bestuurlijke sanctie

VR 2016/188 Roodlichtgedraging. Hoorplicht.

Jurisprudentie
Aan de betrokkene is als kentekenhouder bij inleidende beschikking een administratieve sanctie opgelegd ter zake van “niet stoppen voor rood licht: driekleurig verkeerslicht”.Niet kan worden geoordeeld dat de (gemachtigde van de) betrokkene in deze zaak niet in de met het horen gediende belangen is geschaad. De officier van justitie heeft in de fase van het administratief beroep ook niet een zodanige compensatie geboden dat geoordeeld zou kunnen worden dat, ondanks de schending van de hoorplicht, van benadeling geen sprake is. De uitzondering van artikel 6:22 van de Awb doet zich dus niet voor

VR 2016/187 Bestuurlijke sanctie. Besluit. Ingebrekestelling. Dwangsom.

Jurisprudentie
Administratief beroep tegen oplegging administratiekosten. Deze oplegging van administratiekosten maakt onderdeel uit van de aan het geschil ten grondslag liggende beschikking waarbij aan de betrokkene een sanctie is opgelegd. Dit brengt mee dat de officier van justitie zich terecht bevoegd heeft geacht om op de voet van artikel 6 WAHV van het geschil kennis te nemen en dat ook de kantonrechter, nadat de betrokkene beroep had ingesteld tegen het uitblijven van een beslissing op het beroep, zich op de voet van artikel 9 WAHV in samenhang met artikel 4:19, eerste lid, van de Awb bevoegd heeft

VR 2016/186 Kenteken. Kentekenplaat. Zichtbaarheid.

Jurisprudentie
De kentekenplaat was bijna horizontaal op het achterspatbord gemonteerd en daardoor volstrekt onleesbaar bij een snelheidscontrole. Uit de bewoordingen van artikel 40 WVW volgt dat een kenteken zodanig op een voertuig moet zijn bevestigd, dat het behoorlijk zichtbaar is. Een op zichzelf zichtbare kentekenplaat betekent niet per definitie dat sprake is van een behoorlijk zichtbaar kenteken in de zin van deze bepaling. Als nadere uitwerking van artikel 40 WVW schrijft de Regeling kentekens en kentekenplaten onder meer voor dat de kentekenplaat in beginsel loodrecht en in verticale stand op het

VR 2016/169 Tonen rijbewijs. Aankondiging beschikking.
Gelijkheidsbeginsel.

Jurisprudentie
Bestuurlijke sanctie. Betrokkene heeft niet op eerste vordering zijn rijbewijs aan de verbalisant getoond. De verbalisant was noch op grond van de wet noch op enige andere grond verplicht de betrokkene in de gelegenheid te stellen zijn rijbewijs alsnog te komen tonen. De enkele omstandigheid dat andere agenten in andere gevallen om welke reden dan ook een betrokkene eerst de gelegenheid hebben geboden om alsnog het rijbewijs te komen tonen en deze betrokkenen mogelijk geen sanctie is opgelegd, heeft niet tot gevolg dat in dit geval, waarin vaststaat dat de gedraging is verricht, de betrokkene

VR 2016/145 Snelheidsovertreding. Wegvak. Redelijke termijn. Reiskosten.

Jurisprudentie
Aan de betrokkene is als kentekenhouder bij inleidende beschikking een bestuurlijke sanctie opgelegd ter zake van “overschrijding maximum snelheid op autosnelwegen, met 22 km/h (verkeersbord A1)”. De stelling van de betrokkene dat bij elke samenvoeging van wegen opnieuw een verkeersbord met de toegestane maximumsnelheid moet worden geplaatst, is in zijn algemeenheid onjuist. Vooropgesteld wordt dat in juridische zin geldt dat de door middel van bord A1 van bijlage I bij het RVV 1990 aangegeven maximumsnelheid blijft gelden tot het punt waarop op grond van een ander verkeersbord een nieuwe

VR 2016/144 Lichte educatieve maatregel alcohol en verkeer. Bewijsdeelname aan verkeer met geconstateerd ademalcoholpercentage.

Jurisprudentie
Appellant is door de politie aangehouden op verdenking van vernieling van een ruit van een portiekdeur en ramen van een auto. Bij het vervolgens bij hem afgenomen ademalcoholonderzoek is een hoger ademalcoholgehalte geconstateerd dan een bestuurder van een motorrijtuig is toegestaan. De politie heeft hiervan mededeling gedaan aan het CBR. Het CBR heeft appellant een lichte educatieve maatregel alcohol en verkeer opgelegd. Appellant is het niet eens met deze maatregel, omdat hij, naar gesteld, pas nadat hij heeft gereden te veel alcohol heeft gedronken om aan het verkeer te mogen deelnemen. De

VR 2016/127 Overschrijden doorgetrokken streep. Overmacht.

Jurisprudentie
Aan de betrokkene is als kentekenhouder bij inleidende beschikking een administratieve sanctie opgelegd ter zake van “als bestuurder de doorgetrokken streep overschrijden (verkeer in beide richtingen)”. De betrokkene stelt dat hij als vrijwillige brandweerman een urgentie 1 melding kreeg en snel naar de kazerne moest, in verband met een brandmelding in een bejaardentehuis. Als uitgangspunt heeft te gelden dat ook een brandweerman die in het kader van hulpverlening onderweg is naar de kazerne, zich aan de verkeersvoorschriften dient te houden. Ontheffing van die verplichting is in het kader van