vaststellingsovereenkomst

VR 2024/108 Arbeidsongeschiktheid. Restverdiencapaciteit. Feitelijke situatie leidend.

Jurisprudentie

Op 25 januari 2018 werd de verzoekende partij op haar fiets aangereden door een scooter. De vrouw was destijds 57 jaar oud, maar zij heeft een verstandelijk niveau van een 5-jarig kind. De scooter betreft een verzekerde van Unigarant. Verzoekster liep ernstig letsel op aan haar rechterknie en rechteronderbeen. Ze is tweemaal geopereerd en heeft sindsdien lichamelijke beperkingen. Op het moment van het ongeval werkte zij 36 uur per week bij een bedrijf waar zij productiewerkzaamheden verrichtte. Sinds het ongeval is ze arbeidsongeschikt. Unigarant heeft de aansprakelijkheid voor de gevolgen van

VR 2021/090 De Parel in de pijn

Artikel
VR 2021/90 De Parel in de pijn 1) Interview met drs. George Smits * door prof mr. A.J. Verheij ** * GZ-psycholoog met NIP- en BIG-registratie, MfN-registermediator, senior trainer en business coach. ** Hoofdredacteur van Verkeersrecht. George Smits studeerde af in 1991 aan de Universiteit van Amsterdam in de klinische psychologie; hij werd GZ-Psycholoog en gaf van 1991 tot 2019 therapie. Sinds 1991 geeft hij coaching, trainingen en verricht mediations en bemiddeling via zijn eigen bureau Reset Partner in Den Bosch. Daarnaast doceert hij aan de Universiteit van Tilburg waar hij samen met Bart

VR 2021/089 Van azijn naar honing

Artikel
VR 2021/89 Van azijn naar honing Mr. Geertruid van Wassenaer kijkt terug op tien jaar ervaring als mediator in letselschadezaken Interview met mr. Geertruid van Wassenaer door prof mr. A. J. Verheij * * Prof. Verheij is hoofdredacteur en mr. Van Wassenaer is lid van de redactie van Verkeersrecht. Geertruid van Wassenaer heeft in Leiden Nederlands Recht gestudeerd, waarna zij in 1986 in de advocatuur terecht is gekomen. Letselschade heeft daarbij altijd haar voornaamste interesse gehad. Na (vooral om geografische redenen) bij verschillende advocatenkantoren gewerkt te hebben, waaronder 15 jaar

VR 2020/20 Verslechtering medische toestand na regeling tegen finale kwijting.

Jurisprudentie
In 2006 is eiser slachtoffer geworden van een verkeersongeval waarbij hij letselschade heeft geleden aan zijn bovenbeen. Kort daarna is een metalen pin in zijn bovenbeen geplaatst. Na bemiddeling van een letselschaderegelaar van Tijbout heeft eiser in 2009 een vaststellingsovereenkomst getekend met RVS waarbij wordt overeengekomen dat aan eiser een slotbetaling van € 65.000,- wordt gedaan tegen finale kwijting. Op dat moment is geen sprake van een medische eindtoestand en een medische expertise wordt op wens van eiser niet uitgevoerd omdat eiser dringend geld nodig heeft. In 2014 wordt de

VR 2019/74 Regres op veroorzaker schade, schadestaat envaststellingsovereenkomst.

Jurisprudentie
Geïntimeerde heeft op 13 januari 2013 als bestuurder van een voertuig een ongeval veroorzaakt. Bij het ongeval was ook het voertuig van de heer B betrokken. Ten tijde van het ongeval was ten aanzien van het voertuig bestuurd door geïntimeerde een aansprakelijkheidsverzekering van kracht bij verzekeraar Bovemij. De verzekeraar is aangesproken tot betaling van door B geleden schade. Namens B is een voorlopige schadestaat opgesteld met een totaal te vorderen bedrag van € 25.418,28. Enige maanden later is tussen de verzekeraar en B een vaststellingsovereenkomst gesloten. Op grond daarvan heeft de

VR 2017/131 Verkeersongeval; vervulling voorbehoud; verjaring; bewijs;
uitleg dictum.

Jurisprudentie
In 1980 is verweerder betrokken geweest bij een verkeersongeval in Duitsland, waarbij hij letsel aan zijn rechterknie heeft opgelopen. De Duitse verzekeraar heeft aansprakelijkheid erkend. Het Nederlands Bureau der Motorrijtuigenverzekeraars (NBM) heeft de schaderegeling op zich genomen, vertegenwoordigd door Van Ameyde. In 1985 is een vaststellingsovereenkomst gesloten, waarin een voorbehoud is opgenomen voor schade die voortvloeit uit een belangrijke (medische) verandering ten opzichte van een rapport uit 1982. Dit rapport is vervolgens grotendeels verloren gegaan. Vanaf 2007 meldt

VR 2017/75 (Geen) Beroepsfout letselschadeadvocaat; voorbehoud
vaststellingsovereenkomst.

Jurisprudentie
X (appellante) is in 1994 op 12-jarige leeftijd een ongeval overkomen waarbij zij haar linkerenkel gebroken heeft. Een maand later is zij (in het loopgips) ten val gekomen op het ijs, waarbij haar patellapees gescheurd is. Dit letsel staat in causaal verband met het ongeval. Al voor het ongeval was X onder behandeling van een orthopeed, wegens een beenlengteverschil en diverse daaraan gerelateerde klachten. Bijgestaan door geïntimeerde (letselschadeadvocaat) heeft X in 1998 een vaststellingsovereenkomst (vso) gesloten met Ohra, de verzekeraar van degene die aansprakelijk was voor het ongeval

VR 2016/193 Deelgeschil; verzoek om voorschot.

Jurisprudentie
Het verzoek Reaal te veroordelen tot betaling van een nader voorschot wordt afgewezen, nu partijen in geschil zijn over de hoogte van het schadebedrag en verzoeker voornemens is een bodemprocedure te starten. De rechtbank is van oordeel dat de aard van dit geschil in beginsel in aanmerking komt voor behandeling in een deelgeschilprocedure, maar alleen indien beslechting van het geschil partijen dichter bij het sluiten van een vaststellingsovereenkomst kan brengen. Niet valt in te zien hoe in dit geval het geven van een oordeel in de deelgeschilprocedure partijen dichter bij elkaar kan brengen

VR 2016/166 Zuinig zijn op de deelgeschilprocedure

Artikel
VR 2016/166 Zuinig zijn op de deelgeschilprocedure Mr. Jaap Sap* * Lid van het Gemeenschappelijk Hof van Aruba, Curaçao, St. Maarten en van Bonaire, St. Eustatius en Saba. Tevens redacteur van dit blad. In het hoofdartikel van dit nummer geeft mr. Wesselink een mooi overzicht van de werking van de deelgeschilprocedure. Haar overall conclusie is dat deze procedure iets toevoegt aan het bestaande arsenaal aan procedures en ook effectief is als het gaat om de finale geschilbeslechting. Die conclusie deel ik in grote lijnen. Ik veroorloof mij (mede gezien de beperkte ruimte die thans wordt geboden

VR 2016/165 'De deelgeschilprocedure werkt'. Enige signaleringen vanuit het perspectief van de aansprakelijk gestelde partij

Artikel
VR 2016/165 ‘De deelgeschilprocedure werkt’ Enige signaleringen vanuit het perspectief van de aansprakelijk gestelde partij Mr. Veneta Oskam * * Advocaat bij Van Traa Advocaten N.V. te Rotterdam. De titel ‘De deelgeschilprocedure werkt’ impliceert dat door alle betrokkenen in het letselschadetraject de deelgeschilprocedure als positief en effectief wordt ervaren. Het is als advocaat van de aansprakelijk gehouden partijen en de betrokken verzekeraars mijn ervaring dat deze stelling vaak, maar niet altijd instemmend zal worden beantwoord. Naast alle positieve effecten die door mr. Wesselink in