eigen schuld

VR 2025/24 Aanrijding tussen speed-pedelec en voetganger. Civiele aansprakelijkheid. Eigen schuld.

Jurisprudentie

Op 7 juni 2023 vond een ongeval plaats bij het treinstation in Duiven tussen voetganger X en fietser A op een elektrische mountainbike. X liep vanaf het station en wilde het plein oversteken, terwijl A met een snelheid van ongeveer 30 km/u vanuit een fietspad het plein op fietste. Beiden kwamen door de botsing ten val. X liep een gebroken schouder op, waarvoor zij later een schouderprothese kreeg. De elektrische fiets van A veroorzaakte een geschil over de verzekering. Zijn aansprakelijkheidsverzekeraar (Achmea) weigerde dekking, omdat de fiets sneller kon dan 25 km/u, wat niet onder de polis

VR 2025/23 Letselschade passagier bromscooter. Medeschuld. Bedrijfsregeling schuldloze derde. Eigen schuld.

Jurisprudentie

Eiser raakte bij een verkeersongeval betrokken als passagier van een bromscooter die in botsing kwam met een auto. Als gevolg van het ongeval liep hij ernstige verwondingen op. Hij stelde de minderjarige bromscooterbestuurder B, de moeder van B (tevens de eigenaar van de scooter) en het Waarborgfonds aansprakelijk voor zijn schade. Het Waarborgfonds wees de claim af en adviseerde hem zich te wenden tot de betrokken autobestuurder A. De WAM-verzekeraar van de auto, Allianz, erkende gedeeltelijke aansprakelijkheid, maar paste een eigen schuldpercentage van 50% toe. Eiser is het hier niet mee

VR 2025/22 Fietsster overreden door boottrailer. Civiele aansprakelijkheid. Eigen schuld.

Jurisprudentie

Op 4 juni 2021 raakte X als fietsster betrokken bij een ongeval op Texel, waarbij het wiel van een aanhanger achter een Volkswagen Amarok over haar heen reed. X naderde de auto van de tegenovergestelde richting en viel vlak voor het wiel van de aanhanger. De automobilist was bij ASR verzekerd. Na het ongeval werd X met een traumahelikopter naar het VUmc gebracht. Daar verbleef ze voor een maand. Daarna werd ze overgebracht naar Heliomare voor klinische revalidatie. In 2023 onderging ze nog behandeling voor traumaverwerking. Uit het verslag van medisch adviseur D. Sok die X ingeschakeld heeft

VR 2025/15 Aansprakelijkheid, bijzondere manoeuvre, eigen schuld.

Jurisprudentie

In deze zaak was A betrokken bij een verkeersongeval tijdens een proefrit met een motor, waarbij hij letsel opliep na een botsing met een auto die aan het keren was op de weg. Hij stelde de Duitse verzekeringsmaatschappij AXA aansprakelijk. AXA wordt vertegenwoordigd door haar Nederlandse vertegenwoordiger AVUS. AVUS heeft de aansprakelijkheid afgewezen. Het NBM, dat verantwoordelijk was voor schade veroorzaakt door buitenlandse voertuigen volgens de WAM, werd in de procedure betrokken. In de deelgeschilprocedure oordeelde de rechtbank dat het NBM aansprakelijk was voor de schade van A en

VR 2024/137 Deelgeschil. Ongeval fietser - stadsbus. Gegrond beroep op overmacht.

Jurisprudentie

Op 10 juli 2020 stak X met haar elektrische (vouw)fiets de Vleutenseweg in Utrecht over. Ondanks het rode verkeerslicht voor fietsers kwam X met haar voorwiel in aanraking met de rechterzijkant van de bus die over de busbaan reed. De oversteekplaatsen op de plek van het ongeval zijn voorzien van verkeerslichten en haaientanden. X liep ernstig schedel- en hersenletsel op en is volledig arbeidsongeschikt geraakt. In deze procedure treedt Intermont als de gevolmachtigde van de WAM-verzekeraar van de vervoersmaatschappij op. X verzoekt de rechtbank om voor recht te verklaren dat Intermont gehouden

VR 2024/96 Autobotsing. Letselschade. Aansprakelijkheid. Eigen schuld en billijkheidscorrectie.

Jurisprudentie

Op 19 oktober 2016 vond een verkeersongeval plaats tussen X (verzoeker) en Y (verweerder) op de Rijksstraatweg te Dordrecht. In beide auto’s was een passagier aanwezig, respectievelijk mevrouw A en mevrouw B. Y botste tegen X die links afsloeg, terwijl Y probeerde in te halen op de rijbaan voor tegemoetkomend verkeer. X liep ernstig letsel op. De auto van X was WAM verzekerd bij Bovemij en die van Y bij Univé. De politie was ter plaatse en heeft later een verkeersongevallenanalyse uitgevoerd. Onderzoeksbureaus Baan Hofman en Meuwissen Verkeers Ongevallen Analyse (MVOA) hebben analyses

VR 2024/86 Fietser ten val door kabelgoot. Onrechtmatige daad? Eigen verantwoordelijkheid.

Jurisprudentie

In 2022 benaderen verweerders ’t Hekeltje voor hun bruiloft op 25 juni 2022. Voor het evenement hebben zij feestbenodigdheden gehuurd, inclusief een toiletwagen. Op de dag van het evenement legden zij een afvoerslang over een openbare weg om de toiletwagen op het riool aan te sluiten. In de nacht van 25 op 26 juni viel een 15-jarig meisje met haar elektrische fiets op de openbare weg waar de afvoerslang lag. Zij liep hierdoor letsel op. Verzoekers, de ouders van het meisje, stellen dat ’t Hekeltje en verweerders aansprakelijk zijn voor de geleden en nog te lijden schade. In de brief aan de

VR 2024/84 Dwarslaesie door duik in ondiep water. Schending zorgplicht. Eigen schuld. Billijkheidscorrectie.

Jurisprudentie

Op 12 juni 2020 nam X een duik in ondiep water waardoor hij een hoge dwarslaesie opliep. X was zestien jaar oud toen dit plaatsvond. Het Landschap is de eigenaar/beheerder van het natuurgebied waar het meer gelegen is. X stelt dat het Landschap en haar verzekeraar NN aansprakelijk zijn. Zij hebben niet aan hun zorgplicht voldaan door bezoekers niet te waarschuwen voor het ondiepe water en hebben hiermee onrechtmatig gehandeld. Het Landschap en NN verwerpen de verzoeken van X. Ze stellen dat het natuurgebied in kwestie geen zwemrecreatiegebied is en dus niet onder de Wet hygiëne en veiligheid

VR 2024/80 Aanrijding trein en vrachtwagen, onrechtmatige daad, gevaarzetting, verhaalsvordering.

Jurisprudentie
Op 18 november 2016 vond er nabij Winsum een aanrijding plaats tussen reizigerstrein van Arriva en een vrachtwagencombinatie op de onbeveiligde overweg genaamd "Voslaan". De vrachtwagencombinatie werd bestuurd door een werknemer van Melkweg Fritom B.V. De trein, bestaande uit één treinstel, reed met een snelheid van 77 km/u en ontspoorde volledig als gevolg van de aanrijding. Van de ongeveer 50 reizigers raakten 18 personen gewond, waarvan 11 naar het ziekenhuis werden gebracht en 4 ernstig gewond waren. De bestuurder van de vrachtwagen raakte lichtgewond en zowel de trein als de

VR 2024/78 Ongeval, waterpolowedstrijd, ernstig letsel, aansprakelijkheid.

Jurisprudentie

De rechtbank heeft in het bestreden vonnis feiten vastgesteld betreffende een waterpolowedstrijd tussen de zwemverenigingen ZDHC en AZL op 8 maart 2014. A en B namen deel aan de wedstrijd. Tijdens het spel heeft A B in het gezicht geraakt, wat leidde tot letsel en uiteindelijk een kaakfractuur bij B. A werd door de Tuchtcommissie gesanctioneerd wegens zeer onbesuisd spel en ernstig letsel, waardoor hij acht wedstrijden werd uitgesloten van deelname aan bindende waterpolowedstrijden. De vastgestelde feiten zijn niet in geschil in hoger beroep en vormen de basis voor verdere beoordeling door het