Zoeken

9656 resultaten gevonden

  1. De grenzen van art. 7:658 lid 4 BW anno nu: een pleidooi voor meer oog voor de ratio van de bescherming van lid 4

    VR-kort
    Artikel
    15 september 2021
    Mr. J. Kruijswijk-Jansen Op 23 maart 2012 gaf de Hoge Raad richting aan de invulling van art. 7:658 lid 4 BW in het arrest Davelaar/Allspan. De Hoge Raad formuleerde gezichtspunten aan de hand waarvan kan worden beoordeeld of een werkgever een zorgplicht heeft voor de personen met wie hij geen arbeidsovereenkomst heeft, maar die hij in de uitoefening van zijn bedrijf werkzaamheden laat verrichten. In het Parochie-arrest van 15 december 2017 verduidelijkte de Hoge Raad één van deze gezichtspunten. Sindsdien is er de nodige lagere rechtspraak gewezen, waarin de grenzen van art. 7:658 lid 4 BW
  2. De Hangmat-doctrine begrensd

    VR-kort
    Artikel
    06 juli 2016
    Mr. A.A.M. Zeeman Is een medebezitter (gedeeltelijk) aansprakelijk voor de door zijn dier aan een andere medebezitter van dat dier veroorzaakte schade? Dat was één van de prangende prejudiciële vragen die in 2015 aan de Hoge Raad werden voorgelegd. Nee, zo luidde het antwoord van de Hoge Raad. Oftewel, het Hangmat-arrest kan niet worden toegepast in 6:179 BW-situaties. In dit artikel wordt ingegaan op vragen als: hoe is de Hoge Raad tot deze beslissing gekomen, wat betekent dit arrest voor de overige kwalitatieve aansprakelijkheden, zoals de aansprakelijkheid ex art. 6:173 BW en art. 6:175 BW
  3. De Hoge Raad en artikel 6:170 BW: een wissel op de toekomst? HR 14 juli 2017, ECLI:NL:2017:1345, RvdW 2017/863, JAR 2017/129 (JMV Spoorveiligheid-Zürich)

    VR-kort
    Artikel
    12 april 2018
    Mr. R. Meelker Het in de titel genoemde arrest gaat niet over een personenschadeclaim, maar is voor de personenschadepraktijk wel een vermeldenswaardig arrest, omdat sprake is van een uitleen-inleenconstructie. Daarin wordt een ondergeschikte van de uitlener een fout verweten waardoor een derde schade lijdt. Art. 6:170 BW kwam hier nadrukkelijk in beeld, terwijl ook contractuele bepalingen waren ingeroepen. Met dit arrest bevestigt de Hoge Raad nog eens van oordeel te zijn dat aan het vereiste functionele verband van art. 6:170 BW al gauw is voldaan. Zoals A-G Hartlief in zijn conclusie heeft
  4. De Hoge Raad en de relativiteit: voorstel voor een hanteerbare toets

    VR-kort
    Artikel
    14 maart 2014
    Prof. mr. A.J. Verheij De wijze waarop de Hoge Raad het relativiteitsvereiste toepast, heeft in de afgelopen jaren de nodige beroering veroorzaakt. Een van de geuite bezwaren is dat aan het oordeel dat wel of niet is voldaan aan het relativiteitsvereiste onuitgesproken rechtspolitieke argumenten ten grondslag liggen. Doordat de Hoge Raad deze niet expliceert en dus geen inzicht geeft in de wijze waarop hij aan de relativiteit toetst, verwordt de toepassing daarvan tot een machtswoord of toverspreuk, hetgeen afbreuk doet aan de voorspelbaarheid en rechtszekerheid. Er lijkt bij toepassing van de
  5. De Hoge Raad en de uitleg van opzet (opzetclausule 2000) in de aansprakelijkheidsverzekering: op weg naar meer duidelijkheid ECLI:NL:HR:2018:601 (shaken baby)

    VR-kort
    Artikel
    07 maart 2019
    Mr. M.M.R. van Ardenne-Dick Op 13 april 2018 wees de Hoge Raad een belangrijk arrest over de uitleg van de meest recente, door het Verbond van Verzekeraars geadviseerde, opzetclausule 2000. In deze zaak waarin een vader zijn baby zodanig heen en weer schudt dat het jongetje hersenletsel oploopt, gaat de HR in op de strekking van de opzetclausule en doet met het oog op de rechtseenheid, gegeven de uiteenlopende standpunten hierover, zelf uitspraak. In deze bijdrage gaat het dan ook niet zozeer om de uitkomst, maar om de overwegingen die de Hoge Raad aan de zaak wijdt. Als uitgangspunt voor de
  6. De horkenlijn revisited. Much ado about nothing?

    Column
    Twee jaren geleden schreef de betreurde Woordkramer een bijdrage onder de titel :”De horkenlijn. What’s in a name” (VR 2002, p. 182). Het ging om een project van de politieregio Gelderland Midden dat het volgende inhield. Politieambtenaren, of zij nu in dienst waren of niet, konden voortaan ‘uitgesproken lomp verkeersgedrag’ mondeling doorgeven aan een meldcentrum; dat gebeurde dus via de zogenaamde horkenlijn. Medewerkers op het bureau verwerkten de melding daarna in een e-mailbericht dat de betrokken ambtenaar zo snel mogelijk moest controleren en eventueel aanvullen of corrigeren. Daarna
  7. De informatieplicht van een zorgaanbieder bij de afwikkeling van medische schade: over finale kwijting, geschilleninstanties en ongeïnformeerde patiënten

    VR-kort
    Artikel
    08 november 2018
    Mr. B.S. Laarman De Wet kwaliteit, klachten en geschillen zorg (Wkkgz) stelt nieuwe eisen aan de afhandeling van medische schade, namelijk dat die zo laagdrempelig, informeel en zo snel mogelijk wordt afgewikkeld. Dat is aanleiding om na te denken over de manier waarop patienten worden geïnformeerd omtrent hun rechtspositie. Dat geldt met name wanneer de schade definitief wordt afgewikkeld zonder dat de patiënt wordt bijgestaan door een ter zake deskundige belangenbehartiger. In deze bijdrage worden twee situaties belicht waarin de informatiepositie van een patiënt een probleem kan opleveren
  8. De inningspraktijk bij verkeersboetes, rijp voor verandering: is de rechtsbescherming voldoende gewaarborgd?

    VR-kort
    Artikel
    08 december 2016
    Mr. dr. J.W. van der Hulst Sinds 1990 worden eenvoudige verkeersovertredingen afgedaan krachtens de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften (Wahv). Bij deze bestuurlijke afdoening wordt een geconstateerde verkeersovertreding afgedaan met een verkeersboete. Wordt de boete niet tijdig betaald, dan wordt het bedrag van de verkeersboete van rechtswege verhoogd. Daarna mag de officier van justitie verhaal nemen op goederen, inkomsten en vermogen van de betrokkene en daarna mogen dwangmiddelen worden ingezet om de betrokkene tot betaling van de sanctie te brengen. Daarbij is
  9. De jurisprudentiële ontwikkeling van immateriële schadevergoeding bij een bijzondere normschending

    VR-kort
    Artikel
    18 december 2019
    Mr. P.C. Janssen en mr. A.S. Bloo-Kroes Onder welke voorwaarden bestaat er een aanspraak op immateriële schadevergoeding in het geval van het uitblijven van hulp van de politie, een ontneming van een zelfbeschikkingsrecht of een onrechtmatige detentie? Deze vraag betreft het recht op immateriële schadevergoeding vanwege een bijzondere normschending met nadelige gevolgen anders dan lichamelijk en geestelijk letsel. Dit onderwerp is dit jaar in de jurisprudentie in rap tempo verder uitgekristalliseerd. Aan de hand van het recente EBI-arrest en het kort daarop volgende Groningse aardbevingsschade
  10. De kampeerauto: het gebruik van zitplaatsen en van autogordels

    Column
    Op de burelen van de redactie van dit tijdschrift belandde een brief waaraan de volgende passage is ontleend: “In de meivakantie ging ons gezinnetje voor een korte vakantie met de camper naar een camping in de Achterhoek. Onderweg zaten mijn vrouw en kinderen aan de tafel in het woongedeelte een spelletje te doen. Op gegeven moment reden wij op de snelweg en werden wij ingehaald door een politieagent op een motor. In het kader van een verkeerscontrole moest ik hem volgen naar een parkeerplaats. Daar werd de camper technisch gecontroleerd. Alles was in orde. Vervolgens had een politieagent
  11. De kosten van de deelgeschilprocedure: enkele suggesties tot normering

    VR-kort
    Artikel
    12 april 2017
    Mr. L. Boersma Eén onderdeel van de deelgeschilprocedure leidt tot een telkens terugkerende discussie tussen partijen: de omvang van de kosten. Dit houdt verband met het kostenregime van deelgeschilprocedures, dat is neergelegd in artikel 1019aa Rv. Het betreft een voor de benadeelde laagdrempelige kostenregeling, inhoudende dat de deelgeschilrechter deze kosten begroot op alle redelijke kosten als bedoeld in artikel 6:96 lid 2 BW, die volledig moeten worden vergoed door de aansprakelijke partij. Hiertoe moet worden voldaan aan de dubbele redelijkheidstoets, zowel het maken van de kosten door
  12. De leer van de proportionele aansprakelijkheid toegepast: Gerechtshof Den Bosch 7 april 2015

    VR-kort
    Artikel
    11 februari 2016
    Mr. C. Banis en mr. L.K. de Haan Deze bijdrage gaat over de leer van de proportionele aansprakelijkheid en de toepassing ervan. De directe aanleiding is het arrest van 7 april 2015 van het Hof Den Bosch. De casus was als volgt: in 1997 deed zich een incident voor op de werkvloer van een steenfabriek. Bij het duwen van een zwaar voorwerp ervoer een werknemer pijn in zijn onderrug en meldde zich ziek. De werknemer kwam terecht in de WAO en stelde de steenfabriek aansprakelijk ex art. 7:658 BW. Na verloop van tijd kreeg de werknemer te kampen met diverse andere klachten: een pijnsyndroom, een
  13. De Letselschade Raad introduceert het Nationaal Keurmerk Letselschade

    VR-kort
    Artikel
    19 februari 2020
    Peter van Steen Het Register Letselschade van De Letselschade Raad krijgt een vervolg in het Nationaal Keurmerk Letselschade. Voor zes partijen zijn reglementen opgesteld om ervoor in aanmerking te komen: rechtsbijstandsverzekeraars, (medisch) aansprakelijkheidsverzekeraars, advocaten, belangenbehartigers en letselschade-experts werkend voor aansprakelijkheidsverzekeraars. Voor medisch adviesbureaus en herstelgerichte dienstverleners zijn de reglementen bijna klaar. Dit bleek op De Letselschade Raadsdag, gehouden op 21 november 2019 in Madurodam in Den Haag. In deze bijdrage een verslag van De
  14. De Letselschade Raad lanceert Nationaal Keurmerk Letselschade

    VR-kort
    Bericht
    20 januari 2021
    Per 4 januari 2021 lanceert De Letselschade Raad het Nationaal Keurmerk Letselschade. Met de komst van dit keurmerk kunnen slachtoffers erop vertrouwen dat op één overzichtelijke locatie alle bonafide partijen staan geregistreerd, die belangen van mensen met letsel op integere en deskundige wijze behartigen. Met het Nationaal Keurmerk Letselschade (NKL) levert De Letselschade Raad een duurzame bijdrage aan de verdere professionalisering van de letselschademarkt. Het NKL is hét kwaliteitskeurmerk voor dienstverleners die bijdragen aan de afwikkeling van letselschades in Nederland en borgt de
  15. De Letselschade Richtlijnen geïndexeerd per 1 januari 2014

    VR-kort
    Bericht
    14 maart 2014
    De Letselschade Richtlijnen zijn belangrijke hulpmiddelen bij het regelen van letselschades. Dankzij de richtlijnen hebben alle betrokkenen duidelijkheid over de gangbare bedragen, termijnen en uitgangspunten bij de berekening van letselschade. De Letselschade Raad heeft per 1 januari 2014 de volgende richtlijnen gewijzigd: de Richtlijn Kilometervergoeding, de Richtlijn Licht letsel incl. smartengeld, de Richtlijn Studievertraging, de Richtlijn Zelfwerkzaamheid, de Richtlijn Huishoudelijke hulp. De Richtlijn Ziekenhuis-/revalidatiedaggeldvergoeding blijft ongewijzigd. De Definitie Verhoogde
  16. De letselschadevordering in het strafproces. Dat moet beter kunnen

    VR-kort
    Artikel
    24 november 2014
    Siewert Lindenbergh In de afgelopen jaren zijn slachtoffers van delicten op verschillende manieren aangemoedigd om zich met een schadevergoedingsvorde-ring in het strafproces te voegen. Het voegingscriterium is gewijzigd, er is meer feitelijke en financiële ondersteuning bij de voegingsroute en, wanneer een schadevergoedingsmaatregel is opgelegd, is betaling door de ‘voorschotregeling’ door de overheid gegarandeerd. Aldus is het belang van slachtoffers om hun gevoegde schadevergoedingsvordering toegewezen te krijgen – aanzienlijk – gegroeid. Er zijn verschillende belangen die bij de
  17. De lichtere bewijsregel die nooit bestond: Hoge Raad 8 september 2017 (art. 81 lid 1 Ro), conclusie A-G Wuisman

    VR-kort
    Artikel
    12 april 2018
    Mr. H. Kragt In zijn conclusie bij het arrest van de Hoge Raad van 8 september 2017 geeft A-G Wuisman twee heldere antwoorden als het gaat om de inmiddels langslepende en weerbarstige discussie in de rechtspraktijk over de lichtere bewijsregel betreffende het causaal verband tussen subjectieve klachten en een ongeval sinds het arrest van de Hoge Raad van 8 juni 2001 (Zwolsche Algemeene/De Greef). De eerste conclusie van Wuisman is dat Zwolsche Algemeene/De Greef geen door de Hoge Raad gegeven lichtere bewijsregel bevat. Die conclusie is niet nieuw. In de afgelopen jaren is in het hoogste
  18. De logica van de mogelijkheden van de bewijsvoering

    VR-kort
    Artikel
    11 februari 2015
    Mr. D. van Doorn en drs. M.H. Schaapman Op 7 juni 2013 heeft de Hoge Raad twee arresten gewezen inzake beroepsziekten. In de literatuur zijn deze arresten veelvuldig besproken; de tendens ervan is dat de arresten een verschuiving van de bewijslastverdeling ten nadele van de slachtoffers van beroepsziekten zouden behelzen. In dit artikel bespreken de auteurs de arresten in de context van de bedoelingen van de wetgever en de daarop gebaseerde jurisprudentie in zaken over beroepsziekte. Na deze analyse kunnen zij niet anders dan concluderen dat de Hoge Raad met deze arresten geenszins een
  19. De mensen achter de grote getallen: DSB-gedupeerden aan het woord over hun behoeften, verwachtingen en ervaringen met een collectieve afwikkeling van hun schade

    VR-kort
    Artikel
    06 juli 2016
    C.J.M. van Doorn Het collectief afwikkelen van massale schadevoorvallen is vanuit het oogpunt van efficiëntie en beheersbaarheid aangewezen. Zo worden kosten en inspanningen voorkomen die gepaard gaan met het voeren van een groot aantal procedures, waarin gelijksoortige vorderingen spelen en gelijksoortige vragen rijzen. Volgens de wetgever heeft een collectieve afwikkeling van massale schadevoorvallen niet alleen voor de schadeveroorzaker en de maatschappij, maar ook voor de individuele benadeelde meerwaarde. De gedupeerde consument staat er immers niet alleen voor: de krachten kunnen worden
  20. De motorrijtuigenuitsluiting in de AVB: handvatten voor de praktijk

    VR-kort
    Artikel
    17 maart 2020
    Mrs. M.J. van Hilten en M.C. Samsom De motorrijtuigenuitsluiting is één van de meest voorkomende uitsluitingen in de aansprakelijkheidsverzekering voor bedrijven (AVB). In de praktijk blijkt dat deze uitsluiting aanleiding vormt voor geschillen, zowel bij de civiele rechter als de Geschillencommissie Samenloop. Dit wordt allereerst veroorzaakt door de ingewikkelde systematiek van de motorrijtuigenuitsluiting in de AVB. Zo volgen op de algemene uitsluiting van het motorrijtuigenrisico in de AVB meteen weer enkele insluitingen. Een extra moeilijkheid is dat bij de uitleg van de

Zoektips

  • Check of de spelling van de zoekterm klopt
  • Weet u het publicatienummer van een uitspraak of artikel, toets dan bijvoorbeeld in “2021/68”. Het publicatienummer dient dus tussen aanhalingstekens te staan. (N.B.: artikelen hebben vanaf 2011 een publicatienummer; uitspraken hebben allemaal een publicatienummer.) Om een artikel of uitspraak te vinden met een publicatienummer onder de 10 of vlak onder de 100, is het soms nodig om er een nul voor te typen. Bijvoorbeeld “2022/08” of “2021/090”.
  • Gebruik meerdere zoektermen voor een zo relevant mogelijk resultaat:
    • Zoekt u een artikel/uitspraak waarin zowel ‘auto’ als ‘stoplicht’ voorkomt, toets dan in: auto AND stoplicht
    • Zoekt u op één van de woorden, dan toetst u de woorden gewoon los in (auto stoplicht). Het zoekresultaat bevat dan alle artikelen/uitspraken/columns waarin auto en/of stoplicht voorkomt.

Nog niet gevonden wat u zoekt? Neem contact met ons op. Wij helpen u graag!