Aansprakelijkheid van de hulpverlener voor medische hulpzaken met ‘een niet te onderkennen gebrek’
Mr. dr. R.P. Wijne Aansprakelijkheid voor medische hulpzaken: het lijkt geen rustig bezit te zijn. Gaf eind vorig jaar het Gerechtshof ’s-Hertogenbosch nog het oordeel dat de tekortkoming wegens het gebruik van een ongeschikte zaak ingevolge art. 6:74 jo. 6:75 BW en 6:77 BW aan de hulpverlener moet worden toegerekend, dit jaar komt de Rechtbank Rotterdam met een tegenovergesteld oordeel: geen toerekening krachtens de wet. In beide zaken werd overigens niet vastgesteld dat de Poly Implant Prothese (PIP) borstprothese respectievelijk de metaal-op-metaal (MOM) heupprothese ongeschikt was. Over de