schadevergoeding

VR 2021/75 Letselschadezaak; noodzakelijke verhuizing; medewerking verzekeraar bij aankoop kavel en bouw woning.

Jurisprudentie
In 2007 is A een verkeersongeval overkomen. Hij heeft daarbij letsel opgelopen dat tot blijvende beperkingen heeft geleid. Verzekeraar B heeft aansprakelijkheid voor het ongeval erkend. Tussen A en B staat vast dat A door zijn beperkingen moet verhuizen naar een woning die daarop is aangepast. A en B hebben C ingeschakeld om in kaart te brengen aan welke eisen een woning voor A moet voldoen. In 2015 heeft C een Programma van Eisen (PvE) opgesteld. Op basis van dat PvE hebben A en B gezocht naar concrete mogelijkheden voor A. A en B hebben echter nog geen bestaande of nieuwbouwwoning gevonden

VR 2021/16 Tendensen in het Belgische buitencontractuele aansprakelijkheidsrecht

Artikel
VR 2021/16 Tendensen in het Belgische buitencontractuele aansprakelijkheidsrecht: het kan verkeren Prof. dr. W. Vandenbussche en C. De Ridder * * Docent Instituut voor Procesrecht Universiteit Gent, advocaat, respectievelijk praktijkassistent en wetenschappelijk medewerker Universiteit Antwerpen, advocaat. 1. Inleiding Deze bijdrage geeft een overzicht van een aantal recente ontwikkelingen in het Belgische buitencontractuele aansprakelijkheidsrecht, die relevantie vertonen voor het verkeerscontentieux. Er wordt achtereenvolgens ingegaan op de aansprakelijkheid bij e-steps (paragraaf 2), het

VR 2020/145 Personenschade: hoe rekbaar is het causaal verband?

Artikel
VR 2020/145 Personenschade: hoe rekbaar is het causaal verband? Arvin Kolder * * Prof. mr. dr. A. Kolder is advocaat bij Kolder Vorsselman Advocaten te Groningen, tevens bijzonder hoogleraar Personenschade aan de Rijksuniversiteit Groningen. Deze bijdrage is een bewerking van de voordracht zoals op 31 januari 2020 gehouden op het 31e LSA-symposion ‘LSA revisited, welke lessen zijn er nog te leren?’. 1. Inleiding Welke lessen zijn te trekken uit dertig jaar causaliteit in personenschadezaken? De LSA verzocht mij om een bijdrage over de vraag hoe ‘toen’ 1) werd en ‘nu’ wordt omgegaan met causaal

VR 2020/144 Een gewoon leerstuk op het (toch) niet zo gewone terrein dat 'medische aansprakelijkheid' heet

Artikel
VR 2020/144 Een gewoon leerstuk op het (toch) niet zo gewone terrein dat ‘medische aansprakelijkheid’ heet Rolinka Wijne * * Mr. dr. R.P. Wijne is universitair docent Gezondheidsrecht en onderzoeker aan de Universiteit van Amsterdam. Daarnaast bekleedt zij enkele andere functies op het terrein van het gezondheidsrecht. 1. Inleiding In 2013 rondde ik mijn promotieproces af en verdedigde ik mijn proefschrift Aansprakelijkheid voor zorggerelateerde schade . 1) Wat ik van mijn onderzoek onder meer leerde was dat, hoewel het ‘gewoon’ aansprakelijkheidsrecht is, aansprakelijkheid voor

VR 2020/126 De wet affectieschade: nader beschouwd

Artikel
VR 2020/126 De wet affectieschade: nader beschouwd Mr. E.W. Bosch * * (LSA/ASP) letselschadeadvocaat/ partner bij Vogelaar Bosch Spijer Advocaten. 1. Inleiding Per 1 januari 2019 is de Wet Affectieschade in werking getreden. Na een lang voortraject erkent ook de Nederlandse rechtsorde ‘affectieschade’. Bij de vormgeving van het wetsvoorstel is een belangrijk uitgangspunt geweest dat zo veel als mogelijk langdurige en pijnlijke discussies over de intensiteit van het leed worden voorkomen. 1) Een wettelijk systeem met een vaste kring van gerechtigden en vaste bedragen als vergoeding, beperkt de

VR 2020/138 Vordering ter beschikking stellen passende woonruimte.

Jurisprudentie
Eiseres is op een kruispunt ten val gekomen doordat zij onvoldoende voorrang/ruimte kreeg van een eveneens links afslaande vrachtwagen. Zij kwam hierdoor ten val waarna een van de wielen van de vrachtwagen over haar bekken is gereden en zij enkele meters werd meegesleept voordat de vrachtwagen stilstond. Zij vordert dat Allianz wordt veroordeeld om passende woonruimte ter beschikking te stellen. Hiermee wordt beoogd een voorschot op de schadevergoeding te krijgen, namelijk een betaling in natura (art. 6:103 BW). Volgens de voorzieningenrechter heeft eiser een spoedeisend belang bij haar

VR 2020/122 Schade in verband met zorg door partner van benadeelde.

Jurisprudentie
In juni 2009 is verzoeker met een mes in de borstkas gestoken. Tijdens de behandeling in het ziekenhuis in Rotterdam is als gevolg van het inbrengen van een Flexi-Seal (systeem voor de opvang van ontlasting) een perforatie van de darm ontstaan, waardoor er een buikvliesontsteking ontstond en er blijvend een stoma dient te worden aangebracht. Prof. dr. J.G. van der Hoeven heeft als deskundige een rapport uitgebracht over de juistheid van de medische behandeling en heeft gerapporteerd dat de behandelaars de darmperforatie eerder hadden moeten ontdekken. Verweerster heeft naar aanleiding van het

VR 2020/64 Eigen schuld en verplicht verwijderen persoonsgegevens uit het Interne Verwijzingsregister van verzekeraar?

Jurisprudentie
Eiser is betrokken geraakt bij een aanrijding met een auto bestuurd door naam 1, hierna: X, wier auto verzekerd was bij Allianz. Eiser reed op de rotonde en is tegen de linker voorzijde van de van rechts komende auto van X aangereden. De door X bestuurde auto bevond zich op het moment van de botsing met de voorwielen en het linkerachterwiel voorbij de op het wegdek aangebrachte haaientanden en stond stil kort voordat eiser daar tegenaan reed. De auto van eiser bevond zich ten tijde van de botsing met het linkerachterwiel op de linkerrijstrook van de rotonde en voor het overige op de

VR 2020/21 Onvolledig informeren van rechtbank.

Jurisprudentie
Op 11 maart 2015 is eiseres een ongeval overkomen op de snelweg A12. Gedaagde reed diezelfde avond in een vrachtwagen eveneens op de A12, achter eiseres. Eiseres vordert een verklaring voor recht dat gedaagde jegens haar een onrechtmatige daad heeft gepleegd en vordert schadevergoeding omdat gedaagde een verkeersongeval zou hebben veroorzaakt. De vordering van eiseres wordt afgewezen op grond van art. 21 Rv. Eiseres heeft de rechtbank onvoldoende geïnformeerd en daardoor op het verkeerde been gezet door niet te voldoen aan haar verplichting de voor de beslissing van belang zijnde feiten

VR 2019/200 Schadeherstelrecht: de tijd is er rijp voor

Artikel
VR 2019/200 Schadeherstelrecht: de tijd is er rijp voor J. Dierx * * Bestuurder/mediator bij De Mediation Coöperatie en lid van de commissie van het Schadefonds Geweldsmisdrijven. Inleiding In dit artikel wordt betoogd dat toepassing van herstelrecht en mediation in de Nederlandse letsel- en overlijdensschadepraktijk wordt onderbenut. Restorative Justice (herstelrecht) is een theorie over recht-doen door het herstellen van schade, veroorzaakt door strafbaar gesteld of onrechtmatig gedrag. Dit wordt het best bereikt door vormen van samenwerking tussen alle belanghebbenden (deze omschrijving is