Datum uitgave:
pag. 129 VR 1999, De hoogte van het smartengeld in Nederland;
VRA 1999, p. 129 1999-05-01 Mr S.D. Lindenbergh De hoogte van het smartengeld in Nederland; een verkenning van de top VRA 1999, p. 129 Mr S.D. Lindenbergh BW art. 6:98 BW art. 6:106 BW art. 6:109 BW art. 6:162 1 Inleiding De vaststelling van de omvang van het smartengeld vormt één van de meest netelige kwesties bij de begroting van personenschade. Leed laat zich immers niet in geld uitdrukken. Wordt eenmaal de mogelijkheid van een recht op smartengeld aanvaard, zoals in vrijwel alle westerse rechtsstelsels - en overigens ook vaak daarbuiten - is geschied, dan wordt toch dat onmogelijke gevergd
pag. 135 VR 1999, Naar een gedifferentieerd vergoedingsregime voor verkeersslachtoffers;
VRA 1999, p. 135 1999-05-01 E.F.D. Engelhard, G.E. van Maanen Op 16 april 1999 heeft minister Korthals van Justitie het wetsvoorstel Verkeersongevallen van zijn voorgangster Sorgdrager ingetrokken. Zijn probleem was met name de vrijwel absolute aansprakelijkheid van de automobilist ook voor fietsers die roekeloos rijden. Bij Sorgdrager gold nog slechts 'opzet of bewuste roekeloosheid' van de fietser als verweer voor de bezitter van het motorrijtuig. Korthals wil dat beperken tot 'gewone' roekeloosheid. Dit zou ook een minder vergaande bescherming van de fietser inhouden in vergelijking met de