Verkeersrecht 2021-11

Editie
Datum uitgave: 

VR 2021/139 Administratiefrechtelijke sanctie. Staande houden. Kentekenhouder.

Jurisprudentie
Uit artikel 5 van de Wahv volgt dat wanneer een gedraging wordt geconstateerd - i.c. het rijden door rood licht -, de ambtenaar de bestuurder staande houdt en zijn identiteit vaststelt, zodat hem een sanctie kan worden opgelegd. Slechts wanneer er geen reële mogelijkheid is geweest om de identiteit van de bestuurder vast te stellen, mag de sanctie aan de kentekenhouder worden opgelegd.De ambtenaar constateerde de gedraging terwijl hij reed in burgerkleding, op een privémotor en zonder verbindingsmiddelen met de politiemeldkamer en terwijl hij voor een rood verkeerslicht stond te wachten.In

VR 2021/140 Dood door schuld. Zorgvuldigheid.

Jurisprudentie
De verdachte loste een partij bietenpulp uit een kiepoplegger in een sleufsilo waarna, na het uitschuiven van het kiepgedeelte van die oplegger, dat kiepgedeelte is gaan kantelen en vervolgens deels terecht is gekomen in de oplegger die vlak naast zijn, verdachtes, vrachtwagencombinatie stond. Dat kiepgedeelte heeft het slachtoffer geraakt dat zich bevond in die oplegger. De verdachte heeft zich er voor het lossen van de partij bietenpulp niet van vergewist of er zich mensen bevonden in het werkgebied van die kiepoplegger. Daardoor is het aan verdachtes schuld te wijten is dat het slachtoffer

VR 2021/141 Ongeldig rijbewijs. Onrechtmatig gebruik van controlebevoegdheid. Onderscheid naar nationaliteit of afkomst. Project Moelander.

Jurisprudentie
Door in het kader van het “Project Moelander” indirect onderscheid te maken naar nationaliteit of afkomst van de inzittenden van een voertuig, terwijl hier geen gerechtvaardigde grond voor was, is in aanzienlijke mate inbreuk gemaakt op een van de meest fundamentele beginselen van de rechtsorde, zoals het gelijkheidsbeginsel en het non-discriminatiebeginsel. Door de wijze van handelen in het kader van het “Project Moelander” is derhalve een ernstige inbreuk op voormelde beginselen gemaakt, welke inbreuk verwijtbaar is. Hierbij is de verdachte in deze fundamentele belangen geschaad en door het

VR 2021/142 Dood door schuld. Causaal verband.

Jurisprudentie
Verdachte heeft onder invloed van drugs en een aanzienlijke hoeveelheid alcoholhoudende drank, zonder in het bezit te zijn van een rijbewijs, een auto bestuurd met drie passagiers en heeft daarmee een eenzijdig ongeval veroorzaakt waarbij één van de passagiers, slachtoffer, hierna: S, om het leven is gekomen. Hoewel de exacte feitelijke toedracht van het ongeval niet geheel is opgehelderd, wordt in de Verkeersongevallenanalyse geconcludeerd dat de snelheid van de auto minimaal 30 kilometer per uur geweest moet zijn, dat de auto ’s nachts op de Oud-Erensteinerweg in de richting is gereden van

VR 2021/143 Verkeersongeval. Poging tot doodslag. Voorwaardelijk opzet. Bewijs.

Jurisprudentie
Uit de inhoud van de bewijsmiddelen volgt dat de verdachte in de nacht van 29 oktober 2017, zonder over een rijbewijs te beschikken, in een personenauto is gaan rijden. Met de rechtbank kan het hof niet vaststellen wat de exacte snelheid van de Citroën C3 is geweest. Evenwel staat het voor het hof - evenals de rechtbank - vast dat de verdachte met een veel te hoge snelheid heeft gereden voor een veilig verkeer ter plaatse. Het rijgedrag van de verdachte werd door meerdere onafhankelijke getuigen omschreven als agressief en gevaarlijk. De plaats van het ongeval is bovendien gelegen in een 30