Zoeken

9782 resultaten gevonden

  1. VR 2021/113 Voetganger wordt aangereden door twee auto's; geen overmacht; 50% eigen schuld.

    Jurisprudentie
    Op 7 december 2018 is A een verkeersongeval overkomen. A was met haar auto op weg van haar kantoor naar huis. Op enig moment heeft zij haar auto tot stilstand gebracht aan de rechterkant op een busstrook bij een bushalte. Zij is uit de auto gestapt en heeft de motorkap geopend. Op enig moment is zij in aanraking gekomen met een passerende auto (een BMW). Daarna is zij op de rijbaan gekomen en aangereden door een tweede, direct na de BMW passerende auto (een Audi). Beide auto's reden op de rijbaan naast de busstrook, in dezelfde richting als waarin A reed voordat ze haar auto tot stilstand had
  2. VR 2021/114 Fietser valt over biggenrug; wegbeheerder aansprakelijk; eigen schuld.

    Jurisprudentie
    In de nacht van 12 op 13 januari 2019 is fietser A gevallen op een kruising van straat X met straat Y. A kwam vanuit straat X rijden. Op de kruising stak zij schuin over om linksaf te slaan straat Y in. A is toen gevallen over een biggenrug die als afscheiding diende tussen het fietspad en de rijbaan aan straat Y. Aan weerszijden van de biggenruggen was een doorgetrokken witte belijning aangebracht. De biggenruggen hadden de kleur van het asfalt, gelijk aan de rijbaan. Het fietspad was rood. Links van de ingang van het fietspad stond een verkeerszuil met een verkeersbord dat een verplicht
  3. VR 2021/115 De Bedrijfsregeling Directe Schadeafhandeling: een opmaat naar de directe verkeersverzekering?

    Artikel
    VR 2021/115 De Bedrijfsregeling Directe Schadeafhandeling 1): een opmaat naar de directe verkeersverzekering? Mr. J.J. van Noortwijk * * Bedrijfsjurist schade & inkomen bij Achmea. Deze bijdrage is een bewerking van het essay dat door hem is geschreven ter behaling van de postacademische leergang verzekeringsrecht van de Universiteit van Amsterdam. 1. Inleiding Sinds juli 2021 zijn verzekeraars die zijn aangesloten bij het Verbond van Verzekeraars gestart met het afhandelen van de materiële schades aan personenauto’s via de weg van directe schadeafhandeling. Vanaf eind jaren zestig wordt er al
  4. VR 2021/116 Heeft het leerstuk van uitgaven die hun doel hebben gemist wel toegevoegde waarde?

    Artikel
    VR 2021/116 Heeft het leerstuk van uitgaven die hun doel hebben gemist wel toegevoegde waarde? Prof. mr. A.J. Verheij * * Hoogleraar privaatrecht, in het bijzonder het verbintenissenrecht aan de Rijksuniversiteit Groningen. Hoofdredacteur Verkeersrecht. Dit artikel is ontleend aan het preadvies voor de VASR dat ik dit jaar met Jessy Emaus schreef. Helaas kon het proefschrift van Thijs Beumers over Gemist onstoffelijk voordeel niet meer worden verwerkt. 1. Inleiding Het klassieke voorbeeld van uitgaven die hun doel hebben gemist betreft degene die een ticket voor een concert heeft gekocht, maar
  5. VR 2021/117 De Aanbevelingen rekenrente in personenschadezaken

    Artikel
    VR 2021/117 De Aanbevelingen rekenrente in personenschadezaken Mr. G.J.M. Verburg * * Advocaat te Amsterdam. 1. Inleiding De te hanteren rekenrente bij het berekenen van nog niet ingetreden schade, oftewel toekomstige schade in personenschadezaken, houdt de letselschadepraktijk al enige jaren, in toenemende mate bezig. 1) De 3% rekenrente, die vanaf de jaren 80 grofweg een kleine 30 jaar stand heeft gehouden 2), lijkt te hebben afgedaan. In debat is, zowel in als buiten rechte, wat daarvoor in de plaats moet komen. Verscheidene oplossingen zijn gesanctioneerd in de rechtspraak en er lijkt
  6. VR 2021/118 Verkeersongeval; verzekeringsrecht; verjaring; directe actie.

    Jurisprudentie
    Op 29 februari 2000 is autobestuurder A (appellant) aangereden door autobestuurder B. De WAM-verzekeraar van de auto van B was C. A heeft na het ongeval C op grond van art. 6 lid 1 WAM rechtstreeks aangesproken tot vergoeding van de schade die hij door het ongeval heeft geleden. Bij brief van 26 juli 2002 heeft C namens B aansprakelijkheid voor de gevolgen van het ongeval erkend. C heeft een voorschot op de schadevergoeding betaald aan A van € 43.338,-. A en C zijn niet tot overeenstemming gekomen over de hoogte van de schadevergoeding. Op 11 december 2008 heeft C de onderhandelingen formeel
  7. VR 2021/119 Kop-staartbotsing; whiplash-gerelateerde klachten; causaal verband; voorschot schadevergoeding.

    Jurisprudentie
    In 2011 is A als inzittende van een personenauto van achteren aangereden door een verzekerde van B. B heeft aansprakelijkheid voor de gevolgen van het ongeval erkend. Sinds het ongeval ervaart A whiplash-gerelateerde klachten. Op verzoek van A en B heeft in 2016 een medische expertise plaatsgevonden door neuroloog X. X heeft op eigen initiatief een neuropsychologisch onderzoek laten verrichten door Y. De vraag ligt voor of een causaal verband bestaat tussen de klachten van A en het ongeval, en of A, naast het door de rechtbank toegekende bedrag van € 50.000,- als voorschot op de
  8. VR 2021/12 Productaansprakelijkheid; gebrekkige waterballonpomp; oogletsel 7-jarige.

    Jurisprudentie
    De ouders van de 7-jarige A hebben in de zomer van 2014 een waterballonpomp gekocht bij Action. De waterballonpomp was geproduceerd door B. Op 6 april 2015 (tweede Paasdag) is de waterballonpomp aan de onderkant gebarsten. Diezelfde dag hebben de ouders zich met A gemeld bij de huisartsenpost met letsel aan het rechteroog van A. Met spoed is toen een oogarts opgeroepen. In het patiëntendossier van A heeft de oogarts over dit consult het volgende gemeld: "Bij oppompen van vulfles voor waterballonnen is de plastic waterfles ontploft. Klapte tegen het rechter oog aan. Fles is gebarsten, er lijken
  9. VR 2021/120 Buitengerechtelijke kosten; dubbele redelijkheidstoets.

    Jurisprudentie
    A is in 2015 betrokken geraakt bij een eenzijdig verkeersongeval. Hierbij heeft A lichamelijk en psychisch letsel opgelopen. Verzekeraar B heeft in 2016 de aansprakelijkheid voor de gevolgen van het ongeval erkend. In 2017 heeft A zich gewend tot mr. Z. Daarvoor hebben X en Y de belangen van A behartigd. Z heeft bij B € 14.499,28 aan buitengerechtelijke kosten gedeclareerd. B heeft daarvan € 8.000,- vergoed. B heeft in totaal in het dossier van A € 16.092,97 aan buitengerechtelijke kosten uitgekeerd. In deze procedure vordert A van B € 6.499,28. Dit bedrag ziet op de onbetaald gebleven
  10. VR 2021/121 Aanrijding scooter en auto; ontvankelijkheid; kosten mantelzorg.

    Jurisprudentie
    Op 22 november 2016 is scooterrijder A aangereden door automobilist B. A was toen 22 jaar. Als gevolg van deze aanrijding heeft A letsel opgelopen. De verzekeraar van B (VGH) heeft aansprakelijkheid voor de gevolgen van het ongeval erkend. A vraagt de rechtbank om over meerdere geschilpunten te beslissen. A verzoekt de rechtbank onder meer om VGH hoofdelijk te veroordelen tot betaling van een voorschot van € 45.780,- voor mantelzorg. De rechtbank beoordeelt eerst of de zaak geschikt is voor behandeling als deelgeschil. Zij overweegt in dat verband dat A verschillende geschilpunten voorlegt aan
  11. VR 2021/122 Aanrijding auto en fiets; automobilist 100% aansprakelijk.

    Jurisprudentie
    In 2016 is een fietser (A) aangereden door een automobilist (B). Voorafgaand aan het ongeval fietste A op een fietspad naast een ventweg, B reed op de ventweg. B is bij het oversteken van het fietspad rechtsaf geslagen, terwijl A op de fiets van rechts kwam. B heeft A niet gezien en is tegen de linker zijkant van A gereden, waardoor A is gevallen. Een getuige (G) heeft 112 gebeld en A is met een ambulance naar het ziekenhuis gebracht. G heeft aan de politie verklaard dat zij zag dat A voorafgaand aan het ongeval met haar telefoon "bezig was". Tussen partijen is niet in geschil dat de WAM
  12. VR 2021/124 De verkeersrechtelijke regulering van eBikes en speed-pedelecs

    Artikel
    VR 2021/124 De verkeersrechtelijke regulering van eBikes en speed-pedelecs: een misstap voor slachtofferbescherming in het aansprakelijkheidsrecht Mw. mr. L.R. Daman * * Advocaat bij Ruesink & Baggerman Letselschade Advocaten. De opkomst van de elektrische fiets De elektrische fiets is eind jaren ’90 van de vorige eeuw op de markt gekomen en wint sindsdien flink aan populariteit. Zo betrof de aankoop van een nieuwe fiets in 2020 in 50% van de gevallen een elektrische fiets, terwijl dat in 2010 nog maar een percentage van 14% was. 1) Ook het totaal aantal speed-pedelecs in Nederland is in 2019
  13. VR 2021/125 Congresverslag: International Class Action Regimes and Settling Mass Personal Injury

    Artikel
    VR 2021/125 Congresverslag: International Class Action Regimes and Settling Mass Personal Injury Pim Wissink * * Mr. P.G.J. Wissink is promovendus en docent burgerlijk recht aan de Rijksuniversiteit Groningen. De auteur was betrokken bij de organisatie van het congres. 1. Inleiding Het Nederlandse massaschaderecht is volop in ontwikkeling. In 2020 trad de Wet afwikkeling massaschade in collectieve actie (WAMCA) in werking, waarmee de collectieve actie van artikel 3:305a BW een ‘upgrade’ tot volwaardige collectieve schadevergoedingsactie kreeg. Inmiddels worden de eerste ervaringen opgedaan
  14. VR 2021/126 Verlaten plaats ongeval. Behoorlijke gelegenheid.

    Jurisprudentie
    De verdachte is met zijn auto (Seat) tegen een paaltje aangereden. Dit raakte beschadigd. Na dit ongeval is de verdachte weggereden van de plaats van het ongeval. De verdachte heeft niet behoorlijk gelegenheid gegeven tot vaststelling van zijn identiteit en van het door hem bestuurde motorrijtuig. Hij heeft op generlei wijze kenbaar gemaakt dat hij en zijn auto betrokken zijn geweest bij het ongeval. De verdachte had, nu het ongeval midden in de nacht heeft plaatsgevonden en de Gemeente Venlo (het slachtoffer) op dat moment niet bereikbaar was, de mogelijkheid om de politie te bellen of een
  15. VR 2021/127 Letselschadezaak; beoordeling psychiatrisch deskundigenrapport.

    Jurisprudentie
    Fietser A raakt driemaal betrokken bij een verkeersongeval (in 2003, 2006 en 2009). A ontwikkelt na de laatste twee ongevallen blijvende klachten. Verzekeraar B aanvaardt aansprakelijkheid en treedt op als regelend verzekeraar voor de laatste twee ongevallen. Op gezamenlijk verzoek van A en B voert een psychiater (Drooglever Fortuyn) een onderzoek uit. Hij concludeert dat er geen causaal verband is tussen de psychische klachten van A en de laatste twee ongevallen; ook zonder de ongevallen zou A zeer waarschijnlijk de psychische klachten hebben ontwikkeld, gezien zijn (medische) verleden. A is
  16. VR 2021/128 Ernstig auto-ongeluk; gordel; WAM-dekking.

    Jurisprudentie
    In 2006 botst auto X tegen auto Y op de Duitse snelweg. Auto Y slaat hierbij over de kop. In auto Y zit de minderjarige M, samen met haar zus en vader (V). V is bestuurder van de auto. M zit niet in de gordel en vliegt bij de botsing uit de auto, waarna de auto over haar heen rijdt. Zij loopt hierbij zeer ernstig hersenletsel op. De WAM-verzekeraar van auto Y is VY. De WAM-verzekeraar van auto X erkent aansprakelijkheid voor het ongeval, maar zij doet een beroep op een/derde eigen schuld van M vanwege het niet dragen van de gordel. Volgens (de wettelijke vertegenwoordigers van) M heeft V er
  17. VR 2021/129 Letselschadezaak; buitengerechtelijke kosten.

    Jurisprudentie
    A is een ongeval overkomen. Verzekeraar B is hiervoor voor 50% aansprakelijk. Tussen partijen is in geschil of B € 15.224,48 aan buitengerechtelijke kosten moet betalen aan A als voorschot op de kosten van de belangenbehartiger van A (X). De rechtbank wijst de buitengerechtelijke kosten grotendeels toe. De belangrijkste overweging in dit verband is dat redelijke kosten ter vaststelling van schade en aansprakelijkheid en ter verkrijging van voldoening buiten rechte als vermogensschade voor vergoeding in aanmerking komen, behalve als de regels over proceskosten van toepassing zijn krachtens art
  18. VR 2021/13 Val van afstapje in KFC; kelderluikcriteria; geen onrechtmatige gevaarzetting.

    Jurisprudentie
    A is in een vestiging van KFC ten val gekomen toen zij van een verhoogd plateau met trapafstapje wilde stappen. Hierbij heeft zij ernstig beenletsel opgelopen. A verzoekt dat de rechtbank bepaalt dat KFC jegens haar aansprakelijk is voor de gevolgen van het ongeval en dat KFC gehouden is de door haar geleden en nog te lijden schade te vergoeden. A beroept zich op art. 6:174 jo. 6:181 BW en art. 6:162 BW. De rechtbank past de kelderluikcriteria toe. Zij overweegt dat, anders dan A betoogt, de afmetingen van het trapafstapje voldeden aan de eisen die het bouwbesluit daaraan stelt. Uit de
  19. VR 2021/130 Eenzijdig verkeersongeval; Poolse auto; Poolse inzittende; Haags Verkeersongevallenverdrag; gewone verblijfplaats.

    Jurisprudentie
    Een Poolse vrouw (A) is op 16 december 2017 betrokken geraakt bij een verkeersongeval. A reed als passagier mee in een Opel met Pools kenteken. De Opel is door onbekende oorzaak van de weg geraakt en in botsing gekomen met een lantaarnpaal en een boom. A was destijds werkzaam voor een uitzendbureau op basis van een tijdelijk dienstverband van drie maanden. Na het ongeval heeft het uitzendbureau haar arbeidsovereenkomst beëindigd en is A teruggekeerd naar Polen, waar haar echtgenoot en vier kinderen wonen. NBM is (voor de aansprakelijkheidsverzekeraar van de Opel) bereid de schade van A als
  20. VR 2021/131 Fietsongeval; aanspreken WAM-verzekeraar na uitkering Waarborgfonds.

    Jurisprudentie
    Een racefietser (A) is in 2007 een ongeval overkomen. A reed op de Kanaaldijk in Heerde. Een witte bestelbus en een personenauto (bestuurd door B) reden in tegengestelde richting. De auto reed achter de bus. De bus is, zonder richting aan te geven, linksaf geslagen en heeft daarbij geen voorrang verleend aan A. Om een aanrijding met de bus te voorkomen, is A uitgeweken naar de (voor hem) linker weghelft. A is toen op B gebotst. De identiteit van de bestuurder van de bestelbus is onbekend gebleven. Het Waarborgfonds Motorvoertuigen heeft aansprakelijkheid erkend en een schadevergoeding van €

Zoektips

  • Check of de spelling van de zoekterm klopt
  • Weet u het publicatienummer van een uitspraak of artikel, toets dan bijvoorbeeld in “2021/68”. Het publicatienummer dient dus tussen aanhalingstekens te staan. (N.B.: artikelen hebben vanaf 2011 een publicatienummer; uitspraken hebben allemaal een publicatienummer.) Om een artikel of uitspraak te vinden met een publicatienummer onder de 10 of vlak onder de 100, is het soms nodig om er een nul voor te typen. Bijvoorbeeld “2022/08” of “2021/090”.
  • Gebruik meerdere zoektermen voor een zo relevant mogelijk resultaat:
    • Zoekt u een artikel/uitspraak waarin zowel ‘auto’ als ‘stoplicht’ voorkomt, toets dan in: auto AND stoplicht
    • Zoekt u op één van de woorden, dan toetst u de woorden gewoon los in (auto stoplicht). Het zoekresultaat bevat dan alle artikelen/uitspraken/columns waarin auto en/of stoplicht voorkomt.

Nog niet gevonden wat u zoekt? Neem contact met ons op. Wij helpen u graag!