Datum uitgave:
VR 2020/164 Letselschade door afgebroken boomtak; kelderluikcriteria; gemeente aansprakelijk.
Op een windstille zomerdag in juli 2015 is A een ongeluk overkomen. Zij stond met anderen te wachten bij de opstaplocatie van een fluisterboot, toen een hoofdtak van een grote kastanjeboom afbrak en op haar terechtkwam. Bij dit ongeval heeft A ernstig letsel opgelopen. A stelt de gemeente (B) als eigenaar van de boom op grond van onrechtmatige daad (art. 6:162 BW) aansprakelijk voor de schade die zij door het ongeval heeft geleden en nog zal lijden. Volgens A heeft B de boom onvoldoende onderhouden en gecontroleerd, waardoor B een gevaarlijke situatie in het leven heeft geroepen. Het hof stelt
VR 2020/165 Verkeersongeval; motorfiets op fietsstrook; open portier geparkeerde auto; autobestuurder aansprakelijk.
A is een verkeersongeval overkomen. Hij reed op een motorfiets op een weg met aan de rechterzijde een fietsstrook met onderbroken streep. Aan de rechterzijde van de fietsstrook bevonden zich (gehandicapten)parkeervakken. B stond in een van die parkeervakken geparkeerd met een auto. Enkele meters verder van dat parkeervak was een kruising met verkeerslichten. Voor de verkeerslichten (die op rood stonden) stond een andere auto te wachten. A wilde bij de kruising rechtsaf slaan. Bij het naderen van de kruising is hij op de fietsstrook gaan rijden. Toen A ter hoogte van de geparkeerde auto van B
VR 2020/166 Ski-ongeval Zwitserland; art. 15 EVEX II; Nederlandse rechter niet bevoegd.
In 2010 is A een ski-ongeval overkomen op een skipiste in Zwitserland. Op een plek waar de piste met een bocht naar links gaat, is A rechtdoor geskied en van de piste gevallen. Hierbij heeft A ernstig letsel opgelopen. Vaststaat dat A een skipas had gekocht bij de exploitant van het skigebied (B). A stelt B aansprakelijk voor de schade die hij als gevolg van het ongeval heeft geleden en nog zal lijden. De vraag ligt voor of de Nederlandse rechter bevoegd is om van het geschil kennis te nemen.Het hof stelt voorop dat het ambtshalve gehouden is te onderzoeken of de Nederlandse rechter
VR 2020/167 Ongeval opgevoerde snorfiets en auto die geen voorrang verleent; 30% eigen schuld snorfietser.
Automobilist (B) is uit een uitrit een fietspad opgereden dat parallel loopt aan de weg waar de uitrit op uitkomt. Op dat moment kwam snorfietser (A) van links op het fietspad aangereden. Nadat A de auto van B heeft opgemerkt, heeft hij geremd en daarbij is hij, zonder de auto te raken, gevallen. Als gevolg van dit ongeval heeft A ernstig letsel opgelopen. De snorfiets was opgevoerd tot 57 km/uur. A vordert dat het hof voor recht verklaart dat B en zijn WAM-verzekeraar (C) volledig aansprakelijk zijn voor de door hem geleden schade. Tussen partijen staat vast dat B en C aansprakelijk zijn voor
VR 2020/168 Duw tijdens weerbaarheidstraining; medecursist aansprakelijk; geen eigen schuld.
In 2014 nam A deel aan een weerbaarheidstraining. Deze training bestond onder meer uit de oefening 'Sterk weglopen', waarbij een cursist een andere cursist tegen de schouder of borst moest duwen, waarna de andere cursist enkele stappen naar achteren moest doen en daarna rustig moest weglopen. A heeft de oefening uitgevoerd met medecursist B, waarbij B de rol van pester/duwer had. B heeft A geduwd en A is vervolgens achterover gevallen, waarbij zij twee gebroken polsen en een gekneusd stuitje heeft opgelopen. A stelt dat B onrechtmatig jegens haar heeft gehandeld en vordert dat het hof voor