onrechtmatige daad

VR 2023/92 Dubbele beenbreuk bij voetbalwedstrijd. Onrechtmatige daad.

Jurisprudentie

Op zondag 4 mei 2014 speelde appellant een voetbalwedstrijd met zijn team Odin 3 tegen het team VSC 4, waarin geïntimeerde speelde. Tijdens de wedstrijd maakte geïntimeerde een sliding tackle op appellant, waardoor appellant een ernstige dubbele beenbreuk opliep. De scheidsrechter, tevens voorzitter van Odin, gaf geïntimeerde na afloop van de wedstrijd een rode kaart vanwege een buitensporige overtreding. De scheidsrechter vulde verschillende rapporten in waarin hij de overtreding van geïntimeerde en de gevolgen daarvan beschreef. De toen aanwezige grensrechter heeft eveneens een schriftelijke

VR 2023/61 Moord. Benadeelde partij. Shockschade. Geestelijk letsel.

Jurisprudentie

De zoon resp. de broer van de benadeelde partijen is vermoord. Zij vorderen vergoeding van schade, veroorzaakt door confrontatie met het dode slachtoffer. Het recht op vergoeding van schade die is veroorzaakt door het onrechtmatig teweegbrengen van een hevige emotionele schok is beperkt tot de schade die volgt uit geestelijk letsel. Het hof heeft vastgesteld dat met een slagvoorwerp hevig geweld is toegepast op het lichaam en het hoofd van het slachtoffer; onder meer dat de schedel is ingeslagen, de neus is verbrijzeld en de bovenkaak is gebroken. Het hof heeft overwogen dat de benadeelde

VR 2023/57 Toeschouwer krijgt voetbal tegen hoofd. Speler niet aansprakelijk: sport en spel.

Jurisprudentie

Op 13 oktober 2018 is X een ongeval overkomen. Hij was toeschouwer bij een voetbalwedstrijd van zijn zoon. Y, een tegenspeler van zijn zoon, trapte de bal over de zijlijn het veld uit. De bal kwam hard tegen het hoofd van X, waardoor hij met zijn hoofd tegen een betonnen plaat viel en bewusteloos raakte. X heeft ongeveer een week in het ziekenhuis gelegen en houdt ernstig letsel over aan het ongeval: hij is doof aan zijn rechteroor, heeft tinnitus, heeft last van evenwichtsstoornissen, duizeligheid en cognitieve klachten en heeft geen reuk en smaak meer. X stelt dat Y aansprakelijk is voor

VR 2023/42 Een bekende onverwacht optillen en laten vallen na alcoholgebruik is onrechtmatig.

Jurisprudentie

Op 3 augustus 2019 waren X en A op een evenement in Amsterdam. Tijdens het dansen/bewegen op de muziek greep A plotseling X bij haar middel en tilde haar ongeveer 30 cm op. Toen hij haar probeerde neer te zetten, kwam X ten val, waarbij ze een breuk in haar voorvoet opliep. De aansprakelijkheidsverzekeraar van A, Bovemij, weigert aansprakelijkheid te erkennen. X verzoekt onder meer een verklaring voor recht dat A en Bovemij aansprakelijk zijn. De rechtbank verklaart voor recht dat A en Bovemij aansprakelijk zijn voor de schade van X. Hiertoe overweegt zij als volgt. Of A onrechtmatig heeft

VR 2023/29 Wielrenner komt ten val door slingerende fietser. Geen uitzonderlijke slingerbeweging; geen onrechtmatige daad.

Jurisprudentie

Op 19 april 2020 vindt een ongeval plaats. Wielrenner X fietst op een fiets-/wandelpad van zes meter breed. Voor hem fietsen A en diens dochter B, in dezelfde richting. B heeft net een nieuwe 'grote' fiets gekregen. Als reactie op een stuurbeweging van B maakt A een slingerbeweging naar links, waarna hij remt en tot stilstand komt. X reed op dat moment achter A en knijpt vol in zijn remmen, waardoor hij over de kop slaat. Daarbij breekt hij een rib, zijn lendewervel, linkerpols en rechter elleboog. X vordert, onder meer, een verklaring voor recht dat A aansprakelijk is voor de schade van X

VR 2023/25 Peuter valt in vijver en raakt gehandicapt. Verhuurder aansprakelijk? Geen onrechtmatige daad of tekortkoming in nakoming huurovereenkomst.

Jurisprudentie

Op 4 oktober 2005 is de 19 maanden oude peuter X met zijn driewieler uit de achtertuin van zijn ouders weggereden. Hij is in de vijver in de voortuin van een andere woning beland, waarbij hij bijna is verdronken. Door langdurig zuurstofgebrek is X ernstig verstandelijk, lichamelijk en visueel gehandicapt geraakt. Hij functioneert op het niveau van een kind van 11 maanden en zal de rest van zijn leven volledig afhankelijk zijn van de hulp van anderen. A en B, de ouders van X, spreken de verhuurder van zowel hun eigen woning, als de woning waaraan de vijver lag, De Huismeesters, aan voor de

VR 2023/24 Onjuiste en misleidende verklaringen benadeelde. Onrechtmatige daad jegens verzekeraar; schadevergoeding. Persoonlijk onderzoek rechtmatig.

Jurisprudentie

Op 6 april 2012 is rijinstructrice X bij een verkeersongeval van achteren geraakt. De verzekeraar van de achterste auto, Vivat, erkent aansprakelijkheid. Vivat laat een persoonlijk onderzoek uitvoeren naar X, waarna Vivat de onderhandelingen beëindigt. De schadevergoedingsvordering van X wordt bij verstekvonnis toegewezen. In verzet wordt het verstekvonnis vernietigd en wordt X in reconventie veroordeeld om schadevergoeding en door Vivat verrichte onverschuldigde betalingen aan Vivat te betalen. X gaat in hoger beroep. Het hof bekrachtigt het vonnis en overweegt hiertoe als volgt. X is in 2007

VR 2022/147 Geen authentieke aanrijding; ongeval door X in scène gezet. X heeft onrechtmatig en maatschappelijk onbetamelijk gehandeld.

Jurisprudentie

Op 15 januari 2020 zou X, als bestuurder van een Land Rover, betrokken zijn geweest bij een aanrijding met B, als bestuurder van een bij Bo-Rent gehuurde bestelbus. Een dag later stuurt X een e-mail over de vermeende aanrijding, met een ingevuld aanrijdingsformulier, naar Allianz, de verzekeraar van Bo-Rent. X stelt Allianz aansprakelijk en verzoekt Allianz een expert in te schakelen voor de schade aan zijn auto. Allianz neemt de schade in behandeling, maar neemt nog geen standpunt in over de aansprakelijkheid. Daarnaast wil zij de Land Rover aan een nadere technische inspectie bij

VR 2022/115 Ongeval tijdens opleiding klimpark; geen aansprakelijkheid opleider en ontwerper/aanlegger klimpark.

Jurisprudentie

Op 8 september 2010 is X een ongeval overkomen in een klimpark. Dit klimpark was kort daarvoor in opdracht van A ontworpen en aangelegd door B. Ten behoeve van A zorgde B ook voor het opleiden van het personeel van het klimpark. B heeft hiervoor C ingeschakeld. X was werkzaam voor A en werd door C opgeleid tot locatiemanager van het klimpark. X moest als onderdeel van de opleiding de verschillende parcoursen in het klimpark afleggen. Hij was hierbij steeds gezekerd door een valveiligheidssysteem (een valharnas gekoppeld aan een lifeline). Op de dag van het ongeval heeft X samen met een collega

VR 2022/107 Snorfietser komt ten val bij inhalen fietser. Heeft fietser onrechtmatig gehandeld?

Jurisprudentie

Op 2 september 2014 komt snorfietsster X ten val terwijl zij probeert fietser Y in te halen. Fietser Y zou zijn uitgeweken, waarna hij tegen de schouder van X botste, die hierdoor haar evenwicht verloor, tegen een metalen paal van een bushokje botste en ten val kwam. X loopt hierbij letsel aan haar schouder op. In eerste aanleg vordert ze een verklaring voor recht dat Y aansprakelijk is voor de door haar geleden schade als gevolg van het ongeval. Y zou namelijk onrechtmatig jegens haar hebben gehandeld, door met oortjes in en mobiel in de hand onoplettend en onvoorzichtig aan het verkeer deel