Datum uitgave:
VR 2019/169 Mobiele telefoon. Vasthouden.
De betrokkene hield tijdens het rijden een mobiele telefoon geklemd tussen haar hoofd en hoofddoek. Onder "vasthouden" in de zin van artikel 61a van het RVV 1990 dient het geklemd houden van een mobiele telefoon tussen hoofd en hoofddoek te worden begrepen.
VR 2019/170 Maximumsnelheid. Noodtoestand? Mestgeur.
De verdachte is met de door hem bestuurde personenauto een vrachtwagen met mest gaan inhalen en heeft daarbij de maximumsnelheid overschreden. Vrees om stank van mest in kleding te krijgen levert geen noodtoestand op.
VR 2019/171 Parkeren. Oplaadpunt elektrische voertuigen.
Het voertuig van de betrokkene stond geparkeerd op een parkeerplaats die onderhevig is aan de werking van een aldaar geplaatst bord E4. Onder de "P" is een symbool opgenomen. Het betreft het in het verkeer gebruikelijke symbool voor een oplaadpunt voor elektrische voertuigen. Uit het verweer van de betrokkene volgt niet dat hij niet op de hoogte was van de betekenis van dit symbool; hij meent slechts dat het bord juridische werking ontbeert vanwege strijd met geldende wet- en regelgeving. Ook is niet in geding dat het desbetreffende voertuig geen elektrisch voertuig is.Nog los van het feit dat
VR 2019/172 Parkeren. Ne bis in idem?
Het voertuig van betrokkene stond op één dag om 09:11 uur en om 13:55 uur in strijd met het bord E2 geparkeerd. Voor beide gedragingen werd een administratieve sanctie opgelegd. Ook in zaken als de onderhavige is het beginsel 'ne bis in idem' van toepassing. Gelet op de strekking van het overtreden verkeersvoorschrift kan in beginsel op ieder tijdstip waarop wordt geconstateerd dat een motorrijtuig in strijd met een bord E2 staat geparkeerd, een sanctie worden opgelegd (vgl. Hof Arnhem-Leeuwarden 22 augustus 2017, ECLI:NL:GHARL:2017:7239). Derhalve is het beginsel niet geschonden.
VR 2019/173 Opzettelijke aanrijding fietser: geen strafrechtelijke
veroordeling voor opzetdelict nodig.
Ten gevolge van een aanrijding tussen een auto en een fietser is de fietser ten val gekomen met schade tot gevolg. Voor de aanrijding vond een incident plaats. Na het incident is de auto vanuit stilstand opgetrokken, waarna bestuurder een ruk aan het stuur heeft gegeven richting de fietser met de aanrijding tot gevolg. Volgens de automobilist heeft de kantonrechter ten onrechte buiten beschouwing gelaten of het tegen de automobilist gewezen strafrechtelijk vonnis bewijs oplevert ten aanzien van het opzettelijk veroorzaken van schade en/of letsel aan de fietser. Het hof oordeelt dat een