Zoeken

9656 resultaten gevonden

  1. VR 2018/43 Poging tot zware mishandeling. Inrijden op slachtoffer.
    Opzet. Rijden onder invloed.

    Jurisprudentie
    Verdachte is met zijn oldtimer tractor naar het Oldtimerfestival gegaan. Hij heeft daar een grote hoeveelheid bier gedronken. Hij is vervolgens met zijn tractor naar het festivalterrein van Truckfestival gereden. Hij heeft op een gegeven moment met een relatief hoge snelheid met zijn tractor in de richting van het slachtoffer gestuurd waardoor deze opzij moest springen. De rechtbank is gelet op deze feiten en omstandigheden van oordeel dat verdachte met zijn gedragingen en in het bijzonder gelet op het gewicht van de door hem bestuurde tractor, willens en wetens de aanmerkelijke kans heeft
  2. VR 2018/45 Toename aantal verkeersslachtoffers in Nederland:

    Artikel
    VR 2018/45 Toename aantal verkeersslachtoffers in Nederland: nieuwe impuls nodig voor verbetering verkeersveiligheid Dr. ir. Wendy Weijermars * * Senior onderzoeker bij SWOV. 1. Inleiding Verkeersongevallen kosten de Nederlandse samenleving grofweg 14 miljard euro per jaar. Dat is beduidend meer dan andere maatschappelijke kosten als gevolg van verkeer, zoals congestie (€ 2,3 tot € 3 miljard) en milieuschade (€ 4,8 miljard). 1) Het is dan ook belangrijk om het aantal verkeersslachtoffers terug te dringen. Voor een goed verkeersveiligheidsbeleid is inzicht in recente
  3. VR 2018/46 Fietsongevallen, een analyse van oorzaken

    Artikel
    VR 2018/46 Fietsongevallen, een analyse van oorzaken Ton Hendriks * * Verkeerskundige bij ANWB. Inleiding Eind vorig jaar werden de nieuwe cijfers bekend over het aantal ernstig gewonden in het verkeer. De cijfers kenmerken zich door een stijgend aantal verkeersgewonden. Fietsers maken hier een groot deel van uit. 63% van de 21.300 ernstige verkeersslachtoffers die vorig jaar in Nederland vielen, zijn fietsers: 13.419 fietsslachtoffers waarvan 60% ouderen. De eerste vraag die opkomt is: hoe komt dat en wat kunnen we eraan doen? Om die vraag te beantwoorden is gedetailleerder informatie nodig
  4. VR 2018/47 Strafgat en compensatiekrater

    Column
    VR 2018/47 Strafgat en compensatiekrater Op 19 april sloot de raadpleging door de wetgever over het voornemen om de Wegenverkeerswet1994 aan te passen. Dat voorstel is mede ingegeven door publieke verontwaardiging en teleurstelling bij nabestaanden van verkeersslachtoffers. Het voorstel beoogt onder meer het zogenaamde ‘strafgat’ te dichten dat thans bestaat tussen (zeer) gevaarlijk rijgedrag met, en (zeer) gevaarlijk rijgedrag zonder ernstige gevolgen. Een verkeersdeelnemer kan immers het ‘geluk’ hebben dat zijn zeer gevaarlijke gedrag geen schade toebrengt, en een slachtoffer kan de pech
  5. VR 2018/48 Roekeloosheid. Bewijs.

    Jurisprudentie
    De verdachte heeft 's nachts in het kader van een verkeersruzie - waarbij de verdachte een voor hem rijdende auto dicht heeft genaderd, met de lichten van zijn auto heeft geseind en vervolgens rechts heeft ingehaald - zijn auto plotseling tot stilstand gebracht op de rechterrijstrook van een onverlichte autosnelweg omdat hij 'verhaal wilde halen'. Daarbij heeft hij zo abrupt geremd dat de achter de verdachte rijdende auto werd gedwongen te stoppen. Als gevolg daarvan kon een derde achteropkomende auto de stilstaande auto's niet meer ontwijken en is deze auto met beide stilstaande auto's in
  6. VR 2018/49 Dood door schuld. Epilepsie.

    Jurisprudentie
    De verdachte heeft met een door haar bestuurde personenauto twee voetgangers en een fietser aangereden. De voetgangers zijn hierbij om het leven gekomen. Ten tijde van de aanrijding had de verdachte een epileptische aanval. Gelet op hetgeen zij op dat moment wist omtrent haar medische situatie, moest de verdachte serieus rekening houden met het optreden van een zodanig plotseling bewustzijnsverlies, zoals dit zich ook vlak voor en tijdens het verkeersongeval heeft voorgedaan. De verdachte heeft zich zeer onvoorzichtig en onachtzaam gedragen en met aanmerkelijke verwaarlozing van de te dezen
  7. VR 2018/50 Inrijden op persoon. Poging tot zware mishandeling. Opzet.

    Jurisprudentie
    De verdachte is met verhoogde snelheid, zonder te remmen, gericht op de aangever toegereden, hij heeft hem geraakt en hij is vervolgens doorgereden. Dit gedrag van verdachte is naar het oordeel van de rechtbank naar zijn uiterlijke verschijningsvorm zo zeer gericht op het toebrengen van zwaar lichamelijk letsel bij de aangever, dat het niet anders kan dan dat verdachte opzet op zwaar lichamelijk letsel bij de aangever heeft gehad.
  8. VR 2018/51 Verkeersongeval. Schuld. Aanmerkelijk onvoorzichtig en
    onoplettend handelen. Letsel. Strafmaat.

    Jurisprudentie
    De verdachte heeft als bestuurder van een personenauto een bijzondere manoeuvre - keren - willen uitvoeren op een plaats waar dit verboden was. Door deze manoeuvre uit te voeren op een plaats waar deze verboden was, zonder goed uit te kijken of hij daarmee anderen niet in gevaar zou brengen, heeft verdachte aanmerkelijk onvoorzichtig en onoplettend gehandeld. Als gevolg van deze ernstige verkeersovertreding heeft het slachtoffer zwaar lichamelijk letsel opgelopen.De ontzegging van de rijbevoegdheid wordt voorwaardelijk opgelegd omdat de verdachte zonder zijn rijbewijs zijn werk als
  9. VR 2018/53 Mobiele telefoon. Vasthouden. iPhone.

    Jurisprudentie
    Het begrip 'mobiele telefoon' was ten tijde van de gedraging - anders dan tegenwoordig - niet nader gedefinieerd in het RVV 1990. In een dergelijke situatie wordt voor de uitleg van een begrip doorgaans aansluiting gezocht bij hetgeen de wetgever in de toelichting daaromtrent heeft vermeld. Blijkens de Nota van Toelichting bij het Besluit van 4 februari 2002 tot wijziging van het RVV 1990 (verbod handmatig telefoneren), Stb. 2002, 67 - waaraan de betrokkene ook heeft gerefereerd -, wordt onder mobiele telefoon verstaan: "een apparaat dat bestemd is voor het gebruik van mobiele openbare
  10. VR 2018/54 Parkeren. Rijbaan.

    Jurisprudentie
    Administratieve sanctie ter zake van “met een motorvoertuig niet de rijbaan gebruiken (bijv. laten stilstaan op trottoir/voetpad etc.)”. Gegeven de inrichting van het deel van de straat waar de betrokkene zijn voertuig had geparkeerd, oordeelt het hof dat niet een zodanige scheiding is aangebracht tussen de verschillende soorten bestratingen, dat gesproken kan worden van een trottoir. De weg is hier zo ingericht dat voertuigen gebruik kunnen maken van de gehele breedte van dit weggedeelte. Dit betekent dat dit deel van de straat in zijn geheel als rijbaan moet worden aangemerkt. Dat de hieraan
  11. VR 2018/55 Parkeren. Berm. Rijbaan.

    Jurisprudentie
    Aan de betrokkene was een administratieve sanctie opgelegd ter zake van parkeren in strijd met een parkeerverbod (bord E1). Het voertuig van de betrokkene stond niet op de rijbaan geparkeerd, maar op de met grastegels bedekte en verharde berm.Voor de uitleg van het begrip weg in de zin van artikel 65, tweede lid, van het RVV 1990 dient geen aansluiting bij het begrip weg als bedoeld in artikel 1, onder b van de WVW 1994 te worden gezocht. Het parkeerverbod aangegeven met bord E1 als bedoeld in bijlage 1 van het RVV 1990 strekt zich niet uit over de berm van de weg (ECLI:NL:GHARL:2016:3927).Het
  12. VR 2018/56 Kruispunt. Parkeren. Stilstaan.

    Jurisprudentie
    Betrokkene had zijn voertuig geparkeerd op een T-splitsing die bestaat uit een doorgaande weg en een weg die daarop uitloopt. Langs die laatste weg staat een bord G6 uit de bijlage bij het RVV 1990 (einde erf). De in-/uitrit van die straat is afwijkend bestraat: stoeptegels in plaats van klinkers. Het voertuig van de betrokkene stond op de doorgaande weg, zodanig dat bestuurders die via de weg die daarop uitloopt het erf verlaten en de doorgaande weg inrijden, recht op dat voertuig zouden afrijden. De betrokkene heeft dus in strijd met het bepaalde in art 23 RVV1990 zijn voertuig laten
  13. VR 2018/57 Parkeren. Hinder.

    Jurisprudentie
    Van weggebruikers mag worden verwacht dat zij zich er eventueel na het parkeren van vergewissen of parkeren op de betreffende plaats voor hen is toegestaan. Dit kan meebrengen dat sneeuw moet worden verwijderd. Het hof is op grond van de foto's van oordeel dat nu het vlak waarop de auto van de betrokkene stond geparkeerd voor een trap ligt en afwijkend bestraat is, het voor de betrokkene, ook bij gebreke van enige nadere aanduiding hoe ter plaatse te parkeren, duidelijk had moeten zijn dat het hier geen parkeervak betreft en dat het dus niet de bedoeling is dat zij haar auto hier parkeert. In
  14. VR 2018/58 Parkeren. Elektrische laadpaal.

    Jurisprudentie
    De betrokkene had zijn - kennelijk niet-elektrische - voertuig geparkeerd op een van een laadpaal voorziene parkeerplaats. Zoals was aangeduid met bord E4 was die parkeerplaats bestemd voor het opladen van elektrische motorvoertuigen. Het bord E4 vormt een toereikende aanduiding van een dergelijke parkeerplaats. De betrokkene heeft dus gehandeld in strijd met het bepaalde in art. 24 RVV 1990.
  15. VR 2018/59 Parkeren. Voor het openbaar verkeer
    openstaande weg. Parkeerplaats bij Schiphol. Bevoegdheid verbalisant.

    Jurisprudentie
    Betrokkene heeft zijn auto geparkeerd op parkeerplaats P3, behorend bij vliegveld Schiphol. Deze parkeerplaats is bestemd voor lang parkeren en is afgesloten door middel van slagbomen. Beslissend voor de vraag of het terrein als een voor het openbaar verkeer openstaande weg dient te worden aangemerkt, is de vraag of dit ten tijde van de gedraging feitelijk voor het openbaar verkeer openstond. Daarvoor zijn mede van belang de verdere feitelijke omstandigheden zoals de vraag of door de rechthebbende wordt geduld dat het algemene verkeer gebruik maakt van dat terrein.Gesteld noch gebleken is dat
  16. VR 2018/60 Tweede Pinksterdag. Parkeren. Onderbord.

    Jurisprudentie
    Parkeren op gehandicaptenparkeerplaats zonder duidelijk zichtbare geldige gehandicaptenparkeerkaart. Naar het oordeel van het hof blijkt niet dat de tekst op het onderbord ("Ma t/m Vrij 9 - 17h. Max. 2h") de werking van het bord E6 (gehandicaptenparkeerplaats) op een feestdag opheft. Dat er op Tweede Pinksterdag een zondagstarief geldt, betekent niet dat een (onder)bord als het onderhavige zijn werking verliest.
  17. VR 2018/61 Letselschade, schadebegroting.

    Jurisprudentie
    Appellant is in korte tijd tweemaal betrokken geweest bij een ongeval, waarbij hij als bestuurder van een personenauto is aangereden. In het eerste geval was de aansprakelijke partij verzekerd, in het tweede geval niet. De verzekeraar (voor het eerste geval) en het Waarborgfonds (voor het tweede geval) hebben schadevergoedingen betaald. Appellant heeft hogere bedragen gevorderd, met name ten aanzien van verlies van verdienvermogen. Zijn vorderingen zijn in eerste aanleg vrijwel integraal afgewezen. Het hof stelt voorop dat de schade moet worden begroot door middel van een vergelijking van de
  18. VR 2018/62 Deelgeschil; verkeersongeval; eigen schuld?

    Jurisprudentie
    Verzoeker is vanaf het trottoir de weg op gefietst. Hij is vervolgens aangereden door een bij TVM verzekerde vrachtauto en heeft daarbij letsel opgelopen. TVM heeft 50% aansprakelijkheid erkend en stelt dat er sprake is van eigen schuld omdat verzoeker (1) in strijd met de verkeersregels op het trottoir heeft gefietst en (2) voorrang had moeten verlenen aan de vrachtwagen op het moment dat hij vanaf het trottoir de weg op fietste. Verzoeker vraagt een verklaring voor recht dat TVM 100%, althans meer dan 50% vergoedingsplichtig is. De rechtbank stelt voorop dat de hoofdregel van art. 185 WVW
  19. VR 2018/63 Deelgeschil; aanrijding auto-fietser; eigen schuld,billijkheidscorrectie.

    Jurisprudentie
    Op 6 augustus 2013 vond een aanrijding plaats tussen X (op de fiets) en Y (automobilist). Y reed op de Nieuwe Meerlaan in Amsterdam, waar een maximumsnelheid van 60 km/u gold. X was gehouden hem voorrang te verlenen, maar heeft dit niet gedaan. Bij de ontstane aanrijding heeft X zeer ernstig letsel opgelopen. De WAM-verzekeraar van Y (Generali) heeft 60% aansprakelijkheid erkend. In deelgeschil vraagt X een verklaring voor recht dat Generali de schade volledig moet vergoeden. Zij stelt in dat verband onder meer dat Y zijn snelheid onvoldoende heeft aangepast aan de verkeerssituatie, omdat ter

Zoektips

  • Check of de spelling van de zoekterm klopt
  • Weet u het publicatienummer van een uitspraak of artikel, toets dan bijvoorbeeld in “2021/68”. Het publicatienummer dient dus tussen aanhalingstekens te staan. (N.B.: artikelen hebben vanaf 2011 een publicatienummer; uitspraken hebben allemaal een publicatienummer.) Om een artikel of uitspraak te vinden met een publicatienummer onder de 10 of vlak onder de 100, is het soms nodig om er een nul voor te typen. Bijvoorbeeld “2022/08” of “2021/090”.
  • Gebruik meerdere zoektermen voor een zo relevant mogelijk resultaat:
    • Zoekt u een artikel/uitspraak waarin zowel ‘auto’ als ‘stoplicht’ voorkomt, toets dan in: auto AND stoplicht
    • Zoekt u op één van de woorden, dan toetst u de woorden gewoon los in (auto stoplicht). Het zoekresultaat bevat dan alle artikelen/uitspraken/columns waarin auto en/of stoplicht voorkomt.

Nog niet gevonden wat u zoekt? Neem contact met ons op. Wij helpen u graag!