verkeersongeval
VR 2025/130 Aanrijding met fietser op voorrangskruising. Geen momentane onoplettendheid. Veroordeling voor artikel 6 WVW 1994.
VR 2025/119 Regresvordering WAM-verzekeraar op veroorzaker dodelijk ongeval. Ongedaanmaking registraties.
Op 26 januari 2022 veroorzaakte X (geïntimeerde) een dodelijk verkeersongeval door met de Mercedes van zijn moeder op een Opel te botsen. X reed onder de invloed van alcohol en met zeer hoge snelheid. Beide inzittenden van de Opel kwamen om het leven. X is strafrechtelijk veroordeeld tot 36 maanden gevangenisstraf (waarvan achttien maanden voorwaardelijk) en drie jaar rijontzegging wegens roekeloos rijgedrag. Ansvar, de WAM-verzekeraar van de Mercedes, heeft de schade aan de nabestaanden vergoed en wil dit verhalen op X, omdat de polis geen dekking biedt bij rijden onder invloed en grove
VR 2025/118 WAM-verzekering. Algemene voorwaarden. Beroep op alcholclausule. Oneerlijk beding?
Op 22 juli 2019 heeft X een verkeersongeval veroorzaakt waarvoor hij aansprakelijk is. Zijn WAM-verzekeraar, Achmea, heeft de benadeelde partij schadeloos gesteld en een bedrag van € 30.657,35 uitgekeerd. In deze zaak staat de vraag centraal of Achmea gerechtigd is om op grond van haar algemene voorwaarden deze schadevergoeding op X te verhalen. In de algemene voorwaarden is onder meer een alcoholclausule opgenomen en is bepaald dat Achmea het van de verzekerde kan terugvorderen, tenzij de verzekerde niet wist of niet kon weten dat hij in strijd met de voorwaarden handelde. Ten tijde van het
VR 2025/117 Verkeersongeval met elektrische step. Aansprakelijkheid ex artikel 185 WVW.
Op 4 oktober 2021 kwam A (gedaagde) met haar fiets ten val op een woonerf. Zij stelt dat de val het gevolg was van het gedrag van X (eiser) die op dat moment op zijn elektrische step reed. In het tussenvonnis van 26 juni 2024 kreeg A van de kantonrechter de opdracht om dit te bewijzen. Daartoe diende zij verklaringen van buurtbewoners in en verzocht zij om getuigenverhoren, waarop X bij akte op heeft gereageerd. Op 6 december 2024 werden partijen geïnformeerd dat de zaak werd overgenomen door een andere kantonrechter. Beide partijen hebben daarop verzocht om een nieuwe mondelinge behandeling
VR 2025/111 Verkeersongeval scooterkoerier. Verzekeringsplicht werkgever.
Op 4 april 2023 raakte X als scooterkoerier betrokken bij een verkeersongeval tijdens zijn werk voor de inmiddels ontbonden vennootschap onder firma. Hij kwam ten val en liep letsel op. Op dat moment waren A en B de vennoten. Sinds 1 juni 2023 is de vennootschap ontbonden en is de onderneming voortgezet als eenmanszaak. X heeft in deze deelgeschilprocedure verzocht om een verklaring dat A en B aansprakelijk zijn voor alle schade die hij heeft geleden door het verkeersongeval. Voorts verzoekt hij om een hoofdelijke veroordeling van A en B tot vergoeding van zijn geleden en nog te lijden schade
VR 2025/110 Veegwagen ongeval. Gordelplicht? Geen eigen schuld. Verzekeraar volledig aansprakelijk.
VR 2025/109 Verkeersongeval. Geen gordel om. Beroep op eigen schuld na aansprakelijkheid.
Op 30 september 2019 botste X (verzoeker) met zijn auto frontaal op een door Allianz verzekerde auto. Deze sloeg linksaf en kwam hiermee op de rijstrook van X terecht. In een voorlopig getuigenverhoor had een getuige verklaard dat X hard reed. Allianz wees aansprakelijkheid af. X startte daarop een deelgeschilprocedure waarin aansprakelijkheid werd gevorderd. Tijdens de zitting van dat deelgeschil erkende Allianz alsnog de volledige aansprakelijkheid en bood een voorschot aan. X trok daarop zijn verzoek in. Later in 2023 betwijfelde Allianz alsnog het gordelgebruik van X en stelde dat er
VR 2025/106 Aanrijding tussen auto en fietser. Verkeersaansprakelijkheid motorrijtuig.
Op 10 april 2019 vond een aanrijding plaats tussen een fietsster en een bestelauto, bestuurd door B (verweerder 2). De fietsster liep hierbij ernstig letsel op. Haar zorgverzekeraar, Menzis, heeft de medische kosten vergoed en is gesubrogeerd in haar rechten. De bestelauto was verzekerd bij Achmea. Er is vastgesteld dat er geen sprake was van overmacht aan de zijde van B en dat het verkeersgedrag van de fietsster voor 75% aan het ontstaan van het ongeval heeft bijgedragen. Achmea heeft met de fietsster een minnelijke regeling getroffen waarbij 75% van haar schade werd vergoed. Menzis vorderde
VR 2025/95 Ongeval tussen scooterrijder en fietser. Reflexwerking artikel 185 WVW. Billijkheidscorrectie.
Op 2 maart 2023 vond er op een kruising een verkeersongeval plaats tussen scooterrijder A en fietser X. A kwam ten val en raakte gewond. Hij is met een ambulance naar het ziekenhuis vervoerd en is daar een aantal dagen opgenomen geweest. Tijdens de opname is hij geopereerd aan een botbreuk met breuken aan beide botten van het onderbeen. Daarna volgde een revalidatietraject van enkele maanden. In onderhavig deelgeschil verzoekt A de rechtbank om X volledig aansprakelijk te stellen voor het ongeval, en vordert daarbij een voorschot van € 15.000,- op zijn schade en vergoeding van de proceskosten