deelgeschil

VR 2024/107 Deelgeschil uurtarief belangenbehartiger in letselschadezaak.

Jurisprudentie

Op 30 maart 2022 heeft X een verkeersongeval gehad waarbij hij letsel opgelopen heeft. Verzekeraar ASR heeft aansprakelijkheid erkend. X heeft A ingeschakeld voor de afhandeling van zijn schade. Er is een overeenkomst gesloten waarin een uurtarief van € 185,- voor inhoudelijke werkzaamheden en € 80,- voor administratieve werkzaamheden is vastgelegd. A heeft een regelingsvoorstel van € 10.000,- plus € 2.279,50 aan buitengerechtelijke kosten gedaan. ASR vindt het uurtarief te hoog en stelt lagere tarieven voor. Daarnaast betwist ASR het aantal geschreven uren. X is het niet eens met deze

VR 2024/96 Autobotsing. Letselschade. Aansprakelijkheid. Eigen schuld en billijkheidscorrectie.

Jurisprudentie

Op 19 oktober 2016 vond een verkeersongeval plaats tussen X (verzoeker) en Y (verweerder) op de Rijksstraatweg te Dordrecht. In beide auto’s was een passagier aanwezig, respectievelijk mevrouw A en mevrouw B. Y botste tegen X die links afsloeg, terwijl Y probeerde in te halen op de rijbaan voor tegemoetkomend verkeer. X liep ernstig letsel op. De auto van X was WAM verzekerd bij Bovemij en die van Y bij Univé. De politie was ter plaatse en heeft later een verkeersongevallenanalyse uitgevoerd. Onderzoeksbureaus Baan Hofman en Meuwissen Verkeers Ongevallen Analyse (MVOA) hebben analyses

VR 2024/95 Fietser ten val tussen berm en wegdek. Aansprakelijkheid wegbeheerder?

Jurisprudentie

Tijdens het fietsen met zijn buurman is X hard ten val gekomen. X is onmiddellijk naar de spoedeisende hulp gebracht en daar is onder meer gezichts- en gebitsletsel geconstateerd. Het ongeluk vond plaats op een weg die beheerd wordt door de gemeente. X heeft de gemeente aansprakelijk gesteld voor de schade, maar de vordering werd afgewezen door de aansprakelijkheidsverzekeraar van de gemeente. Later heeft een getuige verklaard dat X met zijn voorwiel in de berm terechtkwam, van de fiets werd geslingerd en met zijn hoofd/gezicht hard op de grond viel. Volgens artikel 6:174 BW is de gemeente

VR 2024/87 Aansprakelijkheid hondenbezitter. Schade minderjarige. Dubbele redelijkheidstoets.

Jurisprudentie

Op 15 juni 2022 heeft verzoeker letsel opgelopen in het Kortenbospark in Den Haag toen zij achtervolgd werd door een pitbull. Verweerder was op dat moment de eigenaar van de hond. De politie heeft een onderzoek uitgevoerd en heeft hiervan een mutatierapport opgemaakt. Volgens het rapport is verzoeker ten val gekomen nadat de pitbull haar achterna rende. De politie heeft verweerder telefonisch geïnformeerd over het ongeval en zij had toen aangegeven de schade te willen vergoeden. Echter, verweerder heeft niet gereageerd op de brieven van gemachtigde van verzoeker over de aansprakelijkstelling

VR 2024/86 Fietser ten val door kabelgoot. Onrechtmatige daad? Eigen verantwoordelijkheid.

Jurisprudentie

In 2022 benaderen verweerders ’t Hekeltje voor hun bruiloft op 25 juni 2022. Voor het evenement hebben zij feestbenodigdheden gehuurd, inclusief een toiletwagen. Op de dag van het evenement legden zij een afvoerslang over een openbare weg om de toiletwagen op het riool aan te sluiten. In de nacht van 25 op 26 juni viel een 15-jarig meisje met haar elektrische fiets op de openbare weg waar de afvoerslang lag. Zij liep hierdoor letsel op. Verzoekers, de ouders van het meisje, stellen dat ’t Hekeltje en verweerders aansprakelijk zijn voor de geleden en nog te lijden schade. In de brief aan de

VR 2024/85 Deelgeschil. Causaal verband tussen letselschade en ongeval. Realiteitsgehalte klachten.

Jurisprudentie

Op 7 oktober 2019 werd X in zijn stilstaande auto schuin van achteren aangereden door een auto die ongeveer 40 km/u reed. Deze auto was WAM-verzekerd bij Ethias. Dekra behandelde de letselschadezaak namens Ethias en erkende aansprakelijkheid voor het ongeval. X was destijds 60 jaar en zelfstandig huisschilder. Direct na het ongeval ervaarde X weinig klachten, maar op de tweede dag had X last van nek-, schouder-, rug-, hoofdpijn en slaapproblemen. Na gezamenlijk overleg hebben experts A en B neurologische en orthopedische onderzoeken uitgevoerd. A stelt aanhoudende brandende nekpijn en

VR 2024/84 Dwarslaesie door duik in ondiep water. Schending zorgplicht. Eigen schuld. Billijkheidscorrectie.

Jurisprudentie

Op 12 juni 2020 nam X een duik in ondiep water waardoor hij een hoge dwarslaesie opliep. X was zestien jaar oud toen dit plaatsvond. Het Landschap is de eigenaar/beheerder van het natuurgebied waar het meer gelegen is. X stelt dat het Landschap en haar verzekeraar NN aansprakelijk zijn. Zij hebben niet aan hun zorgplicht voldaan door bezoekers niet te waarschuwen voor het ondiepe water en hebben hiermee onrechtmatig gehandeld. Het Landschap en NN verwerpen de verzoeken van X. Ze stellen dat het natuurgebied in kwestie geen zwemrecreatiegebied is en dus niet onder de Wet hygiëne en veiligheid

VR 2024/83 Ongeval tijdens wielrennen. Sport- en spelsituatie? Geen aansprakelijkheid maar ongelukkige samenloop van omstandigheden.

Jurisprudentie
Dit deelgeschil betreft een fietsongeval waarbij vijf personen betrokken waren. De betrokkenen vormden een fietsclub en zij fietsten wekelijks gemiddeld 50-70 kilometer op racefietsen. In 2020 namen verzoeker samen met verweerder, A, B en C deel aan een fietstocht in de omgeving van Bergeijk. Na ongeveer 15 kilometer ontstond een botsing tussen verweerder en verzoeker. Verzoeker liep letsel op, waaronder een gebroken bekken. Het ongeval vond plaats op de Molenstraat in Riethoven bij de afslag naar de Vlasstraat, een T-splitsing waar het fietspad aan de rechterkant overging naar een

VR 2024/73 Risicoaansprakelijkheid voor dieren. Ongeval bij paardrijden. Eigen schuld en billijkheidscorrectie.

Jurisprudentie

Op 18 juli 2021 vond een ongeval plaats tijdens het paardrijden tussen de zussen verzoekster en verweerster. Zij reden in galop achter elkaar toen het voorste paard met zijn linkerachterhoef naar achteren schopte en de rechterknie van verzoekster raakte. Hierdoor verloor verzoekster haar balans en viel zij van haar paard. Als gevolg hiervan liep verzoekster ernstig letsel op, namelijk onder andere een verbrijzelde rechterknie en een gebroken rechter onderbeen. Op 10 augustus 2021 stelde de gemachtigde van verzoekster verweerster aansprakelijk voor de geleden en de toekomstige schade als gevolg

VR 2024/37 Ongeluk voetganger en tram. Aansprakelijkheid. Geen overmacht. Causale verdeling.

Jurisprudentie

Op 8 april 2022 vond er een aanrijding plaats bij een tramhalte in Den Haag tussen een minderjarige voetganger en een tram van HTM Personenvervoer. De minderjarige voetganger was net uit de tram gestapt en was op weg naar de voetgangersoversteekplaats in de buurt. Tijdens de oversteek is hij aangereden door een andere tram die vanuit de tegenovergestelde richting de halte naderde. Als gevolg van de aanrijding werd hij enkele meters met de tram meegesleurd en raakte hij ernstig gewond. Er wordt in dit deelgeschil verzocht om HTM aansprakelijk te stellen voor de geleden en nog te lijden schade