eigen schuld
VR 2023/39 Val van paard. Gevolg van berijdersfout, of schrikreactie paard? Eigen schuld. Billijkheidscorrectie.
Op 18 januari 2017 was Y bij de rijhal van B om paard X te trainen. Y viel van X, kreeg een trap tegen haar hoofd en liep zeer ernstig letsel op. De belangenbehartiger van Y en haar verzekeraar, Menzis, laten een toedrachtonderzoek uitvoeren. Daaruit volgt dat de val is veroorzaakt door een schrikreactie of verzet van X tegen een aanwijzing, en dat dit voortkomt uit de eigen energie van het dier. Menzis stelt B via diens verzekeraar Achmea aansprakelijk. B erkent geen aansprakelijkheid. B en Achmea laten ook een toedrachtonderzoek uitvoeren. Menzis vordert onder meer een verklaring voor recht
VR 2023/38 Auto botst tegen motor op kruispunt. Auto door rood gereden. Eigen schuld motor. Geen billijkheidscorrectie.
Op 22 maart 2017 heeft een ongeluk plaatsgevonden. Bij het oversteken van een kruispunt ontstaat een botsing tussen motorrijdster X en automobilist Y. Daarbij loopt X letsel op. X vordert een verklaring voor recht dat Y en diens WAM-verzekeraar Allianz aansprakelijk zijn voor haar schade. Bij tussenvonnis overweegt de rechtbank dat discussie bestaat over het precieze moment waarop de aanrijding heeft plaatsgevonden en de vraag of Y door rood heeft gereden. Allianz voert verweer en beroept zich tevens op eigen schuld van X. De rechtbank verklaart voor recht dat Allianz voor 90% aansprakelijk is
VR 2023/30 Aanrijding met zakpaal bij oprijden privéterrein. Gevaarzetting; kelderluikcriteria. Geen eigen schuld.
Op 12 januari 2018 is A een ongeval overkomen. Hij wilde zijn bedrijfswagen in het donker parkeren op het privéterrein van Y. Dit terrein was afgesloten met een zakpaal in het midden van het wegdek. De zakpaal was tijdelijk naar beneden gegaan voor een uitrijdende auto en terwijl A het terrein opreed, kwam de zakpaal weer omhoog. Hierdoor is de bedrijfswagen beschadigd en total loss verklaard. De bedrijfswagen is verzekerd bij Allianz. Allianz vordert schadevergoeding van Y, omdat door Y onvoldoende is gewaarschuwd voor het gevaar van de zakpaal, waardoor zij onrechtmatig heeft gehandeld. Y
VR 2023/11 Dwarslaesie door duik in ondiep recreatiemeer. Provincie niet aansprakelijk; beheerder wel. Eigen schuld. Billijkheidscorrectie.
Op 25 juli 2019 neemt X een duik in een ondiep deel van een recreatiemeer. Hij loopt een dwarslaesie op, waardoor hij vanaf zijn schouders naar beneden verlamd raakt. X stelt RAUM als beheerder en de provincie Noord-Holland als toezichthouder van het recreatiegebied aansprakelijk. De verzekeraar van RAUM, Avéro Achmea, erkent aansprakelijkheid, maar is wegens eigen schuld van X niet bereid om meer dan 80% van de schade te vergoeden. X verzoekt in dit deelgeschil onder meer een verklaring voor recht dat RAUM en de provincie hoofdelijk en volledig aansprakelijk zijn. De rechtbank wijst het
VR 2022/185 Ongeval tussen motor en uit parkeervlak rijdende auto. Causaliteit. Eigen schuld. Geen billijkheidscorrectie.
Op 8 maart 2012 heeft een ongeval plaatsgevonden. X reed op zijn motorfiets toen een aan de rechterzijde van de weg geparkeerde auto, bestuurd door Y, de rijbaan opreed. X en Y botsten en liepen beiden ernstig letsel op. Uit de verkeersongevallenanalyse volgt dat X minimaal 9 en maximaal 37 km/u boven de maximumsnelheid van 50 km/u reed. Aegon, de verzekeraar van Y, wijst aansprakelijkheid voor het ongeval af. ASR, WAM-verzekeraar van de motor van X, treft een regeling met Y en vergoedt 90% van haar schade. Op 29 juni 2021 heeft X zijn leven beëindigd. Zijn vader, A, heeft de nalatenschap
VR 2022/182 Ongeval tussen motorrijders. Toedracht? Eigen schuld?
Op 7 juni 2020 heeft een ongeval plaatsgevonden tussen motorrijders X en Y. X kwam ten val en liep ernstig letsel op. Y was verzekerd bij Achmea. Tussen partijen is in geschil of Y en Achmea aansprakelijk zijn voor de schade van X. Om de toedracht van het ongeval vast te stellen, gelast de rechtbank bij tussenvonnis een getuigenverhoor. Hier worden X, Y en A, een onafhankelijke derde motorrijder, gehoord. Bij eindvonnis stelt de rechtbank aan de hand van het getuigenverhoor de toedracht van het ongeval vast en oordeelt dat Y en Achmea aansprakelijk zijn. Hiertoe overweegt zij als volgt. X
VR 2022/171 Voetganger struikelt over biggenrug op parkeerterrein. Gebrekkige opstal. Eigen schuld.
Op 12 maart 2015 bezoekt X een kantoor van ABN AMRO. Na afloop struikelt hij over een biggenrug op het parkeerterrein van ABN AMRO. Daarbij loopt hij een incomplete dwarslaesie op. ABN AMRO erkent geen aansprakelijkheid. De rechtbank oordeelt in eerste aanleg dat de aanwezigheid van biggenruggen van het parkeerterrein geen gebrekkige opstal maakt en wijst de vorderingen van X af. Het hof vernietigt dit vonnis en verklaart voor recht dat ABN AMRO aansprakelijk is voor 60% van de door X geleden schade. Hiertoe oordeelt het als volgt. Eerst staat ter discussie of X over een biggenrug is
VR 2022/160 Fietser komt ten val door bouwhekvoet. Gevaarzetting; Kelderluikcriteria. Eigen schuld.
Op 16 september 2019 is X een ongeval overkomen. Terwijl zij op een smalle weg fietste, moest zij vanwege remmend verkeer vóór haar uitwijken, waarbij zij een bouwhekvoet op is gereden en ten val is gekomen. X stelt BAN Bouw en HDI aansprakelijk, omdat zij door het plaatsen van de bouwhekvoeten een gevaarzettende situatie in het leven zouden hebben geroepen. De kantonrechter oordeelt in deze mondelinge uitspraak dat BAN Bouw voor 50% aansprakelijk is voor de door het ongeval geleden schade en dat BAN Bouw en HDI die schade moeten vergoeden. Hiertoe overweegt zij als volgt. De vraag of BAN Bouw
VR 2022/155 Y rijdt na ruzie over voet X. Aan opzet grenzende roekeloosheid van X. 50%-regel niet van toepassing. Eigen schuld; causaliteitsverdeling; geen billijkheidscorrectie.
Op 23 april 2019 is X aangereden. X en Y hadden ruzie en na een telefonische woordenwisseling spreken zij ergens af. Daar aangekomen ontstaat een vechtpartij. Y ontvlucht de vechtpartij en stapt in zijn auto. X rent achter hem aan en gaat op tien centimeter afstand van het portier van Y staan. Y rijdt vervolgens achteruit het parkeervak uit, waarbij hij over de voet van X heen rijdt. X houdt hier een gebroken enkel aan over. Y wordt strafrechtelijk vervolgd en veroordeeld voor mishandeling en bedreiging met zware mishandeling, maar vrijgesproken van het opzettelijk aanrijden van X. X spreekt