een gastgezin in Rotterdam. Toen zij enige maanden in Nederland was, is zij overleden als gevolg van een ongeval waarbij zij met haar fiets onder een vuilniswagen is terechtgekomen. De ouders en broer van X, appellanten, zijn direct nadat zij op de hoogte waren gebracht van het ongeval naar Nederland gereisd en hebben X geïdentificeerd in het mortuarium. De chauffeur van de vrachtwagen is strafrechtelijk vervolgd voor dood door schuld. ABN AMRO is de WAM-verzekeraar van de vuilniswagen. Zij heeft

VR 2020/91 Aanrijding fietser en scooter; 50% regel; causaliteit; billijkheidscorrectie.

Jurisprudentie
Een fietser is frontaal in aanrijding gekomen met een scooter op een kruising. Vaststaat dat de fietser aan de verkeerde kant van de weg fietste. Als gevolg van het ongeval heeft de fietser letsel opgelopen aan zijn gezicht. De WAM-verzekeraar, Unigarant, heeft aansprakelijkheid voor het ongeval voor 50% erkend. De fietser stelt dat Unigarant volledig aansprakelijk is en vordert schadevergoeding. De rechtbank komt op grond van art. 185 lid 1 WVW, art. 6 lid 1 WAM en de 50%-regel tot het oordeel dat Unigarant ten minste 50% van de schade moet vergoeden. Ten aanzien van de causale verdeling

VR 2020/89 Botsing fietsers; kelderluik-criteria; eigen schuld.

Jurisprudentie
Op 19 mei 2015 is verzoekster, geboren op 2 juli 1956, betrokken geweest bij een ongeval. Zij reed op de fiets op geringe afstand achter verweerder sub 1. Toen verweerder sub 1 uit een zijstraat een collega zag aankomen, heeft hij zijn snelheid verminderd, waarna verzoekster ten val is gekomen. Als gevolg van het ongeval heeft verzoekster een hersenkneuzing en een fractuur van het rechtersleutelbeen opgelopen. Verweerder sub 1 was ten tijde van het ongeval tegen aansprakelijkheid verzekerd bij verweerder sub 2. Verzoekster verzoekt de rechtbank voor recht te verklaren dat verweerder sub 1

VR 2020/69 Verkeersongeval; afwijzing verzoek; geen consistent, consequent en samenhangend patroon van klachten.

Jurisprudentie
Verzoeker is op 2 oktober 2004 als bestuurder van een auto betrokken geraakt bij een aanrijding met een andere auto, waarbij de auto van verzoeker in de flank werd aangereden. Euro Insurance is de WAM-verzekeraar van de bestuurder van de andere auto. Euro Insurance heeft aansprakelijkheid voor de gevolgen van de aanrijding erkend. Op 28 juli 2016 is op gezamenlijk verzoek van partijen een neurologische expertise uitgebracht door een neuroloog. Verzoeker verzoekt voor recht te verklaren dat hij een blijvend patroon van klachten heeft zoals genoemd door de neuroloog in zijn rapport van 18 juli