verkeersongeval

VR 2024/97 Dodelijk ongeval tussen wielrenners. Onrechtmatige daad? Aansprakelijkheid.

Jurisprudentie
Op 2 mei 2020 vond er een ernstig ongeval plaats op de Zeelandbrug. Y kwam tijdens het wielrennen op het fietspad in botsing met X doordat hij over een losgeraakt stuk van een waterleiding op het pad reed. Ten tijde van het ongeval waren er werkzaamheden gaande op de Zeelandbrug. De waterleiding was aan de reling van de brug bevestigd en bestond uit een zwarte tyleenbuis. Als gevolg van het ongeval liepen beiden ernstig lichamelijk letsel op. X is aan zijn verwondingen overleden in het ziekenhuis. Y herinnert zich niets van het incident. Ten tijde van het ongeval was er enkel een getuige

VR 2024/96 Autobotsing. Letselschade. Aansprakelijkheid. Eigen schuld en billijkheidscorrectie.

Jurisprudentie

Op 19 oktober 2016 vond een verkeersongeval plaats tussen X (verzoeker) en Y (verweerder) op de Rijksstraatweg te Dordrecht. In beide auto’s was een passagier aanwezig, respectievelijk mevrouw A en mevrouw B. Y botste tegen X die links afsloeg, terwijl Y probeerde in te halen op de rijbaan voor tegemoetkomend verkeer. X liep ernstig letsel op. De auto van X was WAM verzekerd bij Bovemij en die van Y bij Univé. De politie was ter plaatse en heeft later een verkeersongevallenanalyse uitgevoerd. Onderzoeksbureaus Baan Hofman en Meuwissen Verkeers Ongevallen Analyse (MVOA) hebben analyses

VR 2024/94 Ongeval voetganger - taxibus. Geen afwijkende verdeling primaire schadevergoedingsverplichting.

Jurisprudentie

Op 14 juli 2021 stak appellant een provinciale weg over via een oversteekplaats voor fietsers. Op de eerste rijbaan kreeg appellant net op tijd voorrang van een automobilist. Bij het oversteken van de tweede rijbaan werd appellant aangereden door een taxibus van PMW. Dit resulteerde in ernstig letsel bij appellant. PMW en hun verzekeringsmaatschappij Amlin hebben erkend dat ze voor 50% aansprakelijk zijn volgens artikel 185 WVW. Appellant is echter van mening dat PMW en Amlin voor 100%, of op zijn minst meer dan 50%, aansprakelijk zijn voor de schade die hij als gevolg van het ongeval heeft

VR 2024/93 Ongeval door ingrijpen inzittende. Begrip ‘bestuurder’. Prejudiciële vragen.

Jurisprudentie

Op 5 november 2016 vond een eenzijdig ongeval plaats met een personenbusje van Voetbalvereniging Waskemeer. De vereniging had bij Reaal (later Nationale Nederlanden) een WAM-verzekering voor de auto en een SVI-verzekering voor de inzittenden afgesloten. Tijdens de rit trok de trainer plotseling de handrem aan, wat leidde tot een ernstige botsing. Nationale Nederlanden weigerde dekking onder de WAM, omdat de bestuurder niet gedekt is volgens artikel 4 lid 1 WAM. Tevens werd dekking onder de SVI afgewezen, omdat X onder invloed van alcohol was en geen gordel droeg. De rechtbank oordeelde dat X

VR 2024/80 Aanrijding trein en vrachtwagen, onrechtmatige daad, gevaarzetting, verhaalsvordering.

Jurisprudentie
Op 18 november 2016 vond er nabij Winsum een aanrijding plaats tussen reizigerstrein van Arriva en een vrachtwagencombinatie op de onbeveiligde overweg genaamd "Voslaan". De vrachtwagencombinatie werd bestuurd door een werknemer van Melkweg Fritom B.V. De trein, bestaande uit één treinstel, reed met een snelheid van 77 km/u en ontspoorde volledig als gevolg van de aanrijding. Van de ongeveer 50 reizigers raakten 18 personen gewond, waarvan 11 naar het ziekenhuis werden gebracht en 4 ernstig gewond waren. De bestuurder van de vrachtwagen raakte lichtgewond en zowel de trein als de

VR 2024/72 Verkeersongeval auto en motor, eigen schuld, billijkheidscorrectie.

Jurisprudentie

In dit deelgeschil staat de vraag centraal of sprake is van een verkeersovertreding, het toerekenbaar onrechtmatig handelen en zo ja, in hoeverre sprake is van eigen schuld van de motorrijder. De onderstaande feiten zijn in hoger beroep niet in geschil. Op 22 juni 2019 vond op de Leidsestraat in Hillegom een aanrijding plaats tussen een auto, een Toyota Corolla, bestuurd door X, en een motor, een Yamaha YP250, bestuurd door Y. Hierbij kwam Y ten val en liep ernstig letsel op. De Leidsestraat was een tweerichtingsweg met een dubbele doorgetrokken streep in het midden. Langs de rijbaan bevonden

VR 2024/69 Verkeersongeval, deskundigenbericht, ontbreken causaal verband, omkeringsregel.

Jurisprudentie

Op 23 augustus 2012 was A betrokken bij een scooterongeval, waarbij hij in aanrijding kwam met een auto die naar rechts afsloeg. De bestuurster van de auto, verzekerd bij Allianz, erkende de aansprakelijkheid. Op 18 september 2012 was A bij een tweede ongeval betrokken, veroorzaakt door een automobilist (verzekerd bij ASR) die geen voorrang verleende. ASR erkende ook aansprakelijkheid. Allianz fungeert als regelend verzekeraar voor beide ongevallen. Ten tijde van de ongevallen werkte A in het bedrijf van zijn broer. In augustus 2016 ontving hij een duurzame IVA-uitkering van UWV en een

VR 2024/60 Vrijwaringszaak, verkeersongeval, onrechtmatigheid.

Jurisprudentie

Dit betreft een vrijwaringszaak die is verbonden aan C/15/292019/ HA ZA 19-518. Automobilist X loopt met passagier Y letsel op tijdens een auto-ongeluk, waarbij ze tegen een paal in de middenberm aanbotsen. Op dezelfde rijbaan bevond automobilist B zich samen met passagier C. Automobilist X is WAM en SVI verzekerd. Automobilist X vordert een bedrag van € 435.000 van de eigen verzekeraar, NH1816. NH1816 beweert dat automobilist B onrechtmatig heeft gehandeld jegens automobilist X, waardoor de schade is ontstaan. Automobilist B is verzekerd bij ZLM. NH1816 stelt automobilist B aansprakelijk is

VR 2024/56 Eenzijdig auto-ongeval, uitsluiting motorrijtuigrisico in polis, goed werkgeverschap.

Jurisprudentie

X en Y zijn vennoten van pizzeria Mussie met bezorgservice. A (appellant) bezorgde in de weekenden pizza's voor Mussie met een auto van het bedrijf. Op 18 maart 2018 raakte hij ernstig gewond bij een eenzijdig auto-ongeval tijdens het bezorgen van pizza’s. De auto is verzekerd bij Goudse voor wettelijke aansprakelijkheid en Mussie heeft een AVB-verzekering bij Goudse. A heeft Mussie aansprakelijk gesteld, maar ze hebben dit niet erkend. Goudse wees de claim af vanwege uitsluiting van schade door motorvoertuigen in de AVB. De kantonrechter wees de vorderingen af vanwege het ontbreken van een

VR 2024/52 Verkeersongeval tussen scooter en auto. Onrechtmatige daad. Rijden onder invloed. Eigen schuld.

Jurisprudentie

Op 20 juli 2022 vond er een aanrijding plaats in Dordrecht tussen een snorfiets bestuurd door A (verzoekster 1) met passagier B (verzoekster 2) en een personenauto bestuurd door C. Getuigenverklaringen variëren over de snelheid van de voertuigen en de toedracht van het ongeval. A beweert een normale snelheid te hebben gereden, terwijl een getuige schat dat de personenauto tussen de 40 en 45 km/u reed. De aanrijding resulteerde in letsel voor A en B, die beiden hun linker enkel braken en nu (gedeeltelijk) arbeidsongeschikt zijn. Univé, de verzekeraar van de personenauto, heeft aansprakelijkheid