Zoeken

17 resultaten gevonden

  1. Civiel schadeverhaal via het strafproces anno 2016. Verslag van een onderzoek naar de praktijk van de besluitvorming van de strafrechter ten aanzien van de afdoening van de voeging benadeelde partij

    VR-kort
    Artikel
    12 april 2017
    Mr. dr. J.M. Emaus en dr. R.B.S. Kool De positie van het slachtoffer in het strafproces staat uitdrukkelijk op de politieke agenda. Zo is er een verbetering gebracht in de mogelijkheid voor slachtoffers om schade via het strafproces te verhalen. De ontwikkelingen op het gebied van het civiele schadeverhaal zijn aanleiding voor het in de titel van deze bijdrage genoemde, recente onderzoek. In dit onderzoek stond de vraag centraal hoe de praktijk van de besluitvorming van de strafrechter ten aanzien van de afdoening van de voeging benadeelde partij in het strafproces er anno 2016 uitziet. Het
  2. De kosten van de deelgeschilprocedure: enkele suggesties tot normering

    VR-kort
    Artikel
    12 april 2017
    Mr. L. Boersma Eén onderdeel van de deelgeschilprocedure leidt tot een telkens terugkerende discussie tussen partijen: de omvang van de kosten. Dit houdt verband met het kostenregime van deelgeschilprocedures, dat is neergelegd in artikel 1019aa Rv. Het betreft een voor de benadeelde laagdrempelige kostenregeling, inhoudende dat de deelgeschilrechter deze kosten begroot op alle redelijke kosten als bedoeld in artikel 6:96 lid 2 BW, die volledig moeten worden vergoed door de aansprakelijke partij. Hiertoe moet worden voldaan aan de dubbele redelijkheidstoets, zowel het maken van de kosten door
  3. Hoge Raad 23 december 2016: een voorbehoud van behoorlijk lange duur

    VR-kort
    Artikel
    12 april 2017
    Brenda Fluit De Hoge Raad heeft op 23 december 2016 een arrest gewezen met als uitkomst dat aan een benadeelde drieëntwintig jaar na het sluiten van de vaststellingsovereenkomst nog een beroep toekwam op een in deze overeenkomst gemaakt voorbehoud. Op 11 mei 1980 raakt een 19-jarige eerstejaarsstudent tandheelkunde betrokken bij een verkeersongeval met een Duits motorvoertuig. Hij loopt hierbij letsel op aan zijn rechterknie. In 1985 sluit hij met de Vereniging Nederlands Bureau der Motorrijtuigverzekeraars (NBM) een vaststellingsovereenkomst waarin tegen betaling van de schade onherroepelijk
  4. Inzage in medische gegevens van de patiënt: een illustratie van het belang van een goede medische machtiging

    VR-kort
    Artikel
    12 april 2017
    Mr. dr. A. Wilken Medische aansprakelijkheidszaken zijn over het algemeen niet eenvoudig. Regelmatig verschillen partijen en hun medische deskundigen van mening over de vraag of er iets fout is gegaan (complicatie) dan wel of er iets fout is gedaan (medische fout). Als duidelijk wordt dat er iets fout is gedaan, volgt ook vaak nog de discussie over de vraag of de schade die de patiënt stelt te hebben geleden daadwerkelijk het gevolg is van de gemaakte medische fout. Over dergelijke vragen naar aansprakelijkheid en causaal verband worden talrijke civiele (deelgeschil)procedures gevoerd. Om te
  5. Kansschade: wat zou er zijn gebeurd als de arts...?

    VR-kort
    Artikel
    12 april 2017
    August de Hoogh Het leerstuk van de kansschade kan worden toegepast in situaties waarin onzeker is of en in hoeverre een op zichzelf staande tekortkoming of onrechtmatige daad ook tot schade heeft geleid. Standaardvoorbeeld is dat van de advocaat die verzuimd heeft tijdig hoger beroep in te stellen. Ook in kwesties van medische aansprakelijkheid komt het geregeld voor dat onzeker is of, en zo ja, in hoeverre een medische fout tot schade heeft geleid. Stel dat de fout niet zou zijn gemaakt: wat zou er dan – hypothetisch gezien – zijn gebeurd? Vanwege de complexe medische materie is zo’n vraag
  6. VR 2017/40 Over speed-pedelecs en eBikes; de ene fietser is de andere niet

    Artikel
    VR 2017/40 Over speed-pedelecs en eBikes; de ene fietser is de andere niet Mr. P.C. Knijp * * Advocaat bij Stadermann Luiten Advocaten te Rotterdam. Inleiding In de sciencefiction-klassieker Back to the Future II 1) , werd hoofdrolspeler Marty McFly (Michael J. Fox) in een tijdmachine 2) vanuit 1989 vooruitgestuurd naar 21 oktober 2015. De hoofdrolspeler belandde in een wereld met – voor 1989 – behoorlijk wat technische veranderingen. Omdat 21 oktober 2015 inmiddels achter ons ligt, kunnen we evalueren wat er aan voorspellingen daadwerkelijk is uitgekomen 3) . Dat blijken er een flink aantal
  7. VR 2017/41 Gymongevallen, wanneer is een school aansprakelijk?

    Artikel
    VR 2017/41 Gymongevallen, wanneer is een school aansprakelijk? Tien jaar later Mw. mr. B.M. Paijmans en B. Goedhart * * Respectievelijk advocaat te Utrecht en onbezoldigd Universitair Docent aan de Universiteit Utrecht, en vakleerkracht bewegingsonderwijs, opleidingsdocent Pabo Haarlem, medeauteur van de methode Basislessen Bewegingsonderwijs. 1. Inleiding Leren door vallen en opstaan. Bij spelen en bewegen is dit letterlijk één van de manieren waarop kinderen leren. Met een val hoeft dus niets mis te zijn, maar een ongeval probeert een docent lichamelijke opvoeding te voorkomen. Helaas lukt
  8. VR 2017/42 Vasthouden mobiele telefoon tijdens besturen.

    Jurisprudentie
    De betrokkene ontkent met klem de gedraging te hebben verricht. Hij had geen mobiele telefoon in zijn hand, maar een bruine boterham, terwijl uit de uitdraai van de provider kan worden afgeleid dat hij het toestel ten tijde van de gedraging niet heeft gebruikt.Het betoog van de betrokkene leidt niet tot twijfel aan de ambtsedige verklaring van de verbalisant. Artikel 61a van het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 (RVV 1990), waarop de sanctie in deze zaak is gebaseerd, verbiedt (kort gezegd) het enkele vasthouden van een mobiele telefoon tijdens het besturen van een motorrijtuig
  9. VR 2017/43 Laster en bedreiging; psychisch letsel; verlies arbeidsvermogen; smartengeld.

    Jurisprudentie
    Geïntimeerde heeft appellant van 1997 tot 2008 (anoniem) stelselmatig gestalkt met beledigende, bedreigende en onterende teksten, gericht aan appellant zelf en diens sociale omgeving. In verband hiermee is appellant onder meer onder psychologische behandeling gekomen en is hij diverse malen ziekgemeld wegens overspanning. Ook is appellant in 2000 en 2003 ontslagen bij zijn toenmalige werkgevers. Van 2007 tot 2009 is appellant als zelfstandig ondernemer werkzaam geweest. In 2012 is hij toegelaten tot de schuldsaneringsregeling, met een zakelijke schuldenlast van ruim € 66.000. Appellant heeft
  10. VR 2017/44 Beroepsfout schaderegelaar, verjaring,verkeersaansprakelijkheid, bewijs.

    Jurisprudentie
    Geïntimeerde is op 2 augustus 1992 in Schotland het slachtoffer geworden van een verkeersongeval. Geïntimeerde zat als passagier achterop een door X bestuurde motor. De eerste motorfiets in de formatie werd bestuurd door Y. X bestuurde de derde motor. Y verloor in een bocht naar links de macht over het stuur van zijn motorfiets. X probeerde de motorfiets van Y links te passeren, maar kwam in de berm terecht en viel. Geïntimeerde raakte bij die val een rotsblok en liep letsel op. Geïntimeerde heeft met appellante in 1995 een schaderegelingsovereenkomst gesloten. Appellante heeft een procedure
  11. VR 2017/45 Onrechtmatige daad, getuigenbewijs, bewijslast.

    Jurisprudentie
    Eiseres is ten val gekomen toen gedaagde bij haar achterop de fiets sprong. De rechtbank heeft (in een tussenvonnis) geconcludeerd dat hierbij aan de zijde van gedaagde sprake was van onrechtmatig gevaarzettend gedrag, waarvan hij zich naar maatstaven van zorgvuldigheid had moeten onthouden. De rechtbank heeft gedaagde (in het kader van het door hem gedane beroep op eigen schuld) voorts opgedragen te bewijzen dat eiseres hem (zoals hij stelde) toestemming had gegeven achterop de fiets mee te rijden. Het hof heeft dit vonnis vernietigd en daarbij overwogen dat gedaagde weliswaar onrechtmatig
  12. VR 2017/46 Aanrijding met kat. Zijn gedaagden houders/bezitters?

    Jurisprudentie
    In mei 2015 is eiser op de fiets in botsing gekomen met een kat, waarbij hij diverse botbreuken heeft opgelopen. Uit berichten van februari en mei 2013 kan in ieder geval worden afgeleid dat gedaagden de kat ‘kennen’; ook is er een foto van de kat onder een dekentje in het huis van gedaagden. Eiser stelt gedaagden als bezitters van de kat aansprakelijk op grond van art. 6:179 BW. Gedaagden betwisten dat zij bezitters van de kat zijn. De rechtbank stelt voorop dat de vraag naar het bezit van de kat moet worden beantwoord op grond van de uiterlijke feiten en naar de verkeersopvatting (6:108 BW)
  13. VR 2017/47 Verkeersongeval; terugkomen van eindbeslissing deelgeschil;eigen schuld.

    Jurisprudentie
    X reed op een bromfiets op de rechterzijde van de weg. Hij schrok van Y in een taxi (verzekerd bij Aegon) die vooruit rijdend uit een parkeervak kwam aan de linkerzijde van de weg, remde abrupt en kwam ten val. Er is geen contact tussen de voertuigen geweest. Y heeft na het ongeval bij de politie verklaard dat hij al enige tijd stilstond op de linkerzijde van de weg, omdat hij X zag aankomen. Hij zag dat X kennelijk schrok en ten val kwam. Een deel van de getuigen volgt deze verklaring, een ander deel (vrienden van X) verklaren dat Y plotseling en hard uit het parkeervak kwam rijden. In een
  14. VR 2017/48 Verkeersongeval, geen voorrang verlenen, afslaan.

    Jurisprudentie
    Op 30 januari 2016 reden X en Y op dezelfde weg. Y wilde linksaf slaan en kwam daarbij in botsing met X, die hem aan het inhalen was. X vordert schadevergoeding van Univé en stelt dat Y heeft gehandeld in strijd met art. 18 en 54 RVV door X niet te laten voorgaan. Volgens X stond Y stil op de rijbaan en was niet duidelijk waarom hij dit deed, zodat X kon besluiten om hem links te passeren. Tijdens deze manoeuvre zou Y ineens linksaf zijn geslagen. Univé stelt dat Y niet onrechtmatig heeft gehandeld. Hij heeft richting aangegeven en even kort stilgestaan om zich ervan te vergewissen dat er geen
  15. VR 2017/49 Deelgeschil; verkeersongeval auto en fietser, overmacht.

    Jurisprudentie
    Automobilist X stond op een smalle weg (ca. 3 meter breed) half in de berm stil om een tegemoetkomende auto (Y) te laten passeren. De weg is zo smal dat auto's elkaar in beginsel alleen kunnen passeren als één auto voor de andere uitwijkt. Terwijl Y langs X reed, fietste verweerder op een racefiets met hoge snelheid tussen de auto's door. Hij raakte daarbij spiegel van de auto van X en kwam ten val. De WAM-verzekeraar van X vraagt een verklaring voor recht dat sprake is van overmacht in de zin van art 185 WVW. De kantonrechter oordeelt dat sprake is van overmacht. Van het feit dat X zijn auto
  16. VR 2017/50 Deelgeschil; aanrijding voetganger door fietser; overmacht.

    Jurisprudentie
    Verweerder fietste op een recht fietspad. Verzoekster kwam vanachter een grote staande bloembak en stak het fietspad over. Zij werd daarbij aangereden door verweerder, kwam ten val en liep letsel op. Nationale Nederlanden weigert aansprakelijkheid te erkennen. Verzoekster verzoekt in deze procedure een alsnog daartoe strekkende verklaring voor recht. Zij stelt dat verweerder aansprakelijk is wegens overtreden van art. 5 WVW (verbod een gevaarlijke situatie te veroorzaken) en/of art. 19 RVV (een bestuurder moet zijn voertuig tot stilstand kunnen brengen binnen de afstand waarover hij de weg kan
  17. Wat is redelijk in het kader van buitengerechtelijke kosten?

    VR-kort
    Artikel
    12 april 2017
    Nicolien Verhoeks en Rob Meelker In deze bijdrage wordt ingegaan op de vraag wat als redelijk kan worden beschouwd in het kader van buitengerechtelijke kosten. Of de gemaakte buitengerechtelijke kosten redelijk zijn, wordt getoetst aan de zogenoemde dubbele redelijkheidstoets. De eerste redelijkheidstoets ziet op de vraag of het noodzakelijk is om een deskundige belangenbehartiger in te schakelen. Deze vraag zal in het algemeen niet tot veel discussie leiden. Bij de beoordeling of de gemaakte buitengerechtelijke kosten de tweede redelijkheidstoets kunnen doorstaan, dient de omvang van de

Zoektips

  • Check of de spelling van de zoekterm klopt
  • Weet u het publicatienummer van een uitspraak of artikel, toets dan bijvoorbeeld in “2021/68”. Het publicatienummer dient dus tussen aanhalingstekens te staan. (N.B.: artikelen hebben vanaf 2011 een publicatienummer; uitspraken hebben allemaal een publicatienummer.) Om een artikel of uitspraak te vinden met een publicatienummer onder de 10 of vlak onder de 100, is het soms nodig om er een nul voor te typen. Bijvoorbeeld “2022/08” of “2021/090”.
  • Gebruik meerdere zoektermen voor een zo relevant mogelijk resultaat:
    • Zoekt u een artikel/uitspraak waarin zowel ‘auto’ als ‘stoplicht’ voorkomt, toets dan in: auto AND stoplicht
    • Zoekt u op één van de woorden, dan toetst u de woorden gewoon los in (auto stoplicht). Het zoekresultaat bevat dan alle artikelen/uitspraken/columns waarin auto en/of stoplicht voorkomt.

Nog niet gevonden wat u zoekt? Neem contact met ons op. Wij helpen u graag!