verkeersongeval

VR 2020/118 Shockschade; dodelijk verkeersongeval; confrontatievereiste; identificatie in mortuarium.

Jurisprudentie
X, geboren in 1994, is als 20-jarige als au pair naar Nederland gekomen. Zij verbleef bij een gastgezin in Rotterdam. Toen zij enige maanden in Nederland was, is zij overleden als gevolg van een ongeval waarbij zij met haar fiets onder een vuilniswagen is terechtgekomen. De ouders en broer van X, appellanten, zijn direct nadat zij op de hoogte waren gebracht van het ongeval naar Nederland gereisd en hebben X geïdentificeerd in het mortuarium. De chauffeur van de vrachtwagen is strafrechtelijk vervolgd voor dood door schuld. ABN AMRO is de WAM-verzekeraar van de vuilniswagen. Zij heeft

VR 2020/91 Aanrijding fietser en scooter; 50% regel; causaliteit; billijkheidscorrectie.

Jurisprudentie
Een fietser is frontaal in aanrijding gekomen met een scooter op een kruising. Vaststaat dat de fietser aan de verkeerde kant van de weg fietste. Als gevolg van het ongeval heeft de fietser letsel opgelopen aan zijn gezicht. De WAM-verzekeraar, Unigarant, heeft aansprakelijkheid voor het ongeval voor 50% erkend. De fietser stelt dat Unigarant volledig aansprakelijk is en vordert schadevergoeding. De rechtbank komt op grond van art. 185 lid 1 WVW, art. 6 lid 1 WAM en de 50%-regel tot het oordeel dat Unigarant ten minste 50% van de schade moet vergoeden. Ten aanzien van de causale verdeling

VR 2020/89 Botsing fietsers; kelderluik-criteria; eigen schuld.

Jurisprudentie
Op 19 mei 2015 is verzoekster, geboren op 2 juli 1956, betrokken geweest bij een ongeval. Zij reed op de fiets op geringe afstand achter verweerder sub 1. Toen verweerder sub 1 uit een zijstraat een collega zag aankomen, heeft hij zijn snelheid verminderd, waarna verzoekster ten val is gekomen. Als gevolg van het ongeval heeft verzoekster een hersenkneuzing en een fractuur van het rechtersleutelbeen opgelopen. Verweerder sub 1 was ten tijde van het ongeval tegen aansprakelijkheid verzekerd bij verweerder sub 2. Verzoekster verzoekt de rechtbank voor recht te verklaren dat verweerder sub 1

VR 2020/69 Verkeersongeval; afwijzing verzoek; geen consistent, consequent en samenhangend patroon van klachten.

Jurisprudentie
Verzoeker is op 2 oktober 2004 als bestuurder van een auto betrokken geraakt bij een aanrijding met een andere auto, waarbij de auto van verzoeker in de flank werd aangereden. Euro Insurance is de WAM-verzekeraar van de bestuurder van de andere auto. Euro Insurance heeft aansprakelijkheid voor de gevolgen van de aanrijding erkend. Op 28 juli 2016 is op gezamenlijk verzoek van partijen een neurologische expertise uitgebracht door een neuroloog. Verzoeker verzoekt voor recht te verklaren dat hij een blijvend patroon van klachten heeft zoals genoemd door de neuroloog in zijn rapport van 18 juli

VR 2020/52 Eenzijdig fietsongeval; dekking verzekering; polisvoorwaarden; uitleg 'verkeersongeval'.

Jurisprudentie
In de nacht van 25 op 26 mei 2018 is A een eenzijdig fietsongeval overkomen. A is op een kruising, toen hij uitweek voor een van rechts komende auto, ten val gekomen in een greppel. Hierbij heeft A een hoge dwarslaesie opgelopen. In deze procedure vordert A een verklaring voor recht dat het verkeersongeval is gedekt onder de SV Plus-verzekeringsovereenkomst die hij met B heeft gesloten en dat B de schade die hij (A) door het ongeval heeft geleden en nog zal lijden moet vergoeden. De rechtbank overweegt dat in de polisvoorwaarden staat vermeld dat in geval van een 'verkeersongeval' de

VR 2020/19 Botsing tussen opgevoerde snorfiets en auto; eigen schuld; billijkheidscorrectie.

Jurisprudentie
Op 14 augustus 2017 is gedaagde met zijn auto uit een uitrit een fietspad opgereden. Op dat moment kwam eiser van links op het fietspad aangereden met een snorfiets. Toen eiser de auto van gedaagde opmerkte, heeft hij geremd. Daarbij is hij, zonder de auto te raken, ten val gekomen. Als gevolg van het ongeval heeft eiser letsel opgelopen en is de snorfiets beschadigd. De snorfiets was opgevoerd en kon volgens een rollerbankmeting 57 km per uur rijden. Eiser is zzp'er en is door het ongeval volledig arbeidsongeschikt geweest. Hij heeft geen arbeidsongeschiktheidsverzekering. Achmea heeft als

VR 2019/189 Verkeersongeval; whiplash; ondernemer; schadeposten.

Jurisprudentie
Op 15 november 2013 is eiser een verkeersongeval overkomen waarbij drie personenauto's waren betrokken. Terwijl eiser in zijn auto voor een openstaande brug stond te wachten, is een bestuurder van een achteropkomende auto tegen de auto achter eiser aangereden, die vervolgens tegen de achterzijde van de personenauto van eiser is gebotst. De bestuurder van de achteropkomende auto was tegen wettelijke aansprakelijkheid verzekerd bij ASR. ASR heeft aansprakelijkheid voor de gevolgen van het ongeval erkend. Eiser was ten tijde van het ongeval als zelfstandig ondernemer werkzaam binnen twee

VR 2019/187 Kop-staartbotsing; te weinig afstand; bewijswaardering.

Jurisprudentie
Toen A in zijn auto op de snelweg reed, is hij van achteren aangereden door een andere auto die werd bestuurd door C. B zat als passagier naast A in de auto. D zat als passagier naast C in de auto. A stelt de verzekeraar van de auto van C aansprakelijk en vordert betaling van een schadevergoedingsvoorschot van € 5.000. De vraag is of het ongeluk is ontstaan doordat C te weinig afstand heeft bewaard tot de auto van A (en daarmee art. 19 RVV heeft overtreden) of doordat A onverwacht en zonder enige noodzaak heeft geremd. Op grond van de verklaringen van A, B, C en D oordeelt het hof dat C

VR 2019/175 Aanrijding auto en fiets; beroep op overmacht automobilist toegewezen.

Jurisprudentie
Op 2 september 2015 heeft eiser een fietser aangereden op de kruising van de Hofzichtlaan met de straat Catharinaland in Den Haag. Toen eiser vanuit Catharinaland rechtsaf de Hofzichtlaan opsloeg, heeft hij de fietser aangereden. De fietser fietste op dat moment tegen de rijrichting in. Eiser was tegen wettelijke aansprakelijkheid verzekerd bij Vivat. Vivat heeft op 4 mei 2018 een vaststellingsovereenkomst gesloten met de fietser waarin is overeengekomen dat Vivat 75% van de schade van fietser zou vergoeden. Vivat heeft op grond van de algemene voorwaarden van de verzekeringsovereenkomst met

VR 2019/156 Verkeersongeval; deelgeschil; buitengerechtelijke kosten deels afgewezen.

Jurisprudentie
In 2015 heeft een aanrijding plaatsgevonden waarbij drie voertuigen betrokken waren. Het middelste voertuig werd bestuurd door verzoeker die op dat moment stilstond voor een rood stoplicht. Hij werd aangereden door het voertuig achter hem, waardoor verzoeker tegen het voertuig dat voor hem stond aanbotste. Verweerster, WAM-verzekeraar van de schadeveroorzakende partij, heeft aansprakelijkheid voor het ongeval en de daaruit voor verzoeker voortvloeiende schade erkend. Verweerster heeft tweemaal een voorschot ter vergoeding van buitengerechtelijke kosten gedaan: eenmaal € 6.500,- aan de vroegere